4.5Aan de hand van de stukken in het dossier en hetgeen eiser en verweerder hieromtrent hebben verklaard, stelt de rechtbank vast dat eiser betrokken is geweest bij de volgende incidenten:
a. het eerste incident vond plaats tijdens een duikoefening gedurende de opleiding van eiser in 1998, waarbij eiser onder een ponton/platbodem door moest zwemmen. Het ponton lag deels in de modder. Tijdens deze duikoefening heeft eiser enige tijd onder de platbodem vastgezeten en is hij het mondstuk van zijn duikfles verloren. Eiser heeft zich uiteindelijk weten te bevrijden en zijn ademautomaat gevonden;
b. het tweede incident betrof de Schipholbrand in het cellencomplex te Schiphol-Oost in de nacht van 26 op 27 oktober 2005. Eiser was met een hulpverleningsvoertuig om 00.45 uur ter plaatse. De aanvankelijke verwarring over welke poort op het complex binnen te komen was op dat moment voorbij en er was reeds een aanvang gemaakt met de inzet door eerder gearriveerde hulp- en blusvoertuigen. Twee uur na aankomst, omstreeks 02.45 uur, heeft eiser het complex betreden in de naverkenningsfase. De brand was toen geblust. Eiser heeft drie slachtoffers uit het pand geborgen. In totaal zijn elf dodelijke slachtoffers geborgen. Dat eiser machteloos heeft staan kijken hoe een persoon, van hem gescheiden door een glaswand, om het leven is gekomen door de brand, is niet komen vast te staan;
c. het derde incident was op 25 februari 2009, op de dag van het vliegtuigongeluk van [naam vliegtuigmaatschappij] (de Poldercash). Eiser is die dag niet ingezet als hulpverlener bij het vliegtuigongeluk, maar heeft vrijwillig een extra nachtdienst gedraaid. Tijdens die dienst is eiser opgeroepen bij een dodelijk ongeval, waarbij een collega van politie is verongelukt. Eiser is ter plekke geweest, maar niet in actie gekomen. Verder is eiser die nacht nog ter plaatse geweest bij een auto-ongeval, waarbij een auto met inzittenden te water was geraakt. Ook bij dit ongeval is eiser niet zelf in actie gekomen;
d. het vierde incident was een voorval in april 2011. Tijdens een hulpverleningsoefening aan een auto is een zogenaamde gordelspanner van een autostoel losgeraakt en is de schietpin door het brandweerpak van eiser geschoten. De pin heeft eiser geraakt in zijn lies en hij is naar het ziekenhuis afgevoerd. Eiser heeft hiervan geen blijvende schade overgehouden;
e. het laatste incident vond plaats in december 2011 tijdens de brand van een boerderij. Tijdens deze brand was eiser werkzaam op een hoogwerker. Eiser vreesde dat de muur van de boerderij zou omvallen, waarbij mogelijk collega’s zouden worden geraakt en heeft hiervoor gewaarschuwd. Er werd geen gehoor gegeven aan de waarschuwing van eiser. De bevelvoerder en de officier van dienst hebben een andere afweging dan eiser gemaakt. De muur is op een later moment ingestort, waarbij geen gewonden zijn gevallen. Voorts heeft eiser na deze brand gewaarschuwd voor het vrijkomen van asbest. Uit de rapportage van dit incident is gebleken dat de melding voor het vrijkomen van asbest is genoteerd.