Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil en conclusies van partijen
4.Gronden
opgevoerd voor extra energiekosten zo uit mijn hoofd mbt opladen rolstoelen, scootmobielen, airco (…), traplift (…), apparaten om te snijden etc.’ Hetgeen in hoger beroep is aangevoerd leidt niet tot een ander oordeel. Niet duidelijk is geworden wanneer de hulpmiddelen waarvan de foto’s zijn overgelegd zijn aangeschaft, voor welk bedrag en of deze uitgaven op belanghebbende hebben gedrukt. Rolstoelen, scootmobielen en aanpassingen aan de woning zoals een traplift worden bovendien niet als ander hulpmiddel als bedoeld in artikel 6.17, aanhef, letter d Wet IB 2001 (tekst 2018) aangemerkt. [5] Extra energiekosten als gevolg van het gebruik van deze hulpmiddelen kunnen evenmin als uitgaven voor specifieke zorgkosten worden aangemerkt.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank, maar alleen voor de beslissingen met betrekking tot de aanslag IB/PVV 2018 en belastingrentebeschikking 2018;
- bevestigt de uitspraak van de rechtbank voor het overige;
- vermindert de aanslag IB/PVV 2018 naar een berekend belastbaar inkomen uit werk en woning van € 20.228;
- vermindert de beschikking belastingrente 2018 evenredig;
- veroordeelt de minister tot vergoeding van de schade die belanghebbende heeft geleden tot een bedrag van € 500;
- bepaalt dat de inspecteur aan belanghebbende het betaalde griffierecht voor de behandeling van het hoger beroep bij het hof van € 136 vergoedt;
- veroordeelt de inspecteur in de kosten van het geding bij het hof van € 907.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).