ECLI:NL:RBROT:2018:3391
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing beroep op betalingsonmacht wegens misbruik van recht in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 3 mei 2018 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure waarin eiser, die zich op betalingsonmacht beriep, zijn verzoek om ontheffing van griffierecht zag afgewezen. Eiser had verzocht om verstrekking van persoonsgegevens van een familielid, maar de rechtbank oordeelde dat hij niet namens dat familielid procedeerde. De rechtbank constateerde dat het verdere procesgedrag van eiser, die in meerdere zaken een beroep op betalingsonmacht had gedaan, erop wees dat hij niet daadwerkelijk om de verstrekking van gegevens verzocht, maar dat hij vooral geïnteresseerd was in het procederen zelf en het incasseren van proceskosten en dwangsommen. De rechtbank verwees naar eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarin werd geoordeeld dat misbruik van recht kan worden aangenomen wanneer een rechtzoekende herhaaldelijk procedures start zonder redelijk doel. De rechtbank concludeerde dat eiser misbruik maakte van zijn procesrecht en verklaarde het beroep niet-ontvankelijk. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor de rechtbank om te beoordelen of er sprake is van misbruik van recht bij het indienen van beroepsprocedures, vooral wanneer er meerdere procedures aanhangig zijn gemaakt door dezelfde rechtzoekende.