Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 12 december 2022 in de zaak tussen
[Naam], uit [Plaats], verzoeker
Stichting Autoriteit Financiële Markten (de AFM)
Inleiding
- verzoeker, zijn gemachtigden en hun kantoorgenoten mr. R. Kramer en A. Stuurman;
- de gemachtigden van de AFM samen met ing. V.J.M. Dekker RBA, mr. A.J. Metselaar en mr. C.M.I. van Asperen – de Boer.
Totstandkoming van het besluit
15 en 23 februari 2021 en op 12 en 15 maart 2021 artikel 15 van de Verordening (EU) 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik, PbEU 2014, L 173/18, (MAR) heeft overtreden. Vervolgens heeft de AFM op 1 september 2022 besloten om verzoeker een boete van € 750.000,00 op te leggen en om de publicatie van die boete niet uit te stellen of te anonimiseren (het bestreden besluit).
Het verzoek
Beoordeling door de voorzieningenrechter
- artikel 3, eerste lid, aanhef en onder 1, artikel 12, eerste lid, aanhef en onder a, derde en vijfde lid, artikel 13, artikel 15 en bijlage I, deel A, van de MAR;
- naar artikel 4, eerste lid, en bijlage II, afdeling 1, tweede lid, aanhef en onder d, en vijfde lid, aanhef en onder c, van de Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/522 van de Commissie van 17 december 2015 tot aanvulling van de MAR, PbEU 2016, L 88/1 (Gedelegeerde Verordening);
- en naar artikel 4, eerste lid, aanhef en onder 15 en 44, en bijlage I, deel C, onder 1 en 9 van de Richtlijn (EU) 2014/65 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten, PbEU 104, L 173/349.