Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
;
3.De bewijsmotivering
feit 1), dat [verdachte] feitelijk leiding heeft gegeven aan het feit dat [bedrijf] samen met anderen op naam van anderen opzettelijk onjuiste aangiften inkomstenbelasting heeft gedaan (
feit 2) en dat [verdachte] geldbedragen heeft verduisterd (
feit 3).
De Staat der Nederlanden staat in de lijst van ANBI’s vermeld. Ik ga ervan uit dat u nu voldoende informatie heeft. De aangifte is ingevuld door de belastingadviseur van het juristenkantoor [verdachte]”. [12] Op 2 december 2022 is naar aanleiding van een eerdere aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2021 door de Belastingdienst een automatische voorlopige aanslag opgelegd, waarin de opgevoerde giftenaftrek is verwerkt. Dit heeft geleid tot een uitbetaling van € 1.338,-- aan [betrokkene 1] . Op 5 december 2022 is 15% van de voorlopige teruggaaf (€ 200,70) overgemaakt naar de bankrekening van [medeverdachte] . Diezelfde dag heeft [betrokkene 1] een WhatsApp-bericht aan [verdachte] verzonden waarin [betrokkene 1] schrijft dat hij een betaling binnen heeft over het belastingjaar 2021 en dat hij 15% heeft overgemaakt. [13] De inspecteur van de Belastingdienst heeft op 2 maart 2023 beslist dat van de gedane aangiften inkomstenbelasting wordt afgeweken, omdat de opgevoerde bedragen aan giften in de ingediende aangiften over de jaren 2017 tot en met 2021, geen aftrekbare giften zijn. [14] is in 2022 en 2023 lid geweest van [bedrijf] . Hij heeft in die jaren voor dit lidmaatschap tweemaal een betaling van € 25,-- gedaan. [15] Het lidmaatschap van [betrokkene 1] volgt ook uit een door [verdachte] en [medeverdachte] ondertekend formulier “
Lidmaatschap / Kennisgeving” (hierna: formulier lidmaatschap) van 1 november 2022. [16] Verder volgt uit een “Overeenkomst van opdracht” van 13 oktober 2022 (hierna: overeenkomst van opdracht) dat de belastingaangifte/advisering op diezelfde datum is verstrekt door [bedrijf] en dat 15% van het terug te vorderen en door de belastingdienst uitbetaalde bedrag (die in de overeenkomst en hierna wordt aangeduid als “de hoofdsom”) ten goede komt aan [bedrijf] en is te voldoen op een rekeningnummer ten name van [medeverdachte] . De overeenkomst is ondertekend door onder andere [medeverdachte] . [17] heeft op 14 december 2023 telefonisch tegenover de FIOD verklaard dat [bedrijf] de aangiften inkomstenbelasting over de jaren 2017 tot en met 2021 heeft ingevuld en ingestuurd. [18]
Hey maat wat je vandaag hebt ingevuld krijgt de belasting daar nu iets van te horen of hoe gaat dat in z’n werk?”. [29] De inspecteur van de Belastingdienst heeft op 16 februari 2023 aan [betrokkene 3] medegedeeld voornemens te zijn af te wijken van de gedane aangiften inkomstenbelasting, omdat de opgevoerde bedragen aan giften in de ingediende aangiften over de jaren 2017, 2020 en 2021 geen aftrekbare giften zijn en de Belastingdienst hierover geen aanvullende informatie aangeleverd heeft gekregen. [30] heeft daar niet op gereageerd, waarna door de Belastingdienst definitieve nihilaanslagen zijn opgelegd voor de belastingjaren 2017 (op 4 april 2023), 2020 (op 31 maart 2023) en 2021 (op 3 mei 2023). [31]
een positieve reactie te hebben gehad op het indienen van de inkomstenbelasting”, met daaraan de genoemde brief van de voorlopige aanslag als bijlage gevoegd. Hierop is vanaf genoemd e-mailadres gereageerd met onder meer de woorden “
Graag verzoeken wij jou de afgesproken 15% van het totaal te ontvangen bedrag te voldoen aan onze vereniging”. [40] De inspecteur van de Belastingdienst heeft op 16 maart 2023 medegedeeld voornemens te zijn van de gedane aangiften inkomstenbelasting af te wijken, omdat de in de ingediende aangiften over de jaren 2017 tot en met 2021 opgevoerde bedragen aan giften geen aftrekbare giften betreffen. [41] heeft op 29 maart 2023 hierop gereageerd. Zij schrijft onder meer dat zij lid is van [bedrijf] en dat [bedrijf] de belastingaangiften heeft ingevuld. [42] Door de Belastingdienst zijn vervolgens definitieve nihilaanslagen opgelegd voor de belastingjaren 2017 (3 mei 2023), 2018, (28 april 2023), 2019 (26 april 2023) en 2020 (27 mei 2023). Voor het belastingjaar 2021 heeft de Belastingdienst op 20 juni 2023 een definitieve aanslag opgelegd van € 9,--. [43] is lid geweest van [bedrijf] in 2022 en 2023. Dit schrijft zij niet alleen in voornoemde brief, maar blijkt ook uit een tweetal betalingen van € 25,-- voor dit lidmaatschap in deze jaren. [44] Het lidmaatschap van [betrokkene 5] volgt ook uit een niet-ondertekend formulier lidmaatschap van 1 november 2022. [45]
die 15%” moet overmaken. Op 13 februari 2023 geeft [verdachte] aan [betrokkene 7] in een WhatsApp-bericht het rekeningnummer door, waarna [betrokkene 7] bevestigt dat het is overgemaakt. Door de Belastingdienst is op respectievelijk 4 april 2023 en 30 maart 2023 een definitieve nihilaanslag opgelegd voor de belastingjaren 2017 en 2018, waarin geen giftenaftrek is toegepast. De Belastingdienst heeft op 5 december 2023 een definitieve nihilaanslag opgelegd voor het belastingjaar 2021, waarin geen giftenaftrek is toegepast. [59] is lid geweest van [bedrijf] in 2022 en 2023. Zij heeft in die jaren voor dit lidmaatschap tweemaal een betaling van € 25,00 gedaan. [60] Het lidmaatschap van [betrokkene 7] volgt ook uit een niet-ondertekend formulier lidmaatschap van 1 november 2022. [61]
“1. Het begeleiden en ondersteunen vanuit juridisch aspect van haar leden. 2a. Het doen aan juridische advisering alsmede het verrichten van onderzoek voor haar leden en al hetgeen aan vorengenoemde doelstelling dienstig kan zijn. 2B. Het verrichten van alle verdere handelingen, die hiermee in de ruimste zin verband houden of daarvoor bevorderlijk kunnen zijn.” [98] heeft sinds haar oprichting diverse bankrekeningen, waaronder privérekeningen op naam van [medeverdachte] en [verdachte] , gebruikt waarop inkomsten van de vereniging zijn gestort. [99] De inkomsten en de uitgaven van [bedrijf] zijn door [naam 4] in een Excelbestand bijgehouden. [100] [naam 4] deed de boekhouding aan de hand van bonnetjes en bankafschriften. [101] Uit het Excelbestand volgt dat [bedrijf] in de periode van 30 augustus 2022 tot en met 24 oktober 2023 in totaal een bedrag van € 73.273,26 aan inkomsten heeft gehad, bestaande uit lidmaatschapsgelden, betalingen voor aanvullende werkzaamheden en de eerdergenoemde 15%-betalingen. Wat betreft de uitgaven van [bedrijf] in genoemde periode ging het om een totaalbedrag van € 64.241,27. [102] De FIOD constateert dat van die uitgaven een gedeelte van in totaal € 34.666,10 geen zakelijke grondslag heeft. [103] Daarnaast constateert de FIOD aan de hand van de transactiegegevens van een Revolut-rekening dat van deze rekening een totaalbedrag van € 10.743,-- contant is opgenomen of is besteed aan vermoedelijke privédoeleinden. [104] Uit nader onderzoek volgt volgens de FIOD dat € 5.279,66 aan uitgaven geen zakelijke grondslag heeft. [105] [verdachte] heeft op de zitting verklaard dat [bedrijf] van die Revolut-rekening gebruik heeft gemaakt. [106]
M'n maatje, ik heb je gewoon even gelaten. De rechtszaak is voor heel Nederland, 100 duizenden mensen zitten te kijken wat hier gaat uitkomen, ja? En van jou hoor je niks. Ik betaal me blauw aan die advocaat. Ik ben heel eerlijk maat, we hebben allemaal geld gebruikt en je hebt meer gebruikt als mij hè, moet ik het, moeten we de bankrekeningen even erbij gaan leggen. Dan vind ik het zeer schandalig dat je dit nu doet vriend, kom op hé.” [107]
Luister pik, om 5 uur ‘s morgens neem ik inderdaad geen telefoon op en ik bel terug wanneer het mij uitkomt of als ik daar zelf zin in heb, zeker als je me van tevoren ligt uit te schelden en te beschuldigen van dingen. Ik ben gewoon weer meer voor mezelf bezig en voor mijn gezin, mijn gezin! En precies dat, jouw vereniging steeds, alles van jou. Maar ik hoef daar ook helemaal niks van. Ik heb er toen een beetje van geleefd ja, zou ook mooi staan en dat is maar een habbekrats voor alle uren die ik en [naam 5] erin hebben gestoken.” [108]
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, meermalen gepleegd;
feitelijke leidinggeven aan het medeplegen van opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, begaan door een rechtspersoon, meermalen gepleegd;
verduistering, meermalen gepleegd.
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De strafmotivering
7.De toegepaste wettelijke voorschriften
8.De beslissing
opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, meermalen gepleegd;
feitelijke leidinggeven aan het medeplegen van opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, begaan door een rechtspersoon, meermalen gepleegd;
verduistering, meermalen gepleegd.
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) maanden;
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
120 (honderdtwintig) uren;
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
60 (zestig) dagen;
ontzetverdachte voor de duur van
3 (drie) jarenuit
het recht op de uitoefening van het beroep als bestuurder van een rechtspersoon;
openbaarmaking van dit vonnisna het onherroepelijk worden daarvan, met vermelding van de personalia van verdachte, door publicatie ervan op www.rechtspraak.nl, waartoe het Openbaar Ministerie dit vonnis dient aan te bieden aan de redactie van voornoemde website, en door toezending ervan aan de Kamer van Koophandel ter registratie in het bestuursverbodenregister ten behoeve van de effectuering van voornoemde ontzetting;