Voetnoten
1.Voor zover thans van belang. Zie de arresten van de Hoge Raad van 17 februari 2006, ECLI:NL:HR:2006:AU5663, NJ 2006/158 en van 19 oktober 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV1034. Zie voorts het thans in cassatie bestreden arrest van het gerechtshof Amsterdam van 4 maart 2014, ECLI:NL:GHAMS:2014:648, rov. 2.1 in samenhang met het arrest van het hof Amsterdam van 27 januari 2009, NJ 2009/312, rov. 3.1-3.6. 2.Zie het in cassatie bestreden arrest van het hof Amsterdam van 4 maart 2014, ECLI:NL:GHAMS:2014:648, rov. 2.2 in samenhang met het arrest van het hof Amsterdam van 27 januari 2009, NJ 2009/312, rov. 3.7-3.13. 3.Zie noot 1.
5.Gerechtshof Amsterdam 27 januari 2009, NJ 2009/312, rov. 3.18, 3.18.1 onder a en dictum.
7.Overigens heeft Fotoshop al eerder een herroepingsvordering ingediend op grond van bedrog door wedepartij Spector, te weten in de schadestaatprocedure die is gevolgd op het eindvonnis in eerste aanleg van de rechtbank Dordrecht van 28 juni 2000 in deze procedure. Bij arrest van 20 oktober 2006 van het gerechtshof ’s-Gravenhage is deze vordering van Fotoshop afgewezen. Zie Memorie van antwoord van 18 juni 2013, onder 6 en de daarbij behorende producties 3 en 4.
8.De cassatiedagvaarding is op 3 juni 2014 uitgebracht. Aangezien daarin de namen van eisers tot cassatie onder 2 en 3 niet voluit waren vermeld, is op 18 september 2014 een herstelexploot uitgebracht.
9.Th.B. ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, Herroeping, verbetering en aanvulling van burgerrechtelijke uitspraken, 2013, p. 10.
10.Zie de cassatiedagvaarding, onder 3a t/m d.
11.Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 21.
12.HR 4 oktober 1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2162, NJ 1998/45, rov. 3.3; HR 13 december 1996, ECLI:NL:HR:1996:AC3353, NJ 1998/46 m.nt. H.J. Snijders; HR 19 december 2003, ECLI:NL:HR:2003:AN7890, NJ 2005/181 m.nt. H.J. Snijders. Zie ook B.C.L. Kanen, Vernietiging en herroeping wegens bedrog, TRA 2009, p. 14; Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 35-41; Kamerstukken II 1999-2000, 26 855, nr. 3, p. 172. 13.HR 15 februari 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC0393, NJ 2008/112, rov. 3.3.2. Zie ook mijn conclusie voor dit arrest onder 3.8 en 3.9, ECLI:NL:PHR:2008:BC0393 en de conclusie van A-G Keus, ECLI:NL:PHR:2010:BL2007, voor HR 5 maart 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL007, RvdW 2010/390. Vgl. HR 20 juni 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF6207, NJ 2004/569 m.nt. H.J. Snijders, JBPR 2003/57 m.nt. I.P.M. van den Nieuwendijk. 14.Burgerlijke Rechtsvordering, Korthals Altes, art. 382, aant. 2.
15.Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 28-29; HR 20 juni 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF6207, NJ 2004/569 m.nt. H.J. Snijders, JBPR 2003/57 m.nt. I.P.M. van den Nieuwendijk. 17.Parl. Gesch. Burgerlijk Procesrecht, Van Mierlo/Bart, p. 476. Zie over deze passage in de memorie van toelichting Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 124-127.
18.Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 24.
19.Ten Kate & E.M. Wesseling-van Gent, a.w., p. 31.
20.Zie rov. 2.2 van het bestreden arrest.
21.Zie p. 12 bovenaan.
22.Pag. 3 en 4.
23.Zie HR 20 juni 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF6207, NJ 2004/569 m.nt. H.J. Snijders, JBPR 2003/57 m.nt. I.P.M. van den Nieuwendijk, rov. 5.8. 24.Een fotografisch technisch medewerker van Spector.
25.Waarschijnlijk is dat met deze foto wordt bedoeld de foto in het krantenartikel dat als productie 8 is overgelegd bij de herroepingsdagvaarding.
26.Cassatiedagvaarding onder 43 tot en met 63.
27.Memorie van antwoord van 18 juni 2013, onder 15-18
28.Cassatiedagvaarding onder 64 tot en met 77.
30.Cassatiedagvaarding onder 78 tot en met 103.