“1.
Het in de wettelijke vorm door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , respectievelijk opperwachtmeester en wachtmeester eerste klasse der Koninklijke Marechaussee, Brigade Recherche, sectie Jeugd en Zeden, opgemaakte proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer] van 25 januari 2018 (dossierpag. 16 e.v.) voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Wat vind je er van dat je vader aangifte heeft gedaan tegen [verdachte] ?
A: Fijn. Nu hoef ik hem niet meer te zien enzo.
V: Waarvan heeft papa aangifte gedaan?
A: Dat hij me op plekken heeft aangeraakt waar dat niet mag bij een minderjarig meisje.
V: Waar ken je [verdachte] van?
A: Van de voetbal.
A: Hij is trainer van een jongensteam, nou ja was.... Van JC1.
V: Wanneer heb je [verdachte] leren kennen?
A: Vorig seizoen volgens mij.
A: Ik ging kijken bij een jongen uit mijn klas. [verdachte] was trainer en was daar ook. Na de wedstrijd was er voetbal op televisie bij [...] en daar was [verdachte] ook.
V: Hoe gaat dat dan?
A: Gewoon voetbal kijken en praten over voetbal. Toen we naar huis gingen gaven [verdachte] en ik elkaar een knuffel.
V: Hoe gaat het dan verder?
A: [verdachte] had mij gevonden op Instagram. Daar zat ongeveer een week tussen. Daar gingen we gewoon praten.
V: Hoe vaak spraken jullie elkaar op Instagram?
A: Eerst volgens mij om de week, maar later volgens mij wel elke dag.
A: We zagen elkaar ook vaak. Twee of drie keer per week.
V: Waar zag je [verdachte] ?
A: Op de training en bij de wedstrijd. Daarbuiten hadden we ook dagelijks contact op Instagram.
V: Wanneer heeft [verdachte] jou aangeraakt op plaatsen waar het niet mag?
A: Ergens voor de zomerstop.
A: Ik had met hem afgesproken, we gingen eerst praten en daarna raakte hij mij aan.
V: Hoe kwam die afspraak tot stand?
A: [verdachte] vroeg of we elkaar wat langer konden seizoen (hof: zien?) en afspreken. Ik antwoordde dat ik dat wel goed vond.
V: Waar hebben jullie afgesproken?
A: Ergens bij [...] , achter de voetbalvereniging ergens.
V: Dan kom je daar aan....
A: Ik gaf hem eerst een knuffel, we praatten wat.
V: Als je terugdenkt aan die momenten wat gebeurt er dan?
A: We geven een knuffel en gingen we praten. [verdachte] vroeg of hij mij mocht zoenen.
V: Kan je vertellen wat je voelt en denkt?
A: Ik dacht eerst van: Dit is wel leuk, maar daarna niet echt meer.
V: Hoe ging dat zoenen?
A: Ik vond dat niet heel erg, maar als ik er aan terugdenk vind ik het wel heel erg.
V: Wat was dat voor een zoen?
A: Een tongzoen.
V: Wat maakt dat het dat je het nu zo erg vindt?
A: Dat hij veel ouder is.
V: Wat gebeurt er na het zoenen?
A: Daarna raakte hij opeens mijn borsten aan. Hij ging onder mijn shirt en zo verder naar mijn borsten toe.
V: Waar raakte hij aan jouw borst?
A: Mijn hele borst.
V: Wat vond je daar van?
A: Vervelend.
V : Hoe kom je in contact met hem via de telefoon?
A; [verdachte] vroeg mij mijn nummer want hij zei dat het makkelijker praten was via Whatsapp. Ik heb mijn nummer gegeven.
V: Hoe vaak hadden jullie appcontact?
A: Bijna elke dag, maar soms ook twee maanden niet. Bij de zomerstop bijvoorbeeld dan hadden we geen contact, want dan zagen we elkaar ook niet.
V: We hebben jouw appgeschiedenis gelezen en daar stond ook iets in over vingeren. Wat kan je daarover vertellen?
A: Dat was ook bij die ene afspraak met [verdachte] bij de sloot achter de voetbalvereniging. Hij deed tijdens het zoenen mijn broek los en toen vingerde hij mij maar ik vond dat helemaal niet fijn.
A: Hij vroeg mij om te zoenen, dat mocht van mij. Hij raakte zomaar mijn borst aan, dat vond ik niet fijn. Toen maakte hij mijn broek los en dat vond ik ook niet fijn.
V: Wat deed hij precies met zijn vingers?
A: Heen en weer.
V: Waar?
A: Bij mijn vagina.
V: Hoe zei je dat je het niet fijn vond?
A: Ik zei gewoon dat ik het niet wilde en dat ik het niet fijn vond.
V: Wat kan je vertellen over het aanraken bij [verdachte] ?
A: Ik mocht hem overal aanraken waar ik wilde. Ik wilde dat niet. [verdachte] vroeg aan mij of ik zijn piemel wilde voelen. Ik zei nee, maar hij pakte mijn hand en deed deze tegen zijn piemel aan. Ik trok daarna terug.
V: Hoe vond je dat?
A: Vervelend en dat heb ik ook tegen hem gezegd.
V: We hebben ook nog een vraag over het tongzoenen. Hoe vaak is dat gebeurd?
A: Twee keer. De eerste keer was wat ik al verteld heb en de tweede keer was voor de winterstop. Ik voetbalde met [verdachte] zijn team mee, met JC1. Ik was mijn vest kwijt en ben naar de kleedkamer gelopen. [verdachte] liep met mij mee en zoende mij daar.
V: Hoe ging dat?
A: Ik keek of mijn vest daar lag, maar dat was niet het geval. [verdachte] keek mij aan en pakte mij vast en begon mij te zoenen.
V: Wat was dat voor een zoen?
A: Een tongzoen.
2.
Het in de wettelijke vorm door [verbalisant 3] , opperwachtmeester der Koninklijke Marechaussee, Brigade Recherche, sectie Jeugd en Zeden, opgemaakte proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2018 (dossierpag. 118 e.v.) voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 23 januari 2018 is de mobiele telefoon van [slachtoffer] inbeslaggenomen. Deze telefoon is binnen het onderzoek bekend onder het unieke nummer 18-006423-01. De gegevens van deze mobiele telefoon zijn veiliggesteld. De veiliggestelde gegevens zijn door mij onderzocht. Ik zag dat er, middels de applicatie Whatsapp, een conversatie was gevoerd tussen de Whatsapp accounts [telefoonnummer 1] @s.whatsapp.net en [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net. Uit onderzoek is gebleken dat het telefoonnummer [telefoonnummer 1] in gebruik is bij [slachtoffer] en het telefoonnummer [telefoonnummer 2] bij [verdachte] . De conversatie liep tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018 en bevatte 4331 chatberichten. De inhoud van de chats aangeleverd door [betrokkene 1] en de chats veiliggesteld van de mobiele telefoon van [slachtoffer] komen inhoudelijk overeen. Door mij, verbalisant, is een selectie gemaakt van de veiliggestelde chats. De selectie bestaat uit de meest concrete chats waar wordt gesproken over knuffelen, (tong)zoenen, het vastpakken/voelen van de tieten/billen/lul of vingeren et cetera. Uit de chats blijkt dat het initiatief van deze onderwerpen voornamelijk komt vanuit [verdachte] .
Bijlage 16:
Een conversatie op 18/19 januari 2018.
(...)
[verdachte] zegt dat hij het jammer vindt dat [slachtoffer] niet bij hem in bed ligt. [verdachte] zou haar eerst uitkleden, zoenen en voelen. [verdachte] vraagt wat [slachtoffer] zou willen voelen. [slachtoffer] antwoordt dat ze het niet weet. [verdachte] antwoordt we zijn naakt, je kan alles voelen. [slachtoffer] zegt “Ja weet maar ik heb je 1.1 tochval gevoeld”. [verdachte] antwoordt dat dit een jaar geleden is. [verdachte] zegt “Ik heb jou ook gevingerd maar alsnog wil ik dat zodat je weer nat word”.
3.
De door verdachte afgelegde verklaring ter terechtzitting van de militaire kamer van de rechtbank van 11 februari 2019, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Het telefoonnummer [telefoonnummer 2] was van mij.
U houdt mij een foto van een persoon voor op pagina 217 van het procesdossier. Het klopt dat ik de persoon ben op deze foto.
4.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 122) inhoudende:
[telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net [verdachte]
Hahaha ja je hebt alles met me gedaan en gevoeld.
5.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 129) inhoudende:
[telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net [verdachte]
J zoende me gwn waar [betrokkene 2] bij was.
6.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 59) inhoudende:
[verdachte] : Hahaha vanmiddag was je verlegen hee
(…)
[verdachte] : Vind jammer dat we niet lang gezoend hebben
7.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 151, 152) inhoudende:
[slachtoffer]
Ja weet maar ik heb je 1.1 tochval gevoeld.
[verdachte]
Ja bijna n jaar geleden
[slachtoffer]
Ja das waar
[verdachte]
Ik heb jou ook gevingerd maar alsnog wil ik dat
8.
Het in de wettelijke vorm door [verbalisant 3] , opperwachtmeester der Koninklijke Marechaussee, Brigade Recherche, opgemaakte proces-verbaal gebruik mobiel nummer [telefoonnummer 2] van 15 maart 2018 (dossierpag. 212 e.v.) voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Verdachte [verdachte] heeft het telefoonnummer [telefoonnummer 2] als zijnde zijn nummer opgegeven. Tevens ga hij aan dat hij zijn telefoonnummer nooit uitleende. Op 23 januari 2018 is de mobiele telefoon van [slachtoffer] inbeslaggenomen. De gegevens van deze telefoon zijn veiliggesteld.
De veiliggestelde gegevens zijn door mij onderzocht. Ik zag dat er, middels de applicatie Whatsapp, een conversatie was gevoerd tussen de Whatsapp accounts [telefoonnummer 1] @s.whatsapp.net en [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net. De conversatie is onderzocht op chatberichten die mogelijk geïdentificeerd kunnen zijn voor de gebruiker. Hierbij zijn de onderstaande conversaties geselecteerd:
Een conversatie op 20 oktober 2017 waarbij een foto wordt gestuurd waarop de verdachte [verdachte] staat afgebeeld. Verdachte is gekleed in militair uniform en zijn naam is zichtbaar op het uniform.
Een conversatie op 23 oktober 2017 waarbij de gebruiker van het account [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net zijn locatie doorstuurt. Uit raadplegen van de coördinaten op www.google.nl blijkt dat de locatie een militaire locatie betreft, namelijk De Erfprins te Den Helder.
Een conversatie op 13 december 2017 waarbij de gebruiker van het account [telefoonnummer 1] @s.whatsapp.net aangeeft dat ze de gebruiker van het account [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net vergeten is te feliciteren omdat hij getrouwd is. De gebruiker van het account [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net geeft aan dat zijn kindje er ook over binnen 24 uur is.
Uit gegevens van de basis registratie personen blijkt dat verdachte [verdachte] op 11 december 2017 is getrouwd en dat op 14 december 2017 zijn dochter is geboren.
Een conversatie op 25 december 2017 waarbij de gebruiker van het nummer [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net aangeeft dat hij in het ziekenhuis is bij zijn dochter. Door de gebruiker van het nummer [telefoonnummer 2] @s.whatsapp.net wordt een foto gestuurd van een baby die vermoedelijk in een couveuse ligt.
9.
Een schriftelijk bescheid, zijnde een foto, (dossierpagina 217) die als bijlage aan deze aanvulling is gehecht.
10.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 100) inhoudende:
12-12-17, 19:05 [verdachte]
Kut...zit in t ziekenhuis....vrouwtje heeft al weeën enzo
11.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 219) inhoudende:
13-12-2017 17:14:43 [slachtoffer]
Ik ben helemaal vergeten om je te feliciteren omdat je getrouwd bent
13-12-2017 17:15:06 [verdachte]
Me kindje is er ook binnen 24 uur
12.
Het in de wettelijke vorm door [verbalisant 1] en [verbalisant 2] , respectievelijk opperwachtmeester en wachtmeester eerste klasse der Koninklijke Marechaussee, Brigade Recherche, sectie Jeugd en Zeden, opgemaakte, ongedateerde proces-verbaal van verhoor getuige [betrokkene 3] (dossierpag. 32 e.v.) voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
(…)
V: Wat kun je ons vertellen over de situatie die er nu is?
A: (...) Ik had geen goed gevoel bij die [verdachte] , omdat hij veel knuffelt met de verschillende meiden. Met de meeste zeker en daar had ik geen goed gevoel bij. Dat is nog niet zo lang geleden hoor. Einde 2017. Ik ben gaan kijken en zag die knuffel. Ik heb hem maandag daarop aangesproken hierop. Ik zei dat ik daar niet van gediend was. Ik heb het eerst ook tegen [betrokkene 4] verteld. Die vertelde toen ook dat hij [verdachte] er al een keer op had aangesproken.
V: Wat zag je dan als [verdachte] die meiden knuffelde?
A: iets langer dan een normale knuffel. Ik zag dat [verdachte] beide armen om het lichaam van die meiden deed, dat gebeurde andersom ook. De hoofden naast elkaar en dan best lang.
V: Wat viel jou op tussen [verdachte] en [slachtoffer] ?
A: Na iedere training zochten ze elkaar op en gaven ze elkaar een knuffel. Als ik er aan terugdenk heb ik dit wel een jaar lang gezien.
V: Op enig moment heb je de ouders van [slachtoffer] ingelicht, waarom toen?
A: Dat was eind 2017, ik had het idee dat het vaker werd, ook erger.
13.
Een schriftelijk bescheid, zijnde WhatsApp-gesprekken tussen [telefoonnummer 1] en [telefoonnummer 2] tussen 18 oktober 2017 tot en met 20 januari 2018, (dossierpagina 147) inhoudende:
5-12-2017 20:32:16 [verdachte]
[betrokkene 3] mag niet zien dat we knuffelen
5-12-2017 20:33:04
Gaat ie weer zeuren dadelijk”