Uitspraak
1.[appellant] ,
[appellant],
[appellante],
[appellanten] c.s.,
1.[geïntimeerde1] ,
[geïntimeerde1],
[geïntimeerde2],
[geïntimeerden] c.s.,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
"onderwerp: ontbinding [a-straat] 161",heeft [C] het navolgende aan [D] bericht:
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering
eerste griefis gericht tegen het oordeel van de kantonrechter dat met de buitengerechtelijke ontbinding van 27 januari 2014 de koopovereenkomst niet is ontbonden. Uit de toelichting op de grief volgt dat [appellanten] c.s. thans aanvoeren dat zij de koopovereenkomst op 27 januari 2014 hebben ontbonden door het inroepen van het financieringsvoorbehoud. De
tweede griefkomt er op neer dat de door [geïntimeerden] c.s. gevorderde nakoming van de koopovereenkomst bij brief van 11 april 2014 naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is (artikel 6:248 BW) evenals de aanspraak die [geïntimeerden] c.s. maken op de boete. Met de
derde griefdoen [appellanten] c.s. uitdrukkelijk een beroep op matiging van de door [geïntimeerden] c.s. gevorderde boete.
In het kader van een mededeling dat ontbinding wordt ingeroepen op grond van een
5.De slotsom
€ 2.316,-(2 punten x tarief III zijnde € 1.158,-)