ECLI:NL:RBDHA:2024:15318
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de plaatsing van een Nigeriaanse asielzoeker in een Handhavings- en Toezichtlocatie (HTL) en de vrijheidsbeperkende maatregel
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 september 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de plaatsing van eiser, een Nigeriaanse asielzoeker, in een Handhavings- en Toezichtlocatie (HTL) te Hoogeveen. Eiser was eerder op 12 juni 2024 in de HTL geplaatst, en het COa heeft op 29 augustus 2024 besloten om deze plaatsing te continueren. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, evenals tegen de vrijheidsbeperkende maatregel die aan hem was opgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat het COa op goede gronden heeft besloten tot de plaatsing van eiser in de HTL, gezien zijn eerdere gedragingen die als zeer ernstig zijn gekwalificeerd, waaronder agressie en geweld tegen personeel. De rechtbank oordeelt dat de maatregel niet als een straf kan worden aangemerkt, maar als een noodzakelijke bestuursrechtelijke ordemaatregel ter waarborging van de veiligheid en leefbaarheid binnen de opvanglocatie. Eiser heeft geen medische omstandigheden aangevoerd die de plaatsing in de HTL zouden belemmeren, en het GZA heeft eerder akkoord gegeven voor deze plaatsing. De rechtbank heeft de beroepen van eiser ongegrond verklaard, zowel tegen het plaatsingsbesluit als tegen de vrijheidsbeperkende maatregel.