Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van [gedaagde 1] 5 oktober 2022;
- de dagvaarding van [gedaagde 2] van 6 oktober 2022;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek;
- de rolbeslissing van 1 februari 2024;
- de akte overlegging producties van Dexia;
- de antwoordakte van [gedaagden] ;
- de rolbeslissing van 20 juni 2024;
- de akte uitlating aan de zijde van Dexia.
2.De feiten
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
Bij de beoordeling of de stellingen voldoende concreet en onderbouwd zijn en of het verweer voldoende gemotiveerd is weegt mee dat beide partijen al zeer lange tijd – in elk geval sinds de opt-out door [gedaagden] in 2007 – weten dat over de totstandkoming van de overeenkomsten en de afwikkeling daarvan een gerechtelijke procedure gevoerd zal (kunnen) worden, zodat van hen verlangd mag worden de voor hun procespositie relevante informatie en stukken te hebben verzameld en bewaard.
- een kopie van het aanvraagformulier Capital Effect van 30 augustus 1999 op naam van [gedaagden] , voorzien van contractnummer [nummer 1] , de kantoornaam Zorgen voor Morgen BV en de initialen van adviseur [A] , waarop ATP-nummer [nummer 3] is ingevuld en – per fax op 30 augustus 1999 – doorgezonden door Alpha Emergo,
[nummer 3] -Zorgen voor Morgen,
- een kopie van de overeenkomst Capital Effect van 28 september 1999 met contractnummer [nummer 2] , voorzien van het adviseursnummer:
[nummer 4] -Alpha Emergo B.V.,
- een uittreksel uit de Kamer van Koophandel, waaruit blijkt dat Alpha Emergo B.V. zich van 1995 tot 2002 onder andere bezighield met bemiddeling bij het afsluiten van verzekerings- en financiële produkten,
“ [A] , Senior beleggingsadviseur (…)”.
conclusie4.15. Uit het voorgaande volgt dat [gedaagden] niets meer aan Dexia is verschuldigd en dat niet ten volle kan worden vastgesteld dat Dexia niets meer aan [gedaagden] is verschuldigd. Wat Dexia nog wel aan [gedaagden] is verschuldigd, kunnen partijen inmiddels berekenen. De voor vergoeding in aanmerking komende schade bestaat uit de door de afnemer betaalde inleg (termijnbetalingen en eventuele aflossingen) en het niet vergoede gedeelte van de (fictieve) restschuld. Daarnaast dient rekening gehouden te worden met te verrekenen genoten voordelen, waaronder dividenduitkeringen, fiscale voordelen en een eventueel in aanmerking te nemen batig saldo uit voorgaande overeenkomsten. Een en ander volgens het door Dexia overgelegde financiële overzicht waarvan de juistheid door [gedaagden] niet of onvoldoende gemotiveerd is betwist. In het geval reeds eerder een schadevergoeding door Dexia is betaald, geldt ten aanzien van de verrekening daarvan hetgeen is overwogen in de beslissing van de Rechtbank Amsterdam van 25 november 2021 (ECLI:NL:RBAMS:2021:7910). De wettelijke rente is verschuldigd over het door Dexia te restitueren bedrag volgens de uitgangspunten als geformuleerd in HR 1 mei 2015 (ECLI:NL: HR:2015:1198) en HR 3 februari 2017 (ECLI:NL:HR:2017:164). Een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten is niet aan de orde. Niet gebleken is dat er meer of andere werkzaamheden aan de orde zijn geweest dan die, welke genoemd zijn in het arrest van de Hoge Raad van 12 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:590.
€ 135,00