Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
Op 16 april 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie aan eiser een maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59b, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft op 1 juli 2024 het onderzoek gesloten zonder zitting. Eiser, geboren in 2002 en van Oezbeekse nationaliteit, stelt dat er geen zicht op uitzetting is en dat verweerder onvoldoende voortvarend handelt. De rechtbank heeft eerder de rechtmatigheid van de maatregel getoetst en vastgesteld dat deze tot het sluiten van het onderzoek rechtmatig was. Eiser heeft op 25 mei 2024 beroep ingesteld tegen een eerdere afwijzing van zijn asielaanvraag, maar het is niet gebleken dat daarop uitspraak is gedaan. De rechtbank oordeelt dat zolang eiser rechtmatig verblijf heeft in verband met zijn asielprocedure, er geen aanleiding is om het zicht op uitzetting te beoordelen. De rechtbank concludeert dat verweerder voldoende voortvarend heeft gehandeld en dat er geen feiten zijn die aanleiding geven om de maatregel op te heffen. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.