ECLI:NL:OGEAA:2020:276

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
1 juli 2020
Publicatiedatum
15 juli 2020
Zaaknummer
AUA201904059 tot en met AUA201904062
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen beslissing Inspecteur grondbelasting zonder bezwaarprocedure

Op 1 juli 2020 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij [X] VBA beroep heeft ingesteld tegen de beslissing van de Inspecteur der Belastingen om geen ontheffing van grondbelasting te verlenen. De belanghebbende had zonder een bezwaarprocedure te doorlopen, direct beroep ingesteld tegen de beslissing van de Inspecteur van 20 september 2019. Het Gerecht oordeelde dat dit beroep niet-ontvankelijk is, omdat volgens artikel 19, lid 1 van de Algemene landsverordening belastingen (ALB) beroep alleen mogelijk is tegen een uitspraak op bezwaar van de Inspecteur. De belanghebbende had niet de vereiste bezwaarprocedure gevolgd, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van het beroep.

Daarnaast werd vastgesteld dat de aanslagen grondbelasting waren opgelegd aan [TRE] NV, en niet aan [X] VBA, waardoor laatstgenoemde niet als belanghebbende kon worden aangemerkt. Dit versterkte de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk was. Het Gerecht benadrukte ook dat de wettelijke vereisten voor ontheffing van grondbelasting niet waren nageleefd, aangezien het verzoek om ontheffing niet binnen de gestelde termijn was ingediend. De Inspecteur had derhalve terecht de ontheffing geweigerd. De uitspraak concludeerde dat er geen aanleiding was voor vergoeding van proceskosten of griffierecht, en dat het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.

Uitspraak

Uitspraak van 1 juli 2020
BBZ nrs. AUA201904059 tot en met AUA201904062
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
UITSPRAAK
op het beroep in de zin van de
Landsverordening beroep in belastingzaken van:
[X] VBA, gevestigd te Aruba,
belanghebbende,
gericht tegen:
DE INSPECTEUR DER BELASTINGEN, zetelend te Aruba,
de Inspecteur.

1.PROCESVERLOOP

1.1
Aan [TRE] NV zijn ter zake van de onroerende zaak [adres] te Oranjestad (hierna: de onroerende zaak) op respectievelijk 27 mei 2013, 31 mei 2014, 31 augustus 2015 en 30 juni 2016 aanslagen in de grondbelasting voor de jaren 2013 tot en met 2016 opgelegd naar een belastbare waarde van Afl. 26.918.359, resulterend in verschuldigde belastingbedragen van elk Afl. 107.433.
1.2
Belanghebbende heeft op 15 mei 2017 en 16 juni 2017 verzocht om ontheffing van grondbelasting voor de jaren 2012 tot en met 2017.
1.3
De Inspecteur heeft bij beslissing van 20 september 2019 uitsluitend ontheffing van grondbelasting verleend voor de jaren 2017 en 2018.
1.4
Belanghebbende heeft op 19 november 2019 beroep ingesteld tegen voornoemde beslissing van de Inspecteur. Daarbij is Afl. 150 aan griffierecht betaald.
1.5
Belanghebbende heeft op 12 februari 2020 nadere stukken ingediend.
1.6
De Inspecteur heeft op 28 april 2020 een verweerschrift ingediend.
1.7
De zitting heeft plaatsgevonden op 23 juni 2020 te Oranjestad. Namens belanghebbende zijn verschenen [A] en [B], beiden verbonden aan [W]. Namens de Inspecteur is verschenen [C]. Belanghebbende heeft een pleitnotitie ingebracht.

2.OVERWEGINGEN

Geen uitspraak op bezwaar

2.1
Ingevolge artikel 19, lid 1 Algemene landsverordening belastingen (ALB) kan beroep worden ingesteld bij de belastingrechter als dit is gericht tegen een uitspraak op bezwaar van de Inspecteur.
2.2
Zonder eerst een bezwaarprocedure te voeren, heeft belanghebbende bij brief van 19 november 2019 onmiddellijk beroep ingesteld tegen de beslissing van de inspecteur van 20 september 2019 om geen ontheffing van grondbelasting te verlenen voor de jaren 2013 tot en met 2016. Dit heeft tot gevolg dat dit beroep niet-ontvankelijk dient te worden verklaard (vgl. GEA Curaçao 22 mei 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:113).
2.3
Het Gerecht ziet ervan af het – als bezwaarschrift aan te merken – beroepschrift aan de Inspecteur door te zenden. Daarbij neemt het Gerecht het hiernavolgende in aanmerking.
Gesloten stelsel
2.4
Het gesloten stelsel van rechtsmiddelen brengt mee dat slechts bezwaar mogelijk is tegen belastingaanslagen en andere voor bezwaar vatbare beschikkingen (artikel 17 ALB). In artikel 36, lid 2 Landsverordening grondbelasting (LGB) is bepaald dat de Inspecteur uitspraak doet op een verzoek tot ontheffing van grondbelasting. In deze bepaling is echter niet bepaald dat de Inspecteur deze beslissing neemt bij voor bezwaar vatbare beschikking. Gelet daarop staat tegen deze beslissing op het ontheffingsverzoek geen bezwaar open.
Belanghebbende
2.5
Daarbij komt dat in dit geval de aanslagen grondbelasting zijn opgelegd aan [TRE] NV (hierna: de NV). Deze NV is dus de belanghebbende. Op grond van artikel 35 LGB kan op verzoek van de belanghebbende ontheffing van grondbelasting worden verleend. In dit geval heeft echter niet de NV, maar [X] VBA om ontheffing verzocht en nadien beroep ingesteld tegen de beslissing op dit verzoek. Laatstgenoemde vennootschap kan evenwel niet als belanghebbende worden aangemerkt, zodat ook daarom een door deze vennootschap gemaakt bezwaar niet-ontvankelijk is.
Driemaandstermijn ontheffing grondbelasting
2.6
Artikel 35 en 36 LGB bepalen dat ontheffing van grondbelasting kan worden verleend voor gebouwen of afzonderlijk gebruikte gedeelten van gebouwen met hun aanhorigheden, die gedurende een tijdvak van minstens zes achtereenvolgende maanden ongebruikt of onverhuurd gebleven zijn, mits binnen drie maanden na afloop van het jaar daar schriftelijk om wordt verzocht.
2.7
Tussen partijen is niet in geschil dat de onroerende zaak gedurende de jaren 2013 tot en met 2016 leeg stond, zodat werd voldaan aan de voorwaarde dat het elk jaar minstens zes achtereenvolgende maanden ongebruikt of onverhuurd was. Evenmin is tussen partijen in geschil dat het verzoek om ontheffing niet is gedaan binnen de termijn van drie maanden na afloop van elk jaar. Daardoor is niet voldaan aan dit wettelijke formele vereiste voor ontheffing van grondbelasting. De Inspecteur heeft mitsdien terecht de ontheffing kunnen weigeren.
Verzoek ambtshalve vermindering
2.8
Belanghebbend betoogt dat het verzoek moet worden beschouwd als een verzoek om ambtshalve vermindering in de zin van artikel 32 ALB. Zo belanghebbende daarin al gevolgd kan worden, leidt dat niet tot het door belanghebbende gewenste gevolg. Tegen de weigering van de inspecteur om ambtshalve te verminderen, staat immers geen rechtsmiddel open, zodat daartegen geen bezwaar of beroep kan worden ingesteld. Ook kan in deze beroepsprocedure niet met vrucht een beroep worden gedaan op de bevoegdheid van de Inspecteur tot ambtshalve vermindering (vgl. GEA Curaçao 4 oktober 2019, ECLI:NL:OGEAC:2019:228).
Slotsom
2.9
Gelet op het vorenstaande dient het beroep niet-ontvankelijk te worden verklaard.

3.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT

Het Gerecht ziet geen aanleiding voor een vergoeding van de proceskosten of het griffierecht.

4.DE BESLISSING

Het Gerecht:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gegeven door mr. dr. A.J.H. van Suilen, rechter, en is uitgesproken op 1 juli 2020, in tegenwoordigheid van de griffier M.M.M. Faro MSc.
De griffier, De rechter,
Afschriften zijn per post/ per e-mail op ………………………….. aan partijen verzonden.
HOGER BEROEP
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie (belastingkamer)
J.G. Emanstraat 51
Oranjestad
Aruba
U wordt verzocht bij het indienen van het beroepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het beroepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het beroepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener,
b. de dagtekening,
c. waartegen u in beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Partijen hebben ook de mogelijkheid het ondertekende beroepschrift per e-mail in te dienen bij de griffie van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie:
belastinggriffieAUA@caribjustitia.org.
Voor het instellen van hoger beroep is het volgende bedrag aan griffierecht verschuldigd:
- natuurlijke personen: Afl. 75
- personenvennootschappen en rechtspersonen: Afl. 300