AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Beoordeling van de vergunningplicht voor omzetting van zelfstandige woningen naar onzelfstandige woonruimten in Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 april 2022 uitspraak gedaan over de vergunningplicht voor het omzetten van zelfstandige woningen naar onzelfstandige woonruimten. De eisers, nieuwe eigenaren van een woning, hebben beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, dat een eerder verleende vergunning had ingetrokken op basis van gewijzigde beleidsregels. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeenteraad onvoldoende onderbouwing heeft gegeven voor de noodzaak van de vergunningplicht voor woningen in het hogere segment. De rechtbank oordeelt dat de vergunningplicht voor het omzetten van zelfstandige naar onzelfstandige woonruimte, voor zover deze betrekking heeft op woningen in het hogere segment, buiten toepassing moet blijven. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen op bezwaar, met inachtneming van deze uitspraak. De rechtbank concludeert dat de gewijzigde beleidsregel niet deugdelijk is onderbouwd en dat de categorale afwijzing van vergunningen voor vier of meer personen in de gehele stad niet gerechtvaardigd is. De eisers krijgen hun griffierecht vergoed en verweerder wordt veroordeeld in de proceskosten van de eisers.
Voetnoten
1.Gemeenteblad 2019, nr. 160878
2.Gemeenteblad 2020, nr. 75887
3.Ten tijde van het in werking treden van de beleidsregel betrof dit de volgende wijken: Zuiderpark, Moerwijk, Laakkwartier en Spoorwijk, Rustenburg en Oostbroek, Transvaalkwartier, Morgenstond, Schildersbuurt, Bouwlust/Vrederust, Leyenburg en Groente- en Fruitmarkt
4.Het aantal van vier of meer personen staat niet in het beleid maar volgt uit het bepaalde in artikel 5:2, aanhef en onder b, van de Hvv
5.Gemeenteblad 2020, nr. 156126
6.Gemeenteblad 2021, nr. 231885
7.Eindrapport “Kamerbewoning in Den Haag; evaluatie-vervolgmeting 2019”
8.Eindrapport “Kamerbewoning in Den Haag; Evaluatie nota voorraadbeleid 2015”
9.RIS 305322
10.Definitief rapport “Leefbaarheid en kamerbewoning; verdiepend onderzoek in Den haag”
11.Uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 12 februari 2020, ECLI:NL:RVS:2020:452 13.Zie
14.Zie de Algemene toelichting op de Hvv onder het kopje Schaarste, derde alinea
15.Zie
16.RIS309619
17.Nota Voorraadbeleid 2020 (RIS307195, blz 10 alinea 5 en blz 12 alinea 2)