ECLI:NL:RBDHA:2024:18432
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Hogere aftrek ter voorkoming van dubbele belasting voor in Italië gestationeerde piloot op basis van vertrouwensbeginsel
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 september 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, een in Italië gestationeerde piloot, en de inspecteur van de Belastingdienst. De eiser had voor het jaar 2018 een aanslag inkomstenbelasting ontvangen, waartegen hij bezwaar had gemaakt. De rechtbank oordeelde dat de eiser recht had op een hogere aftrek ter voorkoming van dubbele belasting op basis van het vertrouwensbeginsel. De rechtbank stelde vast dat de Belastingdienst vóór de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 18 januari 2019 een niet gepubliceerd beleid had gevoerd voor in Nederland woonachtige piloten met een vaste standplaats in het buitenland. Dit beleid was van toepassing op de eiser, die meer dan 183 dagen in Italië verbleef en recht had op een vrijstelling ter voorkoming van dubbele belasting voor zijn inkomen uit werk en woning. De rechtbank oordeelde dat de Belastingdienst ten onrechte de doorschuifbeschikking had vastgesteld op nihil en dat de aanslag en de rentebeschikking dienovereenkomstig moesten worden verminderd. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser gegrond en veroordeelde de Belastingdienst in de proceskosten van de eiser.