Conclusie
middel
Het grootste bezwaar van cliënt richt zich tegen het feit dat de rechtbank het formele verweer van cliënt op twee punten terzijde heeft geschoven. Dit betreft het onderzoek in de woning van cliënt.
(…)
Indien en voor zover al zou moeten worden aangenomen dat het onderzoek in de smartphone van verdachte een schending van artikel 8 EVRM zou opleveren (omdat hetgeen door verdachte is gezegd tegen de politiefunctionarissen niet kan worden opgevat als het geven van toestemming om zijn telefoon te onderzoeken en omdat artikel 94 Sv niet kan worden beschouwd als voldoende wettelijke basis voor het onderzoek aan de telefoon), dient naar het oordeel van het hof gelet op het bovenstaande daaraan niet het rechtsgevolg van bewijsuitsluiting te worden verbonden. In de eerste plaats niet omdat het (eventuele) vormverzuim niet leidt of heeft geleid tot een schending van het recht op een eerlijk proces als bedoeld in artikel 6 EVRM. In de tweede plaats niet omdat (nu het EHRM en/of de Hoge Raad voor zover bekend daarover geen uitspraak hebben gedaan) niet evident is dat artikel 94 Sv als wettelijke grondslag voor het onderzoek aan de telefoon niet voldoet. Het hof verwerpt het verweer.
(…)”
Tijdens een festival in Utrecht is de verdachte aangehouden nadat bij hem vermoedelijke XTC- pillen werden aangetroffen. De verdachte had een sleutel van een locker op het festivalterrein bij zich, in welke locker nog meer vermoedelijke drugs werden aangetroffen.
Uit een voorlopige test blijkt dat de inbeslaggenomen pillen inderdaad MDMA bevatten en een ampul met wit poeder amfetamine bevat.
Het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal (als bijlage op pagina 16 van het proces-verbaal genummerd PL0900-2014351246) voor zover inhoudende het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 2] , van 7 december 2014, zakelijk weergegeven:
Sla gewoon z'n ruit in desnoods in.
De vader van de verdachte geeft kort daarna aan verbalisanten van de Politie Eenheid Rotterdam toestemming voor de doorzoeking van de woning. In de slaapkamer van de verdachte treft de politie vervolgens een grote hoeveelheid pillen aan.
In de auto van de verdachte, die in de parkeergarage van de Jaarbeurs te Utrecht stond geparkeerd, wordt een zakje met wit poeder, en een hoeveelheid pillen aangetroffen. Zowel het zakje met wit poeder als de aangetroffen pillen zijn door middel van een indicatieve kleur-reactietest positief getest op MDMA en amfetamine.
Telling van de in de slaapkamer van de verdachte inbeslaggenomen pillen levert op een totaal van 4451 stuks
Monsterneming en onderzoek door het FI wijzen uit dat de inbeslaggenomen pillen en poeder resp. MBMA en amfetamine bevatten.
2.5. Voor de waarheidsvinding mag onderzoek worden gedaan aan inbeslaggenomen voorwerpen teneinde gegevens voor het strafrechtelijk onderzoek ter beschikking te krijgen. In computers opgeslagen of beschikbare gegevens zijn daarvan niet uitgezonderd (vgl. HR 29 maart 1994, ECLI:NL:HR:1994:AD2076, NJ 1994/577). Dat geldt ook voor in andere inbeslaggenomen elektronische gegevensdragers en geautomatiseerde werken, waaronder smartphones, opgeslagen of beschikbare gegevens. De wettelijke basis voor dat onderzoek door opsporingsambtenaren is gelegen in het samenstel van de bepalingen waarop de bevoegdheid tot inbeslagneming is gebaseerd.
Indien het Hof bevindt dat sprake is van de in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 86 beschreven gang van zaken - kort gezegd inhoudend dat zowel handmatig als met daartoe bestemde apparatuur en/of software alle op een smartphone en/of de bijbehorende SIM-kaart opgeslagen of beschikbare gegevens zijn door- en uitgelezen waardoor (volledig) inzicht is verkregen in contacten, oproepgeschiedenis, berichten en foto's - ontstaat daardoor het vermoeden dat een meer dan beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer is gemaakt.
(…)”