Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.Kern van de zaak
3.De feiten
beiderails af, kan de ene rail niet de functie van de andere rail overnemen en bestaat dus een risico op een daadwerkelijke stroomonderbreking. Het schuiven moet daarom snel gebeuren. De secundaire installatie slaat alarm als dit langer dan vijf minuten duurt.
5.De beoordeling
)bepaalt, voor zover van belang, het volgende:
artikel 51, voor zover van belang:
andere partijenin een soortgelijke kwestie.
van de schuldenaar of van met de leiding van zijn bedrijf belaste personen(cursivering hof). Dat daarvan in dit geval sprake is, is niet althans onvoldoende onderbouwd gesteld. Alle door Tata Steel verweten gedragingen hebben immers betrekking op werknemers van TenneT. In de memorie van grieven (randnummer 200) wordt geconcludeerd dat bij de werkverantwoordelijke en technisch specialist van TenneT sprake was van mogelijkheidsbewustzijn. Ten aanzien van de leidinggevenden binnen TenneT is door Tata Steel niets gesteld. Dat en waarom een beroep op een beperking van aansprakelijkheid tot 10 miljoen euro in geval van ernstige nalatigheid van werknemers van TenneT in het licht van alle omstandigheden van het geval naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn heeft Tata Steel onvoldoende onderbouwd. De naar voren gebrachte omstandigheid dat sprake zou zijn van een ernstige fout die eenvoudig voorkomen had kunnen worden en dat daarbij bewust roekeloos is gehandeld, is daarvoor (als dit komt vast te staan) onvoldoende.
achterwege laten van eenvoudige maatregelen ter voorkoming van dreigende aanzienlijke schadevalt dus ook onder “bewuste roekeloosheid”. Een weten of bewustzijn (van de schade) was bij de opdrachtgever niet vereist. Een verwijtbare nalatigheid (
mogelijkheidsbewustzijn) was voldoende.”
- i) Het LBC constateerde dat het stand-meldingssysteem ten aanzien van RSB de melding “Tussenstand” gaf, wat betekent dat er geen (volledige) verbinding is;
- ii) Achteraf blijkt de verklaring hiervoor te zijn dat de motor van de aandrijving van fase 4 van railscheider B defect was (rapport van TenneT blz. 22). Ten tijde van het incident was dit niet bekend. Alleen in uitgeklapte toestand kan de pantograaf verbinding maken met de rail. Hij is dan ongeveer drie meter lang. In ingeklapte toestand heeft de pantograaf de vorm van een (neerwaarts ingedrukte) X. Volgens DNV GL (blz. 49) is waarschijnlijk dat de pantograaf van fase 4 van RSB vanwege de defecte motor na het inschakelcommando niet of nauwelijks in beweging is gekomen, wat betekent dat de pantograaf in de X stand is blijven staan. Die ingeklapte vorm is ook wat de werkverantwoordelijke heeft gezien nadat de kortsluiting was opgetreden (zie hierna onder x). Het hof neemt dan ook aan dat de pantograaf van fase 4 van RSB niet was uitgeklapt.
- iii) De ter plaatse aanwezige werkverantwoordelijke is vanwege de tussenstand-melding vanaf het bordes van het werkhuisje gaan kijken of alle drie de pantografen van RSB verbinding maakten;
- iv) De bewuste pantograaf van fase 4 van RSB bevond zich daarbij op een afstand van 34 meter.
- v) Op het moment van de waarneming was sprake van slecht zicht door harde wind
- vi) De werkverantwoordelijke meende ten tijde van deze waarneming te zien dat de pantograaf van fase 4 van RSB verbinding maakte met de rail.
- vii) De op het station aanwezige technisch specialist heeft in de secundaire installatie gemeten dat de stand-meldingscontacten van railscheider RSB fase 4 geen verbinding maakten (zie rapport DNV GL blz. 16).
- viii) Vervolgens is op basis van wat de werkverantwoordelijke meende te hebben waargenomen ten onrechte verondersteld dat er veilig geschakeld kon worden met railscheider RSA en is in overleg met de plaatselijk aanwezige technicus, het LBC en de operationeel verantwoordelijke in Waddinxveen (zie ACM geschilbesluit onder 26) besloten het systeem handmatig te veranderen waardoor ondanks de tussenstand-melding afschakelen van RSB A toch mogelijk werd;
- ix) Omdat er geen stroom liep door fase 4 van RSB, is de stroom door fase 4 van RSA 4 blijven gaan, ook tijdens het openen van de scheider, waardoor er een vlamboog is ontstaan tussen beide contactpunten van de scheider. Onder invloed van de sterke westenwind heeft de vlamboog zich bewogen in de richting van het dak-net van lijnveld KIJ W, en kortsluiting veroorzaakt tussen fase 4 en fase 8 van lijnveld KIJ W. Vervolgens heeft de railbeveiliging de kortsluiting gesignaleerd en heeft het beide railsystemen A en B uitgeschakeld. Hierdoor werd het station spanningsloos.
- x) Na de kortsluiting is de werkverantwoordelijke het veld ingelopen. Na ongeveer twee minuten kwam hij terug met de mededeling: “dat van de, even kijken, de A, B railscheider staat er een poot naar beneden en 2 poten staan omhoog (…) ja die naar beneden is fase 4” (Rapport DNL GV tabel 6.2 op blz. 30).
opzettelijkveroorzaakte schade (zoals Tata Steel dat tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep nog heeft genoemd).