Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 juli 2022;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
2.De feiten
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
Bij de beoordeling of de stellingen voldoende concreet en onderbouwd zijn en of het verweer voldoende gemotiveerd is weegt mee dat beide partijen al zeer lange tijd – in elk geval sinds de opt-out door [gedaagden] . in 2007 – weten dat over de totstandkoming van de overeenkomsten en de afwikkeling daarvan een gerechtelijke procedure gevoerd zal (kunnen) worden, zodat van hen verlangd mag worden de voor hun procespositie relevante informatie en stukken te hebben verzameld en bewaard.
[gedaagden] . was eind 2000 op zoek naar een mogelijkheid om te sparen. Daarbij is [gedaagde 2] bij ‘Spaar Select’ terecht gekomen. [gedaagde 2] heeft contact opgenomen met Spaar Select. Er is een afspraak gemaakt voor een huisbezoek met een financieel adviseur van Spaar Select om de financiële situatie van [gedaagden] . door te nemen. Zowel [gedaagde 1] als [gedaagde 2] waren aanwezig bij dit gesprek. Tijdens het gesprek heeft de adviseur van Spaar Select, [naam adviseur] (hierna: de adviseur), volledige inzage gekregen in de financiële situatie van [gedaagden] . Zo is gesproken over het feit dat [gedaagden] . geen spaargeld had en is de hypothecaire situatie besproken, waarin naar voren kwam dat [gedaagden] . nog een bedrag in de ‘kredietruimte’ van de hypotheek had. Daarnaast is met de adviseur gesproken over de wens van [gedaagden] . om vermogen op te bouwen voor zijn kinderen. [gedaagden] . wilde graag vermogen opbouwen voor hun studie of voor als zij uit huis zouden gaan. Daarnaast wilde [gedaagden] . ook graag extra vermogen opbouwen voor (gedeeltelijke) aflossing van de hypotheek. De adviseur gaf aan dat dit mogelijk was en vertelde dat zij een geschikte constructie wist waarmee [gedaagden] . zijn doelstellingen zou bereiken. De adviseur adviseerde [gedaagden] . om het Profit Effect van Bank Labouchere af te sluiten. Dit zou namelijk een goed renderend product zijn, waarmee in korte tijd veel vermogen opgebouwd kon worden. De adviseur onderbouwde haar verhaal door middel van een brochure van het Profit Effect. Daarin werd geen rekening gehouden met tegenvallende, of zelfs negatieve resultaten. Nu [gedaagden] . in de kredietruimte van zijn hypotheek nog NLG 16.200,- beschikbaar had adviseerde de adviseur om dit bedrag aan te wenden voor een vooruitbetaling in het Profit Effect. Daarbij adviseerde de adviseur [gedaagden] . om dit bedrag te splitsen in drie overeenkomsten. Eén van NLG 3.240,-, één van NLG 8.100,- en één van NLG 4.860,-. Volgens de adviseur zou [gedaagden] . op deze wijze een aanzienlijk vermogen opbouwen voor zijn kinderen en ter aflossing van de hypotheek. [gedaagden] . had geen ervaring met beleggen of kennis van complexe financiële producten. Om deze reden vertrouwde [gedaagden] . volledig op de deskundigheid van de adviseur en haar advies. Daarom heeft [gedaagden] . ook het advies van de adviseur opgevolgd. De aanvraagformulieren zijn tijdens dit gesprek door de adviseur ingevuld en door [gedaagde 1] ondertekend. Vervolgens zijn de overeenkomsten per post naar [gedaagden] . toegestuurd. De adviseur heeft daarna nog telefonisch en schriftelijk contact met [gedaagden] . opgenomen, omdat zij de getekende
[adviseursnummer], alle ondertekend in [plaats 1] ,
- een drietal kopieën van de overeenkomsten van 2 december 2000 en 4 januari 2001 met contractnummers [contractnummer 1] , [contractnummer 2] en [contractnummer 3] op naam van [gedaagden] ., alle genaamd ‘Profit Effect Vooruitbetaling’ en voorzien van een stempel met de tekst:
Spaar Select [plaats 3] . [naam adviseur](…)en het adviseursnummer:
[adviseursnummer] -Spaar Select B.V.,
- een kopie van een algemene brochure omtrent het Profit Effect product,
- een kopie van een visitekaartje voorzien van het logo van Spaar Select, waarop vermeld staat:
[naam adviseur] . Accountmanager.
conclusie4.14. Uit het voorgaande volgt dat niet ten volle kan worden vastgesteld dat Dexia niets meer aan [gedaagden] . is verschuldigd. Wat Dexia nog wel aan [gedaagden] . is verschuldigd, kunnen partijen inmiddels berekenen. De voor vergoeding in aanmerking komende schade bestaat uit de door de afnemer betaalde inleg (termijnbetalingen en eventuele aflossingen) en het niet vergoede gedeelte van de (fictieve) restschuld. Daarnaast dient rekening gehouden te worden met te verrekenen genoten voordelen, waaronder dividenduitkeringen, fiscale voordelen en een eventueel in aanmerking te nemen batig saldo uit voorgaande overeenkomsten. Een en ander volgens het door Dexia overgelegde financiële overzicht waarvan de juistheid door [gedaagden] . niet of onvoldoende gemotiveerd is betwist. In het geval reeds eerder een schadevergoeding door Dexia is betaald, geldt ten aanzien van de verrekening daarvan hetgeen is overwogen in de beslissing van de Rechtbank Amsterdam van 25 november 2021 (ECLI:NL:RBAMS:2021:7910). De wettelijke rente is verschuldigd over het door Dexia te restitueren bedrag volgens de uitgangspunten als geformuleerd in HR 1 mei 2015 (ECLI:NL: HR:2015:1198) en HR 3 februari 2017 (ECLI:NL:HR:2017:164). Een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten is niet aan de orde. Niet gebleken is dat er meer of andere werkzaamheden aan de orde zijn geweest dan die, welke genoemd zijn in het arrest van de Hoge Raad van 12 april 2019, ECLI:NL:HR:2019:590.