ECLI:NL:HR:2006:AY6008
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- P.J. van Amersfoort
- A.R. Leemreis
- C.J.J. van Maanen
- C.A. Streefkerk
- Rechtspraak.nl
Ziekenfondsverzekering zelfstandigen en ongeoorloofd onderscheid in heffingsgrondslag
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende, die in 2001 een aanslag in de premie ingevolge de Ziekenfondswet opgelegd kreeg, gebaseerd op een inkomen van € 16.548. Na bezwaar tegen deze aanslag, dat door de Inspecteur werd gehandhaafd, heeft belanghebbende beroep aangetekend bij het Gerechtshof te Amsterdam. Het Hof verklaarde het beroep ongegrond, waarop belanghebbende cassatie heeft ingesteld. De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend en tevens incidenteel beroep in cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Hof niet overging tot opheffing van het ongeoorloofde onderscheid tussen zelfstandigen en werknemers in de heffingsgrondslag. Het Hof oordeelde dat het de rechter niet past om in te grijpen in een wettelijke regeling, vooral gezien de verschillende mogelijke oplossingen voor rechtsherstel die afhankelijk zijn van overheidsbeleid. De Hoge Raad heeft het principale beroep van belanghebbende ongegrond verklaard en het incidentele beroep van de Staatssecretaris niet-ontvankelijk verklaard. De Staatssecretaris werd veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is gewezen op 11 augustus 2006.