2.9.[K] (hierna: [K]), een autohandelaar, is op 31 januari 2006 door de FIOD-ECD als verdachte verhoord. Van dit verhoor is een proces-verbaal opgemaakt (dossiernummer: [nummer]/codenummer [nummer]). Daar is onder meer het volgende opgenomen:
“(Vraag verbalisanten: Volgens uw inkoopadministratie heeft u in 2004 auto’s ingekocht
bij [C]. Wat kunt u hierover verklaren?)
Ja, dat was van een jongen uit [plaats X].
(…)
(
Vraag verbalisanten: Op 9 november 2004 zijn 2 blanco facturen van [C]
bij u thuis in beslag genomen. Wij, verbalisanten, tonen u één daarvan. Deze
factuur is, voorzien van bijlagenummer D-384, bij het proces-verbaal gevoegd. Hoe komt u hieraan?)
Geen idee. Als u zegt dat het niet normaal is dat ik blanco facturen van een leverancier
bezit, dan heeft u daar gelijk in. Maar ik weet gewoon niet meer hoe ik er aan ben
gekomen. Misschien hebben die er per ongeluk een keer bijgezeten als ik een echte
factuur van (…) kreeg.
(Vraag verbalisanten: Heeft u zelf facturen opgemaakt van [C] aan
[E] of aan anderen?)
Nee, dat weet ik heel zeker.
(Vraag verbalisanten: Wie heeft de facturen van [C] die in uw
administratie zijn aangetroffen opgemaakt)
Dat heeft [N] gedaan. Dat heeft hij tenminste tegen mij gezegd.
(Vraag verbalisanten: Wij, verbalisanten, laten gehoorde een deel horen van een
opgenomen telefoongesprek van 13 september 2004 om 14.02 uur, dat is weergegeven
in het proces-verbaal met codenummer [nummer] onder sessienummer [nummer], vanaf 1.35
min in die sessie. Het gedeelte dat wordt beluisterd, wordt hier woordelijk weergegeven.
Wij, verbalisanten, merken op dat met [K], vermoedelijk de gehoorde
wordt bedoeld en met (R) [J], de verdachte [J].
([K]) Ik heb uh wij deden eerst van die [O], dat deed de [P] ook
hè, ge weet wel wat ik bedoel hè?
([J]) Ja, ja, ja
([K]) Dat deden we eerst ... ja, die gingen eerst naar Bels, naar [D Bvba] ... hoe heet
ie [D Bvba], ja dat zegt jou niks, maar…..
([J]) Dat zegt mij zo niks, maar…
([K]) Maar die hebben we nou op jou gedaan hè, dus dan weette ge dat vast, als
je het niet erg vindt. Da’s ook beter voor jou.
([J]) Hoeveul?
([K]) Hè?
([J]) Hoeveel zijn er dat?
([K]) Twee tot nou toe
([J]) Oh, da’;s goed. Alleen je moet wel tegen jouw vriend zeggen dat ie niet
alleen datgene het gedaan wat ie tegen jou zei via mijn.
([K]) Wà?
([J]) Ja, bij die uh
([K]) Waar hedde ge het over?
(…)
([J]) Dan het ie misschien al meer dingen gedaan, misschien ook buiten jou om,
maar wel op mijn naam.
([K]) Daar wil ik het daalijk eens over hebben, een klein momentje hè……
(…)
([K]) Ja, ik ben er weer. Dus die hadden wat meer gedaan, ja?
([J]) Ja.
([K]) En wat, wete gij ook wat? Ja!
([J]) Dat weet ik vanavond. Want uh .... het was zo: dat vrouwke dat belde mij op
de vrijdagmiddag. Maar ik wou jou er eerst nog over bellen,… maar ik denk
ja .... ik ga maar geen onrust stoken, ik zal eerst maar eens kijken wat het
precies is, weet je wel. Hè, want ik kan wel tegen jou zeggen van “Da’s een
knurft” en dit en dat, maar nou zou zij vanavond dat spul doorfaxen. Want zij
belde mij van “Ja over facturen”. Ik zeg “Ja luister.” Ik zeg uh .. .als ik tegen
haar zeg van “Ik weet helemaal van niks” Dan gaan er natuurlijk ook bij haar
wat lampkes branden…
([K]) Da’s niet goed.
([J]) En ik denk ja, ik draai er maar niet om heen, dus ik zeg “Nou luister eens,
stuur mij maar heel even een kopie van de rekening, dan is het voor ons
makkelijker op te zoeken. Toen zegt ze “Ja maar het gaat sowieso al over
een stuk of 6 auto’s.”
(…)
(Opmerking verbalisanten: Wij, verbalisanten, tonen gehoorde 2 facturen van [F]
gericht aan [E], betreffende de leveringen van de 2
Toyota Landcruisers, betreffende de levering van dezelfde chassisnummers als hiervoor,
(…). Deze facturen zijn voorzien van de bijlagenummers D-400-01a respectievelijk D-400-02a bij het procesverbaal gevoegd. Wij, verbalisanten, tonen u een faxbericht van 02/11/2004 van [O] gericht aan [F]. Dit faxbericht is bij u thuis in beslag genomen en is, voorzien van bijlagenummer D-401, bij het proces-verbaal gevoegd.)
(Vraag verbalisanten: Op dit faxbericht staat hetzelfde chassisnummer gemeld als op de
factuur met bijlagenummer D-400-01. Waarom was dit faxbericht in uw bezit?)
Dat komt omdat ik die auto’s heb verkocht aan de particulieren. Ik denk dat ik deze fax
van [J] heb gehad. Ik heb wel vaker vragen gehad over de namen van de
eindgebruiker. Als ik kopieën had van de kentekens, faxte ik die dan naar [J].
(Vraag verbalisanten: Naast de facturen van [O] aan [F] zijn van
dezelfde chassisnummers facturen van [F] aan [E]
bij u thuis in beslag genomen. Wat is uw reactie hier op?)
Die auto’s heb ik aan de eindgebruikers verkocht.
(…)
(Vraag verbalisanten: Van de 15 auto’s, waarvan de chassisnummers op het faxbericht
aan [D Bvba] staan vermeld, hebben we de volgende 12 als inkoopfactuur bij [C]
in uw administratie aangetroffen. Wij tonen u nu de volgende kopieën
daarvan:
(…)
Wat kunt u over deze auto’s verklaren?)
Deze auto’s heb ik gekocht bij [N] van [C]. Ik denk dat [O]
eerst [D Bvba] heeft geïnformeerd, dat hij toen is doorverwezen naar [C]
en dat [O] uiteindelijk bij mij terecht is gekomen. [O] wil ook hier de namen van de
eindgebruiker weten.
(…)
(Opmerking verbalisanten: Wij, verbalisanten, tonen gehoorde 3 facturen van [A2 BV]
gericht aan gericht aan [Q], 2 stuks, en aan [R BV]
. Deze facturen zijn bij u thuis aangetroffen en, voorzien van de
bijlagenummers D-402-01 t/m D-402-03 bij het proces-verbaal gevoegd. Hoe komt u aan
deze facturen?)
Dat weet ik niet meer. Dat moeten jullie maar aan [belanghebbende] vragen. De eerste 2
facturen zijn trouwens kopieën. De derde is in kleur, die is wel echt.
(Vraag verbalisanten: Kan het zijn dat u een rol heeft gespeeld bij de verkoop van deze
auto’s?)
Nee, dat heb ik niet.
(Vraag verbalisanten: Kent u iemand met de naam [B] of [B] in verband met
[A2 BV]?)
Nee, die naam zegt me helemaal niets. De enige die ik ken van [A2 BV] is
[belanghebbende] zelf.
(Vraag verbalisanten: Wij, verbalisanten, merken op dat [B] op de data waarop
getoonde facturen zijn gedateerd, de directeur en enig bestuurder was van [A2 BV]
. Was dat u bekend?)
Nee, daar weet ik niets van. Maar ik heb deze facturen in elk geval niet van [B]
gekregen, want die ken ik helemaal niet. Misschien heeft [belanghebbende] deze facturen een
keer deze facturen bij mij laten liggen.
(…)
(Vraag verbalisanten: Het chassisnummer op de factuur met de codenummer (…). De chassisnummers komen niet voor in de in- of verkoopadministratie van [E]. Nogmaals wat is uw rol geweest bij deze facturen?)
Ik heb daar geen rol in gehad. Misschien vindt u het vreemd dat ik zowel van de in- als
verkoop van [A2 BV] afweet, maar misschien is iemand dit wel bij mij
vergeten mee te nemen. Ik weet het gewoon niet.
(…).”