ECLI:NL:HR:2005:AT8318
Hoge Raad
- Cassatie
- C.J.G. Bleichrodt
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- J.W. Ilsink
- J. de Hullu
- Rechtspraak.nl
Cassatie over ambtenaren en giften in de Antilliaanse rechtspraak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 september 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De verdachte, gevestigd op Curaçao, was beschuldigd van het doen van giften aan ambtenaren met het oogmerk hen te bewegen in strijd met hun ambtsplicht te handelen. De tenlastelegging betrof onder andere het geven van geldbedragen aan twee ambtenaren, met de bedoeling om hen te beïnvloeden bij het gunnen van projecten aan de verdachte. Het Hof had geoordeeld dat de verdachte niet alleen had geprobeerd om directe voordelen te verkrijgen, maar ook om een relatie met de ambtenaren te onderhouden, wat zou leiden tot een voorkeursbehandeling.
De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het Hof dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het doen van giften aan ambtenaren, en dat dit niet alleen betrekking had op directe tegenprestaties, maar ook op het creëren en onderhouden van relaties die de ambtenaren in hun onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden. De verdediging had aangevoerd dat het begrip 'relatie' in de tenlastelegging onvoldoende duidelijk was, maar de Hoge Raad oordeelde dat dit begrip voldoende feitelijk bepaald was om voor de verdachte begrijpelijk te zijn.
De Hoge Raad verwierp het beroep van de verdachte en oordeelde dat de middelen niet tot cassatie konden leiden. De uitspraak van het Hof werd bevestigd, en de verdachte werd veroordeeld tot een geldboete van NAf 300,- voor het medeplegen van het doen van een gift aan een ambtenaar in strijd met diens plicht. Dit arrest benadrukt de strikte regels rondom ambtenaren en het geven van giften, en de noodzaak voor ambtenaren om onafhankelijk en objectief te blijven in hun besluitvorming.