4.12.1.In de verklaring van [eiser] staat vermeld:
“Ik, [eiser] , verklaar het volgende:
a.
In juni 1997 was ik 50 jaar oud. Samen met mijn man heb ik twee kinderen. Mijn dochters zijn in 1969 geboren. Eén studeerde in Amsterdam en de ander woonde in Leiden of Haarlem. Mijn man was geboren in 1942 en was dus 55 jaar oud. Hij is helaas in 2013 overleden. Mijn man was psychiatrisch verpleegkundige, kunstschilder en conservator van het ziekenhuis. Ik was ziekenverzorgde en ben gaan werken in een bejaardentehuis.
Op welke wijze is (zijn) het (de) in de procedure betrokken effectenleasecontract(en) (hierna: de contracten) tot stand gekomen? Is in verband daarmee een tussenpersoon thuis op bezoek gekomen?
Zo ja, wie waren daarbij aanwezig?
Dat weet ik niet. Het afsluiten van die overeenkomsten heeft mijn man mij niet verteld. Ook achteraf heb ik niet gehoord hoe dat is gegaan.
Uit welke bron(nen) en van welke bankrekening(en) kwam het geld voor de inleg vandaan?
Dat moet de algemene rekening zijn geweest. Daar ga ik althans van uit omdat ik daar geen inkijk in had. Ik deed geen financiële zaken.
Op welk tijdstip, op welke wijze en op welke plaats kreeg de echtgenoot (niet zijnde de [naam] ) wetenschap van het bestaan van de contracten?
Dat is eigenlijk pas geweest toen hij had gehoord van Leaseproces en zich daarbij wilde aansluiten. Dat was pas in 2006. Daarvoor heeft hij mij ooit verteld dat hij teleurgesteld was van een spaarplan dat was geëindigd. Hij vond het hoog gênant om dat soort dingen te vertellen dus veel meer dan dat was het niet. Hij hield veel zaken voor zichzelf. Eigenlijk tot aan zijn dood. Maar voor zijn aanmelding bij Leaseproces had hij mijn handtekening ook nodig. Dat het ging om een product waarmee werd belegd met geleend geld heb ik nooit geweten, dat hoor ik van u (gemachtigde) pas voor het eerst.
Welke bankrekeningen hadden de [naam] en de echtgenoot? En per bankrekening:
- op welke na(a)m(en) was deze gesteld?
- wie had daarvan een pas?
- voor welke uitgaven/betalingen werd deze bankrekening gebruikt?
Wij hadden een rekening bij de ING, die heb ik nu nog. Dat was een rekening die ooit is omgezet naar een gezamenlijke rekening, maar wanneer dat was durf ik niet te zeggen. Ook durf ik niet te zeggen waarom het een en/of rekening is geworden. Voor mij maakte dat namelijk ook niets uit. Ik keek nooit op die rekening, maar ik kon wel geld halen bij de bank. Volgens mij hadden wij daarnaast geen andere rekeningen.
Welke inkomsten(bronnen) hadden de [naam] en de echtgenoot en op welke bankrekening(en) werden deze inkomsten gestort?
Wij ontvingen allebei salaris en dat kwam binnen op de ING rekening. Verder waren er volgens mij geen inkomsten.
Wie verzorgde in het betreffende uishouden de financiële administratie en op welke wijze gebeurde dat?
Dat deed [naam] . Hij verzorgde de financiën volledig. Ik had daar geen omkijken naar.
Wie van beiden ( [naam] en echtgenoot) deed welke soort betalingen?
Eigenlijk deed ik alleen huishoudelijke uitgaven zoals de boodschappen. Ik deed mijn uitgaven met contant geld. Ik kon zelf geld halen bij de pinautomaat. Alle rekeningen en betalen van vaste lasten regelde [naam] allemaal. Toen [naam] kwam te overlijden heb ik daar veel problemen mee gehad. Alles stond op zijn naam.
i.
Wie van beiden ( [naam] en echtgenoot) opende(n) enveloppen met bankdagafschriften? Waar werden deze opgeborgen? Wie van beiden beeft ooit (hetzij na ontvangst, hetzij op een later tijdstip) inzage gehad in een of meer bankafschriften?
Die bewaarde [naam] zelf. Ik opende nooit bankafschriften. ING verstrekte daarvoor speciale mapjes en die stonden in de kast. Ik kon daarbij, maar ik keek er niet in. Dat mocht wel hoor, het was zeker geen geheim ofzo. Op een gegeven moment kwam het allemaal via de computer. Ik had volledig vertrouwen in mijn man. Post op naam van mijn man opende ik überhaupt nooit.
Wie verzorgde de belastingaangifte van de [naam] en de echtgenoot, en wie ondertekende deze?
De belastingaangifte regelde [naam] ook zelf. Hij had daar geen hulp bij nodig. Mijn eigen aangifte heb ik altijd wel ondertekend. Van die overeenkomsten wist ik niets, dat heeft nooit op mijn aangifte gestaan.
Hebben de [naam] en/of de echtgenoot in de betreffende periode een hypothecaire lening of andere lening afgesloten? En is daarbij de aanwezigheid van de contracten aan de orde gekomen?
Nee. Wij hadden een huis van het gesticht (voormalig provinciaal ziekenhuis) waar wij in woonden. Daar woon ik nu nog steeds dus een hypotheek hadden wij niet.
Hadden de [naam] en/of de echtgenoot in de betreffende periode een pensioenvoorziening, een lijfrentepolis, een belegging in aandelen of een soortgelijke vermogensvoorziening?
Nee, naast het pensioen heb ik niets afgesloten. Mijn man had volgens mij ook niets anders. Maar dat zou ik eigenlijk ook niet weten verder. Hij regelde de financiën.
Over welke uitgaven beslisten de [naam] en de echtgenoot gezamenlijk?
Als er iets kapot ging in huis, dan wist mijn man wat wij konden missen. Wij kozen het dan samen uit.”