ECLI:NL:RBDHA:2025:18434
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en interstatelijk vertrouwensbeginsel in het kader van de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 oktober 2025 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Russische nationaliteit, heeft op 8 juli 2025 asiel aangevraagd in Nederland. De minister van Asiel en Migratie heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld. Eiser betoogde dat Frankrijk niet aan zijn verdragsverplichtingen voldoet, verwijzend naar een rapport dat een tekort aan opvangplekken in Frankrijk beschrijft. De rechtbank oordeelde echter dat verweerder op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mocht aannemen dat Frankrijk zijn verplichtingen nakomt. Eiser heeft niet voldoende bewijs geleverd om aan te tonen dat de situatie in Frankrijk zo ernstig is dat overdracht aan Frankrijk in strijd zou zijn met artikel 3 van het EVRM. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat eiser geen recht heeft op proceskostenvergoeding. De uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.