ECLI:NL:OGHACMB:2021:85
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tijdigheid van naheffingsaanslag en vergrijpboete in belastingzaken
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 10 maart 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de tijdigheid van een naheffingsaanslag en een vergrijpboete opgelegd aan belanghebbende, een coöperatieve vereniging gevestigd in Curaçao. De naheffingsaanslag, gedateerd op 29 december 2015, betrof een bedrag van NAf 34.500, met een vergrijpboete van NAf 8.625. Belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen deze aanslag en boete, maar de inspecteur der belastingen handhaafde deze in zijn uitspraken op bezwaar van 30 juni 2017. Hierop heeft belanghebbende beroep ingesteld bij het Gerecht in eerste aanleg, dat op 9 januari 2020 de uitspraak van de inspecteur vernietigde en de aanslag en boete nietig verklaarde. De inspecteur ging in hoger beroep, waarbij de centrale vraag was of de naheffingsaanslag en de boete tijdig waren opgelegd. Het Hof oordeelde dat de inspecteur niet had aangetoond dat de aanslag tijdig was bekendgemaakt aan belanghebbende. De inspecteur had geen bewijs geleverd van de verzending van het aanslagbiljet, en het Hof concludeerde dat de aanslag en boete niet tijdig waren opgelegd. Het Hof vernietigde de uitspraak van het Gerecht en wees de zaak terug voor verdere behandeling.