ECLI:NL:RBLIM:2021:3115
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift tegen gedeeltelijke weigering omgevingsvergunning voor bomenkap
In deze zaak hebben eisers bezwaar gemaakt tegen de gedeeltelijke weigering van de omgevingsvergunning voor het kappen van bomen in de tuin van hun buren. De verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen, heeft het bezwaar van eisers niet-ontvankelijk verklaard, omdat de buren hadden aangegeven te berusten in de weigering. De rechtbank oordeelt echter dat eisers wel degelijk belanghebbenden zijn en dat zij een procesbelang hebben, aangezien zij van plan zijn een civielrechtelijke procedure te starten. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en herroept het primaire besluit, omdat de aanvraag voor de bomen waarvoor de vergunning was geweigerd inmiddels is ingetrokken. Dit betekent dat er geen aanvraag meer ten grondslag ligt aan de weigering van de vergunning, waardoor deze herroepen moet worden. De rechtbank concludeert dat eisers nog steeds belang hebben bij de uitkomst van de procedure, ondanks de intrekking van de aanvraag door de vergunninghouder. De rechtbank oordeelt dat het bezwaar van eisers ontvankelijk is, en dat de weigering van de kapvergunning voor de bomen 2 t/m 5 moet worden herroepen. De rechtbank draagt de verweerder op het griffierecht te vergoeden en veroordeelt hem in de proceskosten van eisers.