Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
inspecteur van de belastingdienst,
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 25 april 2019 uitspraak gedaan in een geschil over de indeling van een onderneming in een sector voor de uitvoering van de Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv). De belanghebbende, die zich bezighoudt met het bereiden en bezorgen van (hamburger)maaltijden, was door de Inspecteur ingedeeld in sector 33 (Horeca algemeen). De belanghebbende was van mening dat zij terecht in sector 17 (Detailhandel en ambachten) of sector 32 (Overig goederenvervoer te land en in de lucht) ingedeeld diende te worden. Het Hof oordeelde dat de bezorging van de maaltijden ten dienste staat van het bereiden van de producten, waardoor de onderneming als een aan horeca verwant bedrijf wordt beschouwd. Het Hof concludeerde dat de indeling van de belanghebbende in sector 33 terecht was en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak van de Inspecteur werd bevestigd, en er werden geen redenen gevonden om het griffierecht te vergoeden of om de proceskosten te veroordelen. De belanghebbende kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad.