[naam 1] stelt over de feitelijke gang van zaken het volgende:
Begin 1998 werd [naam 1] door Spaar Select telefonisch benaderd. De medewerker van Spaar Select stelde voor om een afspraak te maken voor een huisbezoek om de financiële situatie van [naam 1] door te nemen met een financieel adviseur van Spaar Select. [naam 1] heeft hiermee ingestemd. Vervolgens is er een adviseur van Spaar Select, de heer [naam 3] (hierna te noemen: adviseur [naam 3] , bij [naam 1] thuis gekomen. Tijdens de gesprekken zijn de financiële wensen en de financiële situatie van [naam 1] besproken. Met adviseur [naam 3] is gesproken over de wens van [naam 1] om vermogen op te bouwen voor de toekomst. [naam 1] wilde namelijk graag vermogen opbouwen om zijn hypotheek te kunnen aflossen. Adviseur [naam 3] gaf aan dat dit mogelijk was en vertelde dat hij een geschikt product had. Hij adviseerde [naam 1] om een Direct Rendement Effect van Bank Labouchere af te sluiten. Hiermee zou [naam 1] een aanzienlijk vermogen opbouwen. Deze overeenkomst was winstgevend en is daarom niet in het geding.
In 1998 heeft Rood Advies Groep telefonisch contact opgenomen met [naam 1] . De medewerker stelde voor om een afspraak te maken voor een huisbezoek om de huidige situatie van [naam 1] door te nemen. [naam 1] heeft hiermee ingestemd. Tijdens het eerste gesprek heeft de adviseur geïnformeerd naar de wensen en de financiële situatie van [naam 1] . Met deze adviseur is ook gesproken over het feit dat [naam 1] nog steeds de wens had om vermogen op te bouwen ter aflossing van zijn hypotheek. De adviseur gaf aan dat dit mogelijk was en vertelde dat hij hier een nieuw geschikt product voor had. De adviseur adviseerde [naam 1] om een Triple Effect product van Bank Labouchere af te sluiten. [naam 1] diende hiervoor een bedrag van NLG 4.000,- vooruit te betalen. Volgens de adviseur zou [naam 1] op deze wijze aanzienlijk vermogen opbouwen, waardoor [naam 1] zijn doelstelling zou bereiken. De adviseur onderbouwde zijn verhaal door middel van rekenvoorbeelden. Deze hielden geenszins rekening met tegenvallende resultaten. [naam 1] had geen kennis van complexe financiële producten en heeft het advies van de adviseur opgevolgd. Er is een Triple Effect overeenkomst afgesloten met een vooruitbetaling van NLG 4.000,-. Het aanvraagformulier is door de adviseur in orde gemaakt. Vervolgens is de adviseur nog een keer bij [naam 1] thuis geweest voor het tekenen van de overeenkomst. De ondertekende overeenkomst heeft de adviseur vervolgens aan Bank Labouchere toegezonden. Een jaar later (1999) heeft Spaar Select opnieuw contact opgenomen met [naam 1] . Het ging namelijk erg goed met het eerste contract, het Direct Rendement Effect. De medewerker van Spaar Select stelde voor om opnieuw een afspraak te maken voor een huisbezoek om de mogelijkheden te bespreken. [naam 1] heeft hiermee ingestemd. Adviseur [naam 3] is wederom bij [naam 1] thuisgekomen. Ook hij vertelde aan [naam 1] dat het op dat moment erg goed ging met de Direct Rendement Effect overeenkomst. Dit zou het moment zijn om het contract te beëindigen. De opbrengst die [naam 1] zou ontvangen zou [naam 1] in een nieuw, en beter, contract kunnen investeren. Adviseur [naam 3] adviseerde [naam 1] om de gehele opbrengst, bijna NLG 10.000,-, te investeren in één Overwaarde Effect product van Bank Labouchere. Dit product zou investeren in rendabele, solide fondsen. Op die manier zou hij een nog groter vermogen opbouwen, zodat hij zeker zijn doelstelling zou bereiken. Ook ditmaal onderbouwde adviseur [naam 3] zijn verhaal door middel van positieve rekenvoorbeelden, die geenszins rekening hielden met tegenvallende resultaten. Aangezien [naam 1] al eerder een overeenkomst had afgesloten met adviseur [naam 3] vertrouwde hij zijn verhaal ook volledig. Het opvolgen van het advies van de adviseur met betrekking tot het Direct Rendement Effect product had ook gunstig uitgepakt voor [naam 1] , dit zorgde er mede voor dat hij volledig vertrouwde op de deskundigheid van de adviseur en het gegeven advies. Er is een Overwaarde Effect overeenkomst afgesloten met een vooruitbetaling van NLG 9.703,82. Wederom is het aanvraagformulier door adviseur [naam 3] in orde gemaakt en is de overeenkomst bij een later huisbezoek ondertekend. De ondertekende overeenkomst heeft de adviseur vervolgens aan Bank Labouchere toegezonden. Twee jaar later (2001) heeft Spaar Select wederom contact opgenomen met [naam 1] . De medewerker stelde voor om nogmaals de financiële situatie van [naam 1] door te nemen met een financieel adviseur van Spaar Select, om te kijken of zij nog iets voor hem konden betekenen. [naam 1] heeft hiermee ingestemd. Vervolgens is een andere adviseur van Spaar Select, de heer [naam 4] (hierna te noemen: adviseur [naam 4] ), bij [naam 1] thuis geweest. Tijdens de gesprekken heeft adviseur [naam 4] nogmaals de financiële situatie en de financiële wensen met [naam 1] besproken. Zo is besproken dat [naam 1] al enkele producten had afgesloten via Spaar Select en is de hypothecaire situatie van [naam 1] besproken. [naam 1] had nog steeds de wens om vermogen op te bouwen om zijn hypotheek eerder af te kunnen lossen, zodat hij zich geen zorgen hoefde te maken over de toekomst. Adviseur [naam 4] gaf aan dat hij een mooie constructie wist, waarvoor [naam 1] geen kosten hoefde te maken en waarmee [naam 1] een nog groter vermogen zou opbouwen. Adviseur [naam 4] adviseerde [naam 1] om een Overwaarde Effect product van Bank Labouchere af te sluiten. [naam 1] diende hiervoor de overwaarde op zijn woning op te nemen middels een nieuwe hypothecaire lening en deze aan te wenden voor de vooruitbetaling van het Overwaarde Effect product. Volgens adviseur [naam 4] zou [naam 1] op deze wijze een aanzienlijk vermogen opbouwen, waardoor [naam 1] zijn doelstelling zou bereiken. Ook ditmaal zou er worden geïnvesteerd in betrouwbare, solide fondsen. Adviseur [naam 4] zou het een en ander op papier zetten. Adviseur [naam 4] heeft vervolgens een financieel plan opgesteld, waarin specifiek het Overwaarde Effect product aan [naam 1] werd geadviseerd. Dit plan heeft hij in een nader gesprek toegelicht. In dit persoonlijk financieel plan heeft adviseur [naam 4] toegelicht en op papier gezet op welke wijze de doelstelling kon worden bereikt door het verhogen van de hypotheek, maar de maandlasten gelijk bleven. Adviseur [naam 4] adviseerde [naam 1] om een extra hypotheek op te nemen van NLG 105.000,-. Een bedrag van NLG 86.400,- kon vervolgens worden aangewend voor de vooruitbetaling van het Overwaarde Effect product. NLG 14.000,- zou een buffer zijn voor de hypotheekrente. Het overige deel was bestemd voor de hypotheekkosten. Volgens het financieel plan zou het Overwaarde Effect ptoduct na vijf jaar een bedrag van NLG 149.600,- opleveren, waarmee [naam 1] de extra opgenomen hypotheek weer kon aflossen en er alsnog een aanzienlijk kapitaal zou resteren. Verder in het plan wordt nog eens duidelijk door adviseur [naam 4] benadrukt dat deze constructie [naam 1] geen hogere kosten zou geven. Naast de buffer van NLG 14.000,- zou [naam 1] namelijk dividend ontvangen uit het Overwaarde Effect product. Dit alles zou ervoor zorgen dat [naam 1] feitelijk gezien geen hogere maandlasten zou krijgen. Adviseur [naam 4] adviseerde om het bedrag van NLG 86.400,- te spreiden over drie Overwaarde Effect producten. Twee op naam van de ex-partner van [naam 1] ( [naam 2] ) en één op naam van [naam 1] . [naam 1] vertrouwde het verhaal volledig doordat hij door de jaren heen goed contact had gehad met Spaar Select. Dit advies is dus ook opgevolgd. [naam 1] en zijn ex-partner hebben een hypotheek afgesloten bij de Postbank voor NLG 105.000,-. Er zijn drie Overwaarde Effect overeenkomsten afgesloten. Voor de eerste overeenkomst is NLG 43.293,65 vooruitbetaald, voor de tweede overeenkomst is NLG 7.301,33 vooruitbetaald en voor de derde overeenkomst is NLG 35.894,47 vooruitbetaald. In totaal is er dus NLG 86.489,45 vooruitbetaald voor de drie Overwaarde Effect overeenkomsten. Adviseur [naam 4] heeft vervolgens de aanvraag voor de hypotheek en de aanvraagformulieren voor de Overwaarde Effect overeenkomsten in orde gemaakt. [naam 1] hoefde enkel de hypotheekakte te ondertekenen. De overeenkomsten zijn bij een later huisbezoek getekend door [naam 1] . De ondertekende overeenkomsten heeft de adviseur vervolgens aan Bank Labouchere toegezonden. Een paar weken later heeft adviseur [naam 4] nogmaals contact opgenomen met [naam 1] . Hij zou nog een interessant nieuw product hebben voor [naam 1] . Hij stelde voor om nogmaals bij [naam 1] langs te komen om het een en ander te bespreken. [naam 1] heeft hiermee ingestemd. Adviseur [naam 4] vertelde tijdens de gesprekken dat [naam 1] er goed aan zou doen om nog een product af te sluiten. Hierdoor zou hij een nog groter vermogen opbouwen ter aflossing van zijn hypotheek. Adviseur [naam 4] adviseerde [naam 1] om een Euro Effect product van Bank Labouchere af te sluiten. Hiervoor diende [naam 1] maandelijks een bedrag in te leggen. Adviseur [naam 4] adviseerde [naam 1] om NLG 150,- per maand in te leggen. Gezien zijn financiële situatie kon [naam 1] dit maandelijkse bedrag missen, aldus adviseur [naam 4] . Immers zou de constructie met de Overwaarde Effect producten geen extra kosten voor [naam 1] opleveren. Volgens adviseur [naam 4] zou [naam 1] op deze wijze een aanzienlijk vermogen opbouwen ter aflossing van de hypotheek. Adviseur [naam 4] onderbouwde zijn verhaal door middel van rekenvoorbeelden. Deze hielden geenszins rekening met tegenvallende resultaten. [naam 1] vertrouwde het verhaal van adviseur [naam 4] volledig en vertrouwde op de adviesrelatie die tussen hem en Spaar Select was ontstaan. Zodoende heeft hij het advies opgevolgd. Er is een Euro Effect overeenkomst afgesloten voor NLG 150,01 per maand. Het aanvraagformulier is door adviseur [naam 4] in orde gemaakt. Vervolgens is adviseur [naam 4] op een later moment weer bij [naam 1] thuisgekomen om het contract te ondertekenen. De ondertekende overeenkomst heeft de adviseur vervolgens aan Bank Labouchere toegezonden. Geen van de adviseurs hebben [naam 1] geïnformeerd over de specifieke risico's. Zo hebben zij er nooit op gewezen dat met de inleg de rentelasten voor de lening (de effectenleasecontracten) werden betaald en dat bij tegenvallende koersontwikkelingen, de inleg geheel verloren kon gaan en er bovendien een schuld kon ontstaan uit hoofde van de effectenleasecontracten. Als [naam 1] op de hoogte was van de risico's dan had hij de overeenkomsten niet afgesloten.