Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Bewezenverklaring
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
9.De vordering van de benadeelde partij
materiële schadeis toegebracht. De rechtbank concludeert dat de vordering tot materiële schadevergoeding tot een bedrag van in totaal € 704,- zal worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf het moment waarop de strafbare feiten zijn gepleegd, te weten 9 december 2016. De rechtbank zal tevens de schadevergoedingsmaatregel opleggen.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
6 (zes) maanden.
een gedeelte, groot 3 (drie) maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
[aangever], toe tot € 2.704,- (zegge tweeduizendzevenhonderdvier euro), te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade, te weten 9 december 2016, tot aan de dag van de algehele voldoening.