ECLI:NL:HR:2009:BH3188
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid cassatieberoep bij vervroegde onteigening en schadeloosstelling
In deze zaak gaat het om de ontvankelijkheid van het cassatieberoep van verschillende eisers tegen een vonnis van de rechtbank Maastricht, waarin vervroegde onteigening is uitgesproken. De eisers, waaronder [eiser 1], [eiseres 2], [eiser 3] en [eiseres 4], zijn eigenaren van onroerende zaken die door de Gemeente Heerlen zijn onteigend ten behoeve van het bestemmingsplan 'Hoogveld'. De Gemeente heeft de eisers gedagvaard en de rechtbank heeft op 5 maart 2008 de vervroegde onteigening uitgesproken, waarbij ook de schadeloosstelling is vastgesteld. De eisers hebben cassatie ingesteld tegen deze vonnissen, maar de ontvankelijkheid van [eiseres 4] is ter discussie gesteld, omdat zij niet als partij in het onteigeningsgeding was betrokken.
De Hoge Raad oordeelt dat [eiseres 4] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar cassatieberoep, omdat zij niet tijdig was gedagvaard en niet als derde-belanghebbende had opgetreden. De Hoge Raad bevestigt dat de niet-betekenis van een tijdig afgelegde verklaring voor herstel vatbaar is, mits er tijdig is gedagvaard. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekt tot niet-ontvankelijkheid van [eiseres 2] en [eiseres 4], en verwerping van het cassatieberoep voor de overige eisers. De Hoge Raad verklaart de eisers in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de Gemeente zijn begroot op € 374,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.