2.4.In juni 2014 heeft de Inspecteur bij [A] , [B] en belanghebbende een boekenonderzoek ingesteld, waarbij onder meer de aanvaardbaarheid van de aangiften omzetbelasting over de periode 1 januari 2009 tot en met 31 december 2013 is onderzocht. Van de bevindingen van het onderzoek is met dagtekening 30 november 2016 een controlerapport opgemaakt. Het controlerapport vermeldt – voor zover hier van belang – het volgende:
“(…)
6.6.2.1 Speelsters
De heer [A] vertelde dat de speelsters meestal op zestien, zeventien jarige leeftijd met hem in contact komen. Bij een eerste gesprek zijn, volgens hem, doorgaans ook de ouders aanwezig. Tevens verklaarde hij de speelsters te assisteren in de te maken keuzes en bij hun loopbaan- en carrièreplanning. Hij gaf aan geen financieel advies aan hen te geven, doch hen te waarschuwen als er foute financiële keuzes gemaakt dreigen te worden. Dit vanwege de veelal jonge leeftijd van de speelsters.
Doordat de heer [A] veel wedstrijden bezoekt, kan hij goed selecteren welke speelsters voor hem interessant zijn om zijn begeleiding aan te bieden. Ook melden speelsters zich bij hem. Veelal gebeurt dit middels mond-tot-mond reclame.
6.6.2.2 Website
Op de website
www. [A] .nlworden diverse speelsters gepresenteerd. Naast hun namen worden hun spelpositie, lengte en geboortedatum vermeld.
Daarnaast heeft de heer [A] fotoboeken waarin de speelsters gepresenteerd worden.
Op de website is een contactformulier te zien waarmee contact gezocht kan worden met de heer [A] . De heer [A] verklaarde dat het meestal de clubs zijn, die gebruik maken van dit formulier en niet zozeer de speelsters. Dat speelsters zich bij hem melden, geschiedt veelal middels mond-tot mond reclame. Dat clubs zich via het contactformulier melden is gelegen in het feit dat de heer [A] ook door clubs benaderd wordt met de vraag of hij geschikte speelsters voor hun club kent.
De heer [A] heeft aangegeven dat wanneer een speelster uiteindelijk weer stopt met het zaken doen met hem, haar gegevens wel bewaard blijven op de beheerpagina van de website. Dit vanaf het jaar 2012; daarvoor niet. De heer [A] is in het inleidend gesprek gewezen op de bewaarplicht met betrekking tot deze gegevens.
6.6.2.3 Contracten tussen de heer [A] en de speelsters
De heer [A] verklaarde in het inleidend gesprek dat hij handelt op basis van exclusiviteit. Hij heeft daarbij aangegeven geen schriftelijke contracten op te stellen met de volleybalspeelsters voor wie hij diensten verricht. Volgens hem zijn schriftelijke contracten tussen hem en de speelsters juridisch niets waard. Hij geeft aan dat alles op basis van goed vertrouwen gaat. Daarnaast wordt door de heer [A] aangegeven dat hij altijd de belangen behartigt van de speelsters; dat hij aan hun zijde staat. Ook daar waar er een geschil kan ontstaan tussen de club en de speelster. Door de heer [A] is opgemerkt dat hij een overeenkomst sluit met de speelsters, niet met de clubs.
(…) In latere gesprekken heeft de heer [A] verklaard dat hij in enkele specifieke gevallen wel schriftelijke contracten afsluit met speelsters waarbij het - volgens hem - wegens de reputatie verstandig is te doen. Een voorbeeld van zo'n contract is door de heer [A] overgelegd in de vorm van de 'private agreement' met mevrouw [D] met datum 10 oktober 2013. (…)
Daarbij heeft de heer [A] meerdere malen - ook na het inleidend gesprek - verklaard, ook weer in een mail van 11 oktober 2016 inzake het speelstersdossier van mevrouw [E] , dat zijn werkwijze voor elke speelster gelijk is. Mede gezien deze verklaring acht de Belastingdienst het aannemelijk dat het contract met [D] representatief is voor alle overeenkomsten met speelsters.
6.6.2.4 Contracten tussen de speelsters en de clubs
De heer [A] brengt de speelsters samen met volleybalclubs. Deze clubs bevinden zich zowel binnen als buiten de Europese Unie (hierna: EU).
De heer [A] heeft in het inleidend gesprek aangegeven dat de volleybalspeelsters zijn opdrachtgevers zijn en dat hij hun belangen behartigt. Het is de taak van de heer [A] om een goede volleybalclub voor hen te zoeken en club en speelsters samen te brengen. Dit met als doel het afsluiten van een contract. Het contract beslaat meestal één seizoen, soms twee met soms een optie voor een derde seizoen.
De heer [A] heeft verder nog verteld dat, indien het tot een contract tussen speelster en club komt, dit contract ondertekend wordt door de speelster en de club. Daarbij heeft hij vermeld dat hijzelf soms mede ondertekent.
Soms wordt hij zelfs gemandateerd om namens de speelsters te tekenen. Dit mandaat staat volgens de heer [A] op papier.
(…)
6.6.2.5 Facturen
De heer [A] heeft aangegeven dat hij doorgaans 10% commissie/(agent)fee ontvangt van het netto salaris dat de club met de speelster overeen is gekomen. De hoogte van de commissie wordt volgens de heer [A] doorgaans in de contracten opgenomen.
Vervolgens wordt deze, in de contracten genoemde, commissie door de heer [A] zelf gefactureerd aan de clubs. De heer [A] heeft daarbij aangegeven dat de speelsters buiten dit facturatieproces staan.
De heer [A] heeft het in het inleidend gesprek zo uitgelegd dat een club per speelster een budget beschikbaar heeft waar de volgende kosten uit betaald worden: salaris, huisvesting en meubels, auto, eten, commissie agent, etc.
Hij verklaarde dat de meeste van zijn omzetfacturen betrekking hebben op de 10% commissie van het netto salaris van de speelsters dat in rekening wórdt gebracht aan de clubs.
Daarnaast heeft hij in het inleidend gesprek aangegeven ook rechtstreeks aan de speelsters te factureren wanneer hij extra werkzaamheden voor ze heeft verricht, waarvan de kosten niet gedekt worden door de 10% commissie die hij aan de clubs factureert. Deze omzet maakt volgens de heer [A] een klein deel uit van de totale omzet.
(…)
6.6.2.6 Overige activiteiten
De heer [A] heeft verder nog aangegeven dat hij ook na het afsluiten van de contracten de speelsters nog volgt. Dit omdat het zo kan zijn dat de speelsters later weer overgaan naar een andere club.
Hij heeft verteld 4 à 5 keer per week (t/m medio mei) wedstrijden te bezoeken. Niet alleen competitiewedstrijden en interland wedstrijden worden bezocht, maar ook trainingskampen.
(…)”