Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
- de pleitnota van [gedaagde] ,
- de mondelinge behandeling van 23 februari 2023, waarvan de griffier aantekening heeft gehouden.
2.De feiten
Ten aanzien van erfdienstbaarheden het verkochte betreffende verklaarden de comparanten ten deze te verwijzen naar:
een akte van transport, zeven oktober negentienhonderd negentien verleden voor notaris J.C.D. Roscam Abbing, (…), waarin het volgende voorkomt:
een akte van transport, zevenentwintig januari negentienhonderd twaalf verleden voor notaris J.O. de Kat Hendrikszoon, destijds te Arnhem, waarin met betrekking tot voormeld recht van weg nog is vermeld:
een akte van transport, twaalf december negentienhonderd twaalf verleden voor notaris A.S. de Wilde, (…), waarin het volgende voorkomt: “
De koopster is gehouden te laten liggen als weg een strook grond ten breedte van drie Meter, terwijl ook verkooper het daaraangrenzende perceel nummer [perceelnummer] op diezelfde breedte moet houden. De aldus gevormde weg “De [straatnaam] ” moet geheel blijven liggen als weg en wordt bij deze, voorzoover die weg niet reeds belast is met recht van uitweg, tot wederzijdsch nut en gebruik van het bij deze acte verkochte perceel van de aan verkooper verblijvende perceelen nummers [perceelnummer] , [perceelnummer] en [perceelnummer] , van meergenoemde Sectie, belast met de erfdienstbaarheid van uitweg naar de [straatnaam] . Alle perceelen wegen in voormelden titel van aankomst in eigendom verkregen. (…)”
- perceel [perceelnummer] ← [perceelnummer] ← [perceelnummer]
- perceel [perceelnummer] ← [perceelnummer] ← [perceelnummer] ← [perceelnummer] en [perceelnummer] .