ECLI:NL:HR:2012:BX4042
Hoge Raad
- Cassatie
- J.A.C.A. Overgaauw
- D.G. van Vliet
- C.B. Bavinck
- E.N. Punt
- M.A. Fierstra
- Rechtspraak.nl
Verlaagd tarief voor rondleidingen door een stadion en de toepassing van de Wet op de omzetbelasting 1968
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 augustus 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was aangespannen door de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam. De zaak betreft de naheffingsaanslagen in de omzetbelasting die aan X C.V. zijn opgelegd over de tijdvakken van 1 januari 2001 tot en met 30 juni 2002 en van 1 juli 2002 tot en met 30 juni 2005. De Rechtbank te Haarlem had eerder het beroep van belanghebbende gedeeltelijk gegrond verklaard, maar het Hof heeft deze uitspraak vernietigd en de naheffingsaanslagen verder verminderd. De Staatssecretaris heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat het Hof een onjuiste rechtsopvatting heeft gehanteerd met betrekking tot de toepassing van het verlaagde tarief voor de tours die door belanghebbende worden aangeboden. De tours, die een rondleiding door het stadion en een bezoek aan het museum van de voetbalclub omvatten, werden door het Hof aangemerkt als toegang tot een attractiepark, wat volgens de Hoge Raad niet correct is. De Hoge Raad oordeelt dat de wetgever de toepassing van het verlaagde tarief heeft willen beperken tot specifieke vormen van vermaak en recreatie, en dat de tours niet onder deze uitzondering vallen.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor verdere behandeling. Dit arrest benadrukt de noodzaak om de wetgeving omtrent omzetbelasting nauwkeurig toe te passen en de reikwijdte van het verlaagde tarief zorgvuldig te interpreteren, vooral in het licht van de parlementaire geschiedenis.