4. Uit de stukken van het geding, voor zover in cassatie voorhanden, blijkt het volgende verloop van de procedure:
- bij vonnis van 2 november 2012 is verzoekster ter zake van het hierboven onder 1 vermelde feit door de Rechtbank Oost-Nederland, locatie Zutphen, bij verstek veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier weken, waarvan twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, is de vordering van de benadeelde partij toegewezen en is tevens een schadevergoedingsmaatregel opgelegd;
- blijkens de akte rechtsmiddel van 12 november 2012 heeft verzoekster bij de rechtbank Zutphen hoger beroep ingesteld tegen het vonnis;
- blijkens een aan het dubbel van de dagvaarding voor de terechtzitting in hoger beroep van 23 juli 2014 gehechte akte van uitreiking, inhoudende dat de dagvaarding op 27 juni 2014 is uitgereikt aan een op verzoeksters adres verblijvende persoon, is verzoekster gedagvaard om:
“te verschijnen op woensdag 23 juli 2014 te 13:50 uur ter terechtzitting van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, Schuurmanstraat 2 te Zwolle, teneinde in hoger beroep terecht te staan terzake van het haar in eerste aanleg tenlastegelegde bij de dagvaarding(en), met inbegrip van eventuele in eerste aanleg door het OM gevorderde en door de rechtbank toegestane wijzigingen, vanwege de officier van Justitie in het arrondissement Zutphen betekend onder parketnummer 06-950299-11, met verwijzing naar de mededelingen aan de onderzijde van deze dagvaarding.”
- blijkens het proces-verbaal van de terechtzitting van het Hof van 23 juli 2014 is verzoekster noch een door haar gemachtigde raadsman ter terechtzitting verschenen, heeft het Hof tegen verzoekster verstek verleend en direct na het onderzoek ter terechtzitting mondeling arrest gewezen. Voorts heeft zich blijkens het proces-verbaal aldaar het volgende voorgedaan:
“Noot van de voorzitter en de griffier:
Ongeveer een half uur nadat uitspraak werd gedaan en de benadeelde partij het gerechtsgebouw had verlaten, deelde de bode mede dat hij zojuist telefonisch bericht had gekregen dat verdachte zich had gemeld bij het paleis van justitie te Arnhem in plaats van bij het gerechtsgebouw aan de Schuurmanstraat 2 te Zwolle, nevenzittingsplaats van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.”