Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 14 oktober 2022;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie;
- de incidentele conclusie inzake vordering tot inzage ex artikel 843a Rv, tevens houdende de conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie.
- de conclusie van antwoord in het incident, tevens houdende de conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie;
- de conclusie van repliek in het incident, tevens houdende de conclusie van dupliek in reconventie.
2.2. De feiten
3.De vordering en het verweer in conventie, in reconventie en in het incident
Bij de beoordeling of de stellingen voldoende concreet en onderbouwd zijn en of het verweer voldoende gemotiveerd is weegt mee dat beide partijen al zeer lange tijd – in elk geval sinds de opt-out door [partij A] in 2007 – weten dat over de totstandkoming van de overeenkomsten en de afwikkeling daarvan een gerechtelijke procedure gevoerd zal (kunnen) worden, zodat van hen verlangd mag worden de voor hun procespositie relevante informatie en stukken te hebben verzameld en bewaard.
[partij A] is op straat aangesproken door een medewerker van Spaar Select. Tijdens dit gesprek is er gesproken over financiële mogelijkheden die tijdens een gesprek met een adviseur Spaar Select besproken zouden kunnen worden. Aan het eind van dit gesprek is [partij A] akkoord gegaan met het maken van een afspraak met een financieel adviseur van Spaar Select. Vervolgens hebben meerdere gesprekken bij [partij A] thuis plaatsgevonden. Tijdens de gesprekken heeft de adviseur geïnformeerd naar de financiële situatie en de financiële wensen van [partij A] Daarbij kwamen de inkomenspositie en de situatie rondom de woning en de hypotheek van [partij A] ter sprake. Daarnaast heeft [partij A] met de adviseur besproken dan hij de wens van had enkele verbouwingen aan zijn woning te realiseren. De adviseur adviseerde [partij A] vervolgens over een constructie om de overwaarde op de woning van [partij A] op te nemen. De adviseur adviseerde [partij A] om zijn hypotheek over te sluiten naar ABN AMRO en op te hogen naar ongeveer NLG 260.000,-. Het bedrag wat hieruit zou vrijkomen kon [partij A] aanwenden voor de verbouwingen aan zijn huis. Daarnaast kon [partij A] een deel van het bedrag wat hieruit zou vrijkomen gebruiken voor de vooruitbetaling van de inleg in de Overwaarde Effect overeenkomst. De adviseur gaf aan dat hij het een en ander zou uitwerken voor [partij A] Tijdens een volgend huisbezoek heeft de adviseur de constructie nader toegelicht aan [partij A] Onder verwijzing naar aantekeningen op een kladblok heeft de adviseur toelichting gegeven over de af te sluiten overeenkomsten en de te behalen doelen. Met het oversluiten en verhogen van de hypotheek kon [partij A] de verbouwingen in de woning realiseren. Daarnaast zou [partij A] met het afsluiten van een Overwaarde Effect overeenkomst zijn hypotheek aflossen. Aan het einde van het tweede gesprek over de hypotheekconstructie kwamen de kinderen van [partij A] ter sprake. [partij A] gaf aan dat hij vermogen wilde opbouwen voor de toekomstige studie van zijn kinderen. De adviseur gaf aan dat dit mogelijk was en adviseerde om naast de Overwaarde Effect overeenkomst een Allround Effect overeenkomst af te sluiten om te sparen voor de studie van de kinderen. De adviseur beschreef de Allround Effect overeenkomst als een spaarproduct en daarmee geschikt om vermogen op te bouwen voor de studiekosten van de kinderen. Op basis van de financiële ruimte van [partij A] adviseerde de adviseur een maandelijkse inleg van NLG 150,-. Tijdens de huisbezoeken heeft de adviseur enkel gesproken over positieve resultaten. Er is geenszins rekening gehouden met minder hoge of zelfs negatieve rendementen, en over tegenvallende resultaten is in het geheel niet gesproken. De adviseur heeft in de huisbezoeken gesproken over een rendement van 14%. Als de rendementen tegen zouden vallen, kon er alsnog uitgegaan worden van een rendement van 7%. In het slechtste gaf zou het rendement 4% zijn, maar dit was volgens de adviseur hoogst onwaarschijnlijk. Dit gaf [partij A] vertrouwen in het advies van de adviseur en afsluiten van de overeenkomsten. De adviseur heeft [partij A] niet geïnformeerd over de specifieke risico's. Zo heeft hij er niet op gewezen dat met een lening (de hypotheek) de rentelasten voor een andere lening (de effectenleaseovereenkomst) werden betaald en dat bij tegenvallende koersontwikkelingen, de inleg geheel verloren kon gaan. de hypotheek niet kon worden afgelost en er bovendien een schuld kon ontstaan uit hoofde van de effectenleaseovereenkomsten. Als [partij A] had geweten van deze risico's, had hij deze overeenkomsten niet afgesloten. [partij A] had geen ervaring met beleggen en geen kennis van complexe financiële producten. [partij A] vertrouwde volledig op de deskundigheid van de adviseur en heeft het advies opgevolgd. De adviseur heeft de aanvraagformulieren ingevuld en tijdens een huisbezoek door [partij A] laten ondertekenen. De adviseur heeft de aanvraagformulieren meegenomen en aan Bank Labouchere toegezonden. De adviseur heeft de overeenkomsten per post naar [partij A] toegezonden. [partij A] heeft de overeenkomsten ondertekend en naar de adviseur geretourneerd. De adviseur heeft de overeenkomsten naar Bank Labouchere toegezonden. Naast het verzorgen van de aanvraag van de producten van Bank Labouchere heeft de adviseur ook de aanvraag van de hypotheek verzorgd.
Spaar Select Twente. [naam].(…).Almelo(…).en het adviseursnummer:
[nummer 3]-Spaar Select B.V.. Op de overeenkomst is opgenomen dat een leasesom van
ƒ 47.990,19 zal worden betaald. Hier is met de hand bijgeschreven
‘wordt gestort dor de notaris’,- een kopie van de overeenkomst van 22 maart 2000 met contractnummer [nummer 2] op naam van [partij A], genaamd ‘AllRound Effect met maandbetaling’, voorzien van een stempel met de tekst:
Spaar Select Twente. [naam].(…).Almelo(…).en het adviseursnummer:
[nummer 3]-Spaar Select B.V.,
‘kontraktnr. [nummer 1]’.
€ 132,00