Uitspraak
wonende te [woonplaats],
wonende te Berkel-Enschot,
wonende te Breda,
wonende te Nieuw-Ginneken,
wonende te Breukelen,
Het arrest van het Hof is aan dit arrest gehecht.
kunnenzijn
ernstig gevaar voor insolventie van de [A]zou meebrengen."
a- die zich keert tegen de vaststelling ter zake van lening 13940 - zou de notaris, nu het Hof heeft geoordeeld dat hem ter zake geen verwijt treft, enkel dan belang hebben indien het incidentele middel van curatoren zou slagen, doch deze voorwaarde is niet vervuld. De klacht onder
bmiskent dat 's Hofs vaststelling berust op een uitlegging van de gedingstukken waarvan niet kan worden gezegd dat zij onbegrijpelijk is.
gelet op haar omvang, een ernstige bedreiging voor de solventie van [A]zou betekenen". Hetgeen het Hof ter zake van deze transactie vaststelt impliceert immers dat het daarbij om een mogelijk ongedekt risico in de orde van grootte van 3 - 4 miljoen gulden ging. Dat een dergelijk risico - al aangenomen dat de plaatsvervanger van de notaris dit risico, zoals het Hof aanneemt, had moeten onderkennen op grond van de enkele omstandigheden dat, hoewel "de markt voor onroerende goederen aan sterke prijsdaling onderhevig was", "het bewuste pand bij de laatste transactie op één dag in waarde bijna verdubbelde" (rov. 21 en 22) -
ernstig gevaar voor insolventievan [A]meebracht (zoals ingevolge de maatstaf is vereist), is in het licht van hetgeen ten processe is gesteld omtrent de toenmalige vermogenspositie van [A]zonder nadere motivering onbegrijpelijk. Daar komt nog bij dat, zoals het Hof zelf vermeldt, ten kantore van de notaris bekend was dat het pand - dat ten slotte als zekerheid moest dienen voor twee leningen met een totaal netto bedrag van ruim 4.8 miljoen gulden - door een NVM-makelaar was getaxeerd op een waarde van 6.5 miljoen gulden. Nu niet is vastgesteld dat de plaatsvervanger van de notaris redenen had om aan de echtheid van dit taxatierapport dan wel aan de kwaliteiten van de betrokken makelaar te twijfelen, valt niet in te zien waarom de enkele omstandigheden dat, hoewel "de markt voor onroerende goederen aan sterke prijsdaling onderhevig was", "het bewuste pand bij de laatste transactie op één dag in waarde bijna verdubbelde", de plaatsvervanger van de notaris aanleiding hadden moeten geven om ondanks meerbedoeld taxatierapport zijn ministerie op te schorten totdat hij van de zijde van [A]of de op haar toezicht houdende autoriteiten zou zijn gerustgesteld met betrekking tot het van de transactie te duchten gevaar voor insolventie van [A].
23 december 1994.