Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Uitspraak van 21 februari 2024
[X] te [Z] , belanghebbende,
de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam, de Heffingsambtenaar,
Procesverloop
Feiten
- Kopie van de aanbieding en begroting van de aannemer(s);
- Door beide partijen getekende aannemingsovereenkomst (opdrachtbevestiging);
- Bestek;
- Overzicht van werken buiten bestek;
- Overzicht van de stelposten.
- een aannemingsovereenkomst, die door [A B.V.] op 12 juni 2019 en door belanghebbende op 14 juni 2019 is ondertekend. De daarin overeengekomen aanneemsom inclusief BTW is gelijk aan de aanneemsom inclusief BTW die in de offerte is genoemd;
- een uitgewerkte kostenraming, gedateerd 17 december 2018. Onderaan de kostenberekening een “aanneemsomsom subtotaal”, die gelijk is aan de aanneemsom exclusief BTW die in de offerte is genoemd.
Verordening en Tarieventabel
“Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit
Artikel 3 Belastingplicht
Artikel 4 Heffingsmaatstaven en tarieven
Artikel 5 Wijze van heffing
“HOOFDSTUK 1 OMGEVINGSVERGUNNINGEN VOOR ACTIVITEIT BOUWEN
(een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)
Oordeel van de Rechtbank
Omschrijving geschil in hoger beroep en conclusies van partijen
Beoordeling van het hoger beroep
hoeveelde door belanghebbende verdedigde heffingsmaatstaf te laag is. Toch wil het Hof, gelet op het bepaalde in artikel 8:41a van de Algemene wet bestuursrecht, tot een definitieve beslechting van het hem voorgelegde geschil komen. Het Hof stelt, alle feiten en omstandigheden in aanmerking genomen, de heffingsmaatstaf van de leges omgevingsvergunning schattenderwijs vast op € 700.000, dat is het bedrag waarop ook de Rechtbank de heffingsmaatstaf heeft vastgesteld.