4.3Het oordeel van de rechtbank
De bewijsmiddelen t.a.v. feit 1 primair
[slachtoffer 1]heeft
aangiftegedaan en zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Mijn remleidingkabels zijn tussen 24 november 2023 om 01:00 uur en 26 november 2023 om 18:25 uur bij de [adres 1] in Heerlen, moedwillig doorgeknipt. Dit is geconstateerd door mij en een ANWB-medewerker nadat mijn auto de melding gaf dat mijn remoliepeil laag is en ik niet verder mocht rijden met het voertuig. De ANWB-medewerker bevestigde ook dat dit moedwillig is doorgeknipt en niet door enig ongedierte of door iets anders is gebeurd. Het is een rechte snij.
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op vrijdag 24 november 2023, te 01:00 uur, parkeerde aangeefster [slachtoffer 1] haar personenauto, merk Ford, [type] , [kleur] en voorzien van het Nederlandse kenteken [nummer] aan de [straat 1] te Heerlen. Toen aangeefster op zondag 26 november 2023, te 18:25 uur weer gebruik wilde maken van haar voornoemde personenauto gaf het display van de personenauto de melding "remolie leiding laag niet verder rijden". Na inspectie aan de personenauto bleek dat de
remslang welke zich rechtsvoor onder de wielkast bevindt was doorgeknipt cq gesneden.
[slachtoffer 1]heeft
aangiftegedaan en zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Mijn remolieleidingen zijn tussen 19 januari 2024 om 18:30 uur en 19 januari 2024 om 21:49 uur bij de [adres 1] in Heerlen weer vernield. Dit keer zowel links voor als rechts voor beide kanten doorgesneden.
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op vrijdag 19 januari 2024, omstreeks 21:50 uur, kwam aangeefster [slachtoffer 1] aan bij haar personenauto, merk Ford, [type] , [kleur] en voorzien van het Nederlandse kenteken [nummer] . Na het starten van haar personenauto verscheen op het display van de personenauto de melding “remolie leiding laag niet verder rijden”. Hierop heeft aangeefster telefonisch contact opgenomen met de ANWB.
Op vrijdag 19 januari 2024 heeft een medewerker van de ANWB een onderzoek uitgevoerd aan de personenauto van aangeefster [slachtoffer 1] . De medewerker van de ANWB heeft tijdens het onderzoek aan de personenauto een filmpje gemaakt van de schade aan de remleidingen. Tijdens deze opname hoor je de medewerker van de ANWB het navolgende zeggen (letterlijke tekst):
“de breuk van de remleiding is best mooi. Als het een marter zou zijn dan zie je dat het afgeknabbeld zou zijn”’.
Getuige
[naam 9]heeft zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Eind november 2023 kreeg ik in mijn autobedrijf een personenauto, merk Ford, [type] , [kleur] en voorzien van het Nederlandse kenteken [nummer] , ter reparatie aangeboden.
Ik heb de personenauto op de brug gezet en ik zag dat de remslang die linksvoor onder de wielkast zat was doorgeknipt dan wel doorgesneden.
Door mijn jarenlange ervaring en expertise in reparaties van auto’s durf ik met zekerheid te zeggen dat deze remslang was doorgeknipt dan wel doorgesneden. De schade aan deze remslang werd niet veroorzaakt door een dier of dergelijke.
Als men een remslang doorknipt dan is de remdruk volledig weg. Je zult mogelijk nog een á tweemaal heel zachtjes kunnen remmen. Daarna valt de remdruk volledig weg. Als mijn klant met deze schade was gaan rijden en ze had ongelukkig een noodstop moeten maken dan had ze nooit op tijd kunnen stilstaan met haar personenauto.
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op 19 januari 2024, omstreeks 18:30 uur, parkeerde aangeefster [slachtoffer 1] haar personenauto, merk Ford, [type] , [kleur] en voorzien van het Nederlandse kenteken [nummer] in een parkeervak ter hoogte van de [adres 2] te Heerlen.
Bewoner van de [adres 2] te Heerlen, de heer [naam 2] , had contact opgenomen met aangeefster [slachtoffer 1] dat hij camerabeelden had en dat hij deze beelden aan haar beschikbaar wilde stellen ten behoeve van het onderzoek.
De beveiligingscamera is gevestigd aan het perceel [adres 2] te Heerlen. De
beveiligingscamera heeft zicht op de oprit van de woning, parkeervakken en de openbare weg.
Op 19 januari 2024 om 21:19:58 uur, komt een personenauto aangereden. De personenauto parkeert ter hoogte van de [adres 3] in een parkeervak.
Uit de geparkeerde personenauto stapt een onbekend mannelijk persoon (NN01). Deze persoon loopt vervolgens in de richting van de personenauto van aangeefster.
De man (NN01) bukt zich bij de personenauto van aangeefster en blijft ter hoogte van het rechter achterwiel enige tijd zitten. De man kijkt met zijn hoofd in de richting van het achterwiel.
De man (NN01) bukt / ligt vervolgens enige tijd bij het linker- en rechter voorwiel van de personenauto van aangeefster.
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op woensdag 10 april 2024, werd in de loop van de middag een bericht vanuit de politie verspreid op social media. Hierin werd gevraagd naar herkenning van personen en/of getuigen naar aanleiding van het doorsnijden van remkabels van het voertuig van het slachtoffer, gepleegd op 19 januari 2024. In dit bericht werden ook beelden getoond.
Uit het onderzoek telefoontap, geschakeld op het telefoonnummer [telefoonnummer 1] bleek het volgende:
Op donderdag 11 april 2024, luisterde ik, verbalisant, [naam 3] , een gesprek uit die gevoerd werd op woensdag 10 april 2024 om 18:47 uur. Dit is nadat het bericht op social media is geplaatst. Dit gesprek werd gevoerd door de gebruikers van het de nummers [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] . Uit CIOT-bevraging blijkt dat de nummers op naam staan van:
[telefoonnummer 1]
[verdachte] (NNV9109)
[adres 4]
[telefoonnummer 2]
[naam 1] (NNM8321)
[adres 5]
Het gesprek is letterlijk uitgewerkt.
2: Waar heb jij dat gezien dan?
1: Ik zie geen link van he, nee. .. Ik kreeg een linkje van [naam 4] . "Is dat die auto van die trut?" "Ik zou het niet weten?"
1: Staat het ook op facebook dan?
2: Jajaaaa, op facebook, opsporing verzocht, op het nieuws, overal... oooveral.
1: Ok, maar je gezicht zie je niet he?
2: ja jawel!
1: En jouw gezicht zie je?
2: Jajaaaa
1: Wat zeggen ze dan?
2: 'zucht' het gaat zich dr'om dat jij tegen mij zegt.... daar hoor je noooooit meer wat van... en wat heb ik jou gezegd? Die zijn zwaar onderzoek bezig... nee nee nee ntv dat snap ik. Het is op het nieuws op dinge.. opsporing verzocht, overal, overal is het erop.... ooooveral. Twee keer poging tot doodslag
1: Ja, ik heb het gezien... ntv... ik heb alleen maar zo een NOS uhh bericht gekregen van mijn broertje
2: Wat zei die?
1: Dat jij op je knieën zat en uhh, dat was het, meer niet
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op woensdag 8 mei 2024, onderzocht ik, [naam 5] , het verkregen extractierapport van de inbeslaggenomen mobiele telefoon, Apple Iphone, van de verdachte [naam 1] . De simkaart die in het toestel werd aangetroffen had het navolgende telefoonnummer + [telefoonnummer 2] .
Tussen bovengenoemde gebruikers werden in de periode van 30 juli 2023 tot en met 15 april 2024 in totaliteit 7266 berichten verstuurd dan wel ontvangen.
Gebruiker [verdachte] / [telefoonnummer 1] - CIOT bevraging:
[verdachte]
[adres 6]
Gebruiker [naam 6] / [telefoonnummer 2] - CIOT bevraging:
[naam 1]
[adres 5]
In deze berichten wordt herhaaldelijk gesproken over klaploper/mafklapper en strontkut/kut. Door de inhoud en context van de volledige chatberichten tussen de gebruikers is het zeer aannemelijk dat met klaploper/mafklapper aangever
de heer [slachtoffer 1] wordt bedoeld en met strontkut/kut aangeefster mevrouw [slachtoffer 1] wordt bedoeld.
Gesprek 05 november 2023
Bericht van [naam 6] (11:58 uur): “Ik ga niet slape voor dat ik die dochter heb gehad”
Bericht van [verdachte] (11:59 uur): “Ik hou alleen van jou mijn schatje”
Gesprek 21 november 2023
Bericht van [naam 6] (13:56 uur): “Kan je me vanavond uurtje komen hale dat ik dat met die kut regel voordat ik morge niks meer kan dan is dat ook geregeld ik heb je dat belooft dan doe ik dat ook”
Bericht van [naam 6] (14:39 uur): “Kom mij gewoon halen ik wil en doe dat heel graag voor je is zo gebeurd 5 minuten”
Bericht van [naam 6] (15:44 uur): “Ik vind dat ik dat jou op zijn minst verschuldigd ben”
Bericht van [naam 6] (18:47 uur): “Als je het wil afmaken met die kut dan hoor ik het wel ze is bij domino’s”
Gesprek 10 december 2023
Bericht van [naam 6] (22:14 uur): “Nu kijke als die stronthoer daar is”
Bericht van [naam 6] (22:15 uur): “Is die ook meteen klaar”
Bericht van [naam 6] (22:21 uur): “Stronthoer is er ook”
Bericht van [naam 6] (22:21 uur): “Die is ook zo klaar”
Gesprek 25 december 2023
Bericht van [verdachte] (11:45 uur): “Die kutwijf staat ook hier haar auto dan”
Bericht van [naam 6] (11:46 uur): “Als ik vanavond bij jou ben zal ik wel weer daarheen lopen”
Bericht van [naam 6] (11:46 uur): “Duurt telang”
Bericht van [verdachte] (11:46 uur): “Ja vindt ik ook”
Gesprek 26 december 2023
Bericht van [naam 6] (14:49 uur): “Jij hebt een hekel aandoe kut en wil ze laten verongelukken”
Bericht van [naam 6] (14:50 uur): “Dan moet je wel beetje meewerken”
Gesprek 29 december 2023
Bericht van [naam 6] (15:41 uur): “Als je terug van [naam 7] komt kijk als die kut daar is”
Bericht van [verdachte] (15:43 uur) : “Oké”
Gesprek 01 januari 2024
Bericht [naam 6] (16:40 uur): “Kijk eens als die kut daar is”
Bericht van [verdachte] (20:40 uur): “Nee ze is er niet”
Gesprek 06 januari 2024
Bericht van [naam 6] (10:25 uur): “Kut is in de [straat 2] ”
Bericht van [naam 6] (23:12 uur): “Als ik nu bij jou was geweest had ik die kut kunne pakke die is nog steeds om de hoek bij jou”
Bericht van [verdachte] (23:13 uur): “Haar tyd komt nog wel”
Bericht [naam 6] (23:14 uur): “Zo graag wil je het ook niet meer volgens mij of wel”
Bericht van [verdachte] (23:14 uur): “Tuurlijk wel”
Gesprek 15 januari 2024
Bericht van [verdachte] (12:14 uur): “Waar is die kut wijf nu”
Bericht van [naam 6] (12:16 uur): “ [straat 2] ”
Medeverdachte
[naam 1]heeft als getuige ter terechtzitting het volgende zakelijk weergegeven verklaard:
Ik heb beide keren de remkabels doorgeknipt van de auto van [slachtoffer 1] .
Met ‘die kut’ bedoelde ik [slachtoffer 1] .
De
verdachteheeft ter terechtzitting zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Met ‘strontkut’ bedoelde ik [slachtoffer 1] .
Bewijsoverwegingen t.a.v. feit 1 primair
De rechtbank stelt op basis van de bewijsmiddelen vast dat de medeverdachte [naam 1] de remleidingen van de auto van aangeefster [slachtoffer 1] op twee momenten heeft doorgeknipt: eenmaal in de periode tussen 24 november 2023 en 26 november 2023 (remslang rechtsvoor) en eenmaal op 19 januari 2024 (remslangen linksvoor én rechtsvoor). Zijn op dit punt bekennende verklaring wordt ondersteund door de camerabeelden van de plaats delict van 19 januari 2024, waarop te zien is dat een persoon handelingen verricht aan de rechter en linker voorkant van de auto van de aangeefster, en het tapgesprek van 11 april 2024 tussen de verdachte en de medeverdachte, waarin de medeverdachte onder meer zegt dat hij op die beelden te zien is.
Medeplegen?
De vraag ligt voor of uit de bewijsmiddelen een nauwe en bewuste samenwerking naar voren komt tussen de verdachte en haar medeverdachte, zoals vereist voor een bewezenverklaring van medeplegen.
De rechtbank is van oordeel dat de hiervoor als bewijsmiddelen opgenomen berichten in onderling verband en samenhang bezien tot geen andere conclusie kunnen leiden dan dat de verdachte met medeverdachte [naam 1] samen het plan had gevat om de aangeefster om het leven te brengen, waarbij de medeverdachte de feitelijke handelingen heeft verricht. Noch het procesdossier, noch hetgeen de verdachte en de medeverdachte hieromtrent hebben verklaard biedt aanknopingspunten voor een alternatieve lezing. De berichten bevatten immers onmiskenbaar kwaadwillende intenties van zowel de verdachte als van de medeverdachte, die naadloos passen in de uiteindelijke vertaling van die intenties: het tot tweemaal toe doorknippen van de remleidingen van de auto van de aangeefster. Het doel van de verdachte was dat de aangeefster moest
“verongelukken”; de medeverdachte zou aan de verwezenlijking van dat doel meewerken: hij had dit aan de verdachte immers beloofd. Toen de eerste poging niet tot het door de verdachte en de medeverdachte gewenste resultaat had geleid, liet de verdachte aan de medeverdachte weten dat de tijd van de aangeefster nog zou komen en dat de kwaadwillende intenties niet waren veranderd. Een kleine twee weken na die openbaring van de verdachte volgde de tweede poging. De verdachte en de medeverdachte hielden de bewegingen van de aangeefster nauwlettend in de gaten. Zo ook kort voor de tweede poging: de verdachte wilde van de medeverdachte weten waar de aangeefster zich bevond. Samen hebben zij het plan gesmeed, hetgeen is uitgemond in twee pogingen om de aangeefster van het leven te beroven. De voornoemde berichten, in onderling verband en samenhang bezien, rechtvaardigen alleszins de conclusie dat de verdachte opzet had op de samenwerking met de medeverdachte en op de te verrichten gedragingen: het doorknippen van de remleidingen.
Aan het deel van de bekennende verklaring van de medeverdachte dat erop neerkomt dat de verdachte van niets wist, hecht de rechtbank geen geloof, nu dit deel van de verklaring van de medeverdachte wordt weersproken door de voornoemde berichten.
Opzet op de dood?
Vervolgens dient de vraag te worden beantwoord of het dossier steun biedt voor bewezenverklaring van opzet bij de verdachte en haar medeverdachte, al dan niet in voorwaardelijke vorm, op de dood van aangeefster.
De rechtbank is in dit verband van oordeel dat uit de hiervoor genoemde berichten volgt dat de verdachten met vol opzet hebben gehandeld. Beiden hadden zich immers willens en wetens tot doel gesteld om aangeefster om het leven te brengen. Ter verwezenlijking van dat doel werden de remleidingen van de auto van de aangeefster tot twee maal toe doorgeknipt door de medeverdachte. Het doorknippen van de remleidingen is een geschikt middel om een persoon om het leven te brengen. Dit doet immers het remvermogen van de auto aanmerkelijk afnemen, waardoor een verkeersongeval met dodelijke afloop, met name indien de bestuurder krachtig moet remmen om een ongeval te voorkomen, mogelijk is. Zulke verkeerssituaties zijn niet ongebruikelijk. Het voorgaande wordt ook bevestigd door de getuige [naam 9] , die in dit verband heeft verklaard dat de aangeefster, indien zij was gaan rijden, nooit op tijd had kunnen stilstaan met de auto.
Voorbedachte raad?
Ten slotte rijst de vraag of de verdachte met voorbedachten rade heeft gehandeld. Voor een bewezenverklaring van het bestanddeel ‘voorbedachte raad’ moet ingevolge de vaste jurisprudentie van de Hoge Raad komen vast te staan dat de verdachte zich gedurende enige tijd heeft kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat zij niet heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat zij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van haar voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven. Bij de vraag of sprake is van voorbedachte raad gaat het bij uitstek om een weging en waardering van de omstandigheden van het concrete geval door de rechter, waarbij deze het gewicht moet bepalen van de aanwijzingen die voor of tegen het bewezen verklaren van voorbedachte raad pleiten. De vaststelling dat de verdachte voldoende tijd had om zich te beraden op het te nemen of het genomen besluit vormt weliswaar een belangrijke objectieve aanwijzing dat met voorbedachten rade is gehandeld, maar behoeft de rechter niet ervan te weerhouden aan contra-indicaties een zwaarder gewicht toe te kennen. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de omstandigheid dat de besluitvorming en uitvoering in plotselinge hevige drift plaatsvinden, dat slechts sprake is van een korte tijdspanne tussen besluit en uitvoering of dat de gelegenheid tot beraad eerst tijdens de uitvoering van het besluit ontstaat.
De rechtbank oordeelt dat uit het berichtenverkeer tussen de verdachte en de medeverdachte in onderling verband en samenhang bezien volgt dat de verdachte en haar medeverdachte zich gedurende enige tijd hebben kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat zij niet hebben gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat zij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van haar voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven. Van enige contra-indicaties is niet gebleken.
Conclusie
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank het aan de verdachte tenlastegelegde medeplegen van poging tot moord wettig en overtuigend bewezen.
De bewijsmiddelen t.a.v. feit 2 en feit 3
Aangeefster
[slachtoffer 1]heeft in haar verhoor zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Tevens wil ik bij deze aan u kenbaar maken dat ik ook aangifte van stalking doe. Er werd een tracker onder mijn personenauto aangetroffen. Hiermee maak ik op dat iemand zonder mijn toestemming mijn doen en laten kan volgen. Ik voel mij hierdoor bedreigd en aangetast in mijn persoonlijke levenssfeer.
Aangeefster
[slachtoffer 1]heeft in haar verhoor zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Opmerking verbalisant:
Aangifte 1:
Tussen vrijdag 24 november 2023 om 10.00 uur en zondag 26 november 2023 om 18.25 uur werd een vernieling gepleegd aan een personenauto, merk Ford, [type] , [kleur] , voorzien van het Nederlandse kenteken [nummer] .
Deze personenauto stond geparkeerd op de [straat 1] te Heerlen.
Door aangeefster, [slachtoffer 1] , werd van de vernieling aan de personenauto
aangifte gedaan.
Aangifte 2:
Voorts werd er tussen vrijdag 19 januari 2024 om 18.30 uur en vrijdag 19 januari 2024 om 21.49 uur wederom aan deze personenauto vernielingen gepleegd. Van de personenauto zouden de remolieleidingen van links- alsmede rechtsvoor te zijn doorgesneden.
Verklaring aangever over de tweede aangifte:
Bij de controle in de garage en de reparatie van mijn auto werd toen geconstateerd dat ik een tracker in het skelet van mijn personenauto had zitten. In het middengedeelte van de onderkant van mijn personenauto zou deze zijn bevestigd. Deze tracker zou actief zijn en knipperde en iedere keer als we spraken dan knipperde deze tracker. Als we stil bleven dan knipperde deze tracker niet. Zodoende wisten we zeker dat dit een tracker was met geluid/audio opname.
Volgens de garage zat bij de tracker al wat roestvorming eromheen en was daarom langer op mijn auto aanwezig.
Ik heb mijn vader toen gebeld en hem verteld over de tracker. De reden dat ik mijn vader belde was dat mij binnenschoot dat mijn vader recentelijk had gezegd dat zodra hij zijn auto instapte, hij een piepje hoorde op zijn telefoon. Ik
realiseerde namelijk dat mogelijk mijn vader ook een tracker onder zijn auto had
zitten, omdat deze mogelijk verbinding zocht met de gsm van mijn vader. Mijn vader was op dat moment aan het werk en is naar buiten gegaan naar zijn auto. Mijn vader heeft toen zijn auto helemaal gecontroleerd en er zat inderdaad ook een tracker onder de auto van mijn vader.
Ik heb vrees voor de toekomst. Ik vrees al het erge. Ik controleer heel vaak en opnieuw onder andere mijn voertuig. Ik ben in de omgeving op mijn hoede en ben hier zelfs paranoïde van geraakt.
[slachtoffer 2]heeft op 15 februari 2024 aangifte gedaan en zakelijk weergegeven het volgende verklaard:
Ik wil graag aangifte doen van het feit dat er een tracker is aangetroffen in mijn auto. Iemand volgt mijn doen en laten waar ik geen toestemming voor heb gegeven.Ik voel me hierdoor bedreigd en aangetast in mijn persoonlijke levenssfeer. In deauto van mijn dochter is ook een tracker aangetroffen.
In 2014 heb ik [verdachte] leren kennen. Inmiddels zijn we gescheiden in 2021.dat is nu ook het probleem, want [verdachte] wil een deel van het huis hebben. Ik denk dat het daar allemaal om te doen is. Ik denk dat de tracker die bij mij en bij mijn dochter is gevonden van haar is. Ik heb meerdere whatsapp berichten van haar gekregen waaruit blijkt dat ze wist waar mijn dochter en ik op bepaalde tijden waren. Zo stuurde ze mij bijvoorbeeld een bericht dat mijn dochter op een ochtend tussen 06.00 uur en 07.00 uur was weggeweest. Ze heeft mij ook een keer geappt dat ze het niet normaal vond dat ik van 00.15 uur tot 03.00 uur bij de basic fit gesport had. Dat klopte precies, want ik werk in vijf ploegen dienst waardoor ik een onregelmatig dag patroon heb.
In het
proces-verbaalvan bevindingen staat zakelijk weergegeven het volgende gerelateerd:
Op woensdag 8 mei 2024, onderzocht ik, [naam 5] , het verkregen extractierapport van de inbeslaggenomen mobiele telefoon, Apple Iphone, van de verdachte [naam 1] . De simkaart die in het toestel werd aangetroffen had het navolgende telefoonnummer + [telefoonnummer 2] .
Tussen bovengenoemde gebruikers werden in de periode van 30 juli 2023 tot en met 15 april 2024 in totaliteit 7266 berichten verstuurd dan wel ontvangen.
Gebruiker [verdachte] / [telefoonnummer 1] - CIOT bevraging:
[verdachte]
[adres 6]
Gebruiker [naam 6] / [telefoonnummer 2] - CIOT bevraging:
[naam 1]
[adres 5]
In deze berichten wordt herhaaldelijk gesproken over klaploper/mafklapper en strontkut/kut. Door de inhoud en context van de volledige chatberichten tussen de gebruikers is het zeer aannemelijk dat met klaploper/mafklapper aangever
de heer [slachtoffer 1] wordt bedoelt en met strontkut/kut aangeefster mevrouw [slachtoffer 1] wordt bedoelt.
In de berichten tussen de gebruikers [naam 6] en [verdachte] komt duidelijk naar voren dat gebruiker [naam 6] veelvuldig de actuele locatie/positie van klaploper/mafklapper en strontkut/kut doorgeeft aan gebruiker [verdachte] .
Gesprek 17 september 2023
Bericht van [verdachte] (17:34 uur): “Hij is er”
Bericht van [verdachte] (17:34 uur): “Auto goed geparkeerd”
Bericht van [naam 6] (17:35 uur): “2 minute”
Bericht van [naam 6] (17:35 uur): “Is klaar”
Bericht van [verdachte] (17;40 uur): “Oké”
Gesprek 7 oktober 2023
Bericht van [naam 6] (18:25 uur): “Klaploper is nog in achen”
Bericht van [verdachte] (18:26 uur): “Niet normaal”
Bericht van [verdachte] (18:26 uur): “Hij is bij de Lidl zegt hij”
Bericht van [naam 6] (18:28 uur): “Is nog niet vertrokken”
Bericht van [naam 6] (18:40 uur): “En toch staat ie nog steeds op de zelfde plaats offline”
Bericht van [verdachte] (18:41 uur): “Hij zegt Lidl dan komt die”
Bericht van [naam 6] (18:41 uur): “Hij is nog niet vertrokken”
Bericht van [naam 6] (18:45 uur): “Hij is in Kerkrade”
Bericht van [naam 6] (18:57 uur): “Paar minute is ie er”
29 oktober 2023
Bericht van [naam 6] (20:01 uur): “Strontkut is er niet”
Bericht van [verdachte] (20:08 uur): “Dat is echt jammer”
Bericht van [naam 6] (20:09 uur): “Meneer is ook nog thuis”
Gesprek 21 november 2023
Bericht van [naam 6] (18:47 uur): “Als je het wil afmaken met die kut dan hoor ik het wel ze is bij domino’s”
Gesprek 09 december 2023
Bericht van [naam 6] (16:18 uur): “Denk dat het nog wel even duurt voordat die mafklapper komt die is in Duitsland”
Bericht van [naam 6] (17:01 uur): “Mafklapper is net thuis aangekomen”
Gesprek 10 december 2023
Bericht van [verdachte] (18:19 uur): “Mafklapper is weg”
Bericht van [naam 6] (18:20 uur): “Gps zeg dat ie nog steeds bij je is”
Bericht van [verdachte] (18:20 uur): “Auto staat er zie ik”
Bericht van [naam 6] (22:14 uur): “Nu kijke als die stronthoer daar is”
Bericht van [naam 6] (22:15 uur): “Is die ook meteen klaar”
Bericht van [naam 6] (22:21 uur): “Stronthoer is er ook”
Bericht van [naam 6] (22:21 uur): “Die is ook zo klaar”
Gesprek 11 december 2023
Bericht van [naam 6] (02:44 uur): “Mafklapper komt 5 minuten geleden thuis aan in [straat 2] ”
Gesprek 25 december 2023
Bericht van [naam 6] (10:57 uur): “Klaploper is ook gaan sporten tot 3uur vannacht”
Bericht van [verdachte] (11:08 uur): “Heb hem aangesproken dat het niet normaal is meisjes lang niet gezien maar wel tot 3 ur sporten”
Bericht van [naam 6] (11:09 uur): “Ik zal eens kijken hoelaat die is gaan sporten”
Bericht van [verdachte] (11:09 uur): “Ja doe dat krijgt die arme zoon de schuld”
Bericht van [naam 6] (11:10 uur): “Kwart over 12 is ie vertrokken”
Bericht van [naam 6] (11:16 uur): “10 voor 3 was ie nog bij basic fit”
Bericht van [verdachte] (11:45 uur): “Die kutwijf staat ook hier haar auto dan”
Gesprek 28 december 2023
Bericht van [naam 6] (09:59 uur): “Gps voor die kut is ook klaar voor gebruik”
Gesprek 29 december 2023
Bericht van [naam 6] (15:41 uur): “Als je terug van [naam 7] komt kijk als die kut daar is”
Bericht van [verdachte] (15:43 uur) : “Oké”
Gesprek 01 januari 2024
Bericht [naam 6] (16:40 uur): “Kijk eens als die kut daar is”
Bericht van [verdachte] (20:40 uur): “Nee ze is er niet”
Gesprek 03 januari 2024
Bericht van [naam 6] (16:26 uur): “Kut rijd op de autosnelweg”
Bericht van [naam 6] (16:32 uur): “Bartoring in Landgraaf is ze”
Bericht van [verdachte] (16:44 uur): “Oké wat is dat voor iets”
Bericht van [naam 6] (16:46 uur): “Ze is alweer onderweg”
Gesprek 04 januari 2024
Bericht van [naam 6] (07:36 uur): “Die kut is nog op dezelfde plaats”
Gesprek 06 januari 2024
Bericht van [naam 6] (10:25 uur): “Kut is in de [straat 2] ”
Bericht van [naam 6] (10:26 uur): “Mafklapper is ook thuis”
Bericht van [naam 6] (12:01 uur): “Mafklapper was pas om 4uur vannacht terug van sporten”
Bericht van [verdachte] (12:08 uur): “Gek is het”
Bericht van [naam 6] (23:12 uur): “Als ik nu bij jou was geweest had ik die kut kunne pakke die is nog steeds om de hoek bij jou”
Gesprek 09 januari 2024
Bericht van [naam 6] (07:25 uur): “Mafklapper is gaan sporten”
Bericht van [verdachte] (07:25 uur): “Wanneer is hij gaan sporten?”
Bericht van [naam 6] (07:26 uur): “Half 8)”
Bericht van [verdachte] (07:26 uur): “Ow oké nou nou dat is nieuw”
Bericht van [naam 6] (10:57 uur): “Mafklapper is nog aan het sporten”
Gesprek 10 januari 2024
Bericht van [naam 6] (07:01 uur): “Mafklapper was pas om half 1 thuis vannacht”
Bericht van [naam 6] (17:30 uur): “Mafklapper is net thuis en die kut is nog steeds in Landgraaf”
Gesprek 14 januari 2024
Bericht van [naam 6] (21:13 uur): “Die trut is in de [straat 2] ”
Gesprek 15 januari 2024
Bericht van [verdachte] (12:14 uur): “Waar is die kut wijf nu”
Bericht van [naam 6] (12:16 uur): “ [straat 2] ”
Medeverdachte
[naam 1]heeft als getuige ter terechtzitting het volgende zakelijk weergegeven verklaard:
Het klopt dat ik een GPS-tracker onder de auto van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] hebt geplaatst.
De bewijsoverweging t.a.v. feit 2 en feit 3
Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van belaging als bedoeld in artikel 285b, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht zijn verschillende factoren van belang: de aard, de duur, de frequentie en de intensiteit van de gedragingen van de verdachte, de omstandigheden waaronder deze hebben plaatsgevonden en de invloed daarvan op het persoonlijk leven en de persoonlijke vrijheid van het slachtoffer (HR 29 juni 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO5710; HR 4 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3095). Aan de hand van bovenstaande bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat de medeverdachte [naam 1] een GPS-tracker onder de auto van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] heeft geplaatst. Zodoende kon hij voor langere periode zien waar [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] zich bevonden met de auto. De medeverdachte deelde de locaties met de verdachte, waarbij de verdachte ook zelf vroeg naar de locaties van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . De verdachte heeft [slachtoffer 2] meerdere malen laten blijken dat zij wist waar hij en [slachtoffer 1] zich bevonden of hadden bevonden.
De rechtbank is van oordeel dat de aard, de duur, de frequentie en de intensiteit van de hiervoor vastgestelde gedragingen van de verdachte en haar medeverdachte, de omstandigheden waaronder deze hebben plaatsgevonden en de invloed daarvan op het persoonlijk leven en de persoonlijke vrijheid van de slachtoffers zodanig zijn geweest dat van een stelselmatige inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer sprake is geweest. [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] zijn door de verdachte en haar medeverdachte gedwongen te dulden dat hun gangen konden worden gevolgd. Dat zij pas later erachter zijn gekomen dat zij via de GPS-tracker voor langere tijd in de gaten zijn gehouden, acht de rechtbank (in navolging van de Hoge Raad in zijn arrest van 21 april 2020 (ECLI:NL:HR:2020:673) niet relevant. De rechtbank acht daarmee feit 2 en feit 3 bewezen.