ECLI:NL:HR:2004:AR5980
Hoge Raad
- Cassatie
- L. Monné
- P.J. van Amersfoort
- A.R. Leemreis
- Rechtspraak.nl
Cassatie over ontvankelijkheid en behandeling van belastingaanslag en boetebeschikking
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 21 februari 2003, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting en een daarbij gegeven boetebeschikking. De Inspecteur had de bezwaar van belanghebbende tegen de aanslag en de boete niet-ontvankelijk verklaard. Het Hof verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond, vernietigde de uitspraak van de Inspecteur, verklaarde belanghebbende alsnog ontvankelijk in zijn bezwaar, maar handhaafde de aanslag en de boetebeschikking. Belanghebbende ging in cassatie tegen deze uitspraak.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof in strijd heeft gehandeld met de mededelingen tijdens de zitting, waar werd aangegeven dat er een tweede mondelinge behandeling zou volgen indien de ontvankelijkheid zou worden geoordeeld. Het Hof heeft zonder deze tweede behandeling uitspraak gedaan, waardoor belanghebbende niet voldoende in de gelegenheid is gesteld om zich uit te laten over de aanslag en de boetebeschikking. Bovendien is het Hof voorbijgegaan aan het aanbod van getuigenbewijs van belanghebbende, wat ook in strijd is met de procedurele vereisten.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof, behoudens de beslissing omtrent het griffierecht, en verwijst de zaak naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 644 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Dit arrest is gewezen op 19 november 2004.