ECLI:NL:GHAMS:2020:1216
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om vervangende toestemming voor vakantie en bekrachtiging inschrijving op basisschool
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 7 april 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van de moeder (de vrouw) tot vervangende toestemming voor een vakantie met de kinderen in de zomervakantie van 2019. De vrouw had in eerste aanleg een verzoek ingediend om met de kinderen naar Egypte te reizen, maar dit verzoek was afgewezen door de rechtbank. Het hof oordeelt dat de vrouw geen rechtens te respecteren procesbelang heeft bij een beoordeling van haar verzoek, aangezien de zomervakantie inmiddels is verstreken. Het hof wijst erop dat de vrouw bang is dat de man haar in de toekomst zal beletten om met de kinderen naar het buitenland te reizen, maar dit levert onvoldoende belang op om de beslissing van de rechtbank te toetsen.
Daarnaast heeft het hof ook het verzoek van de man tot vervangende toestemming voor de inschrijving van hun jongste kind op een basisschool toegewezen. De vrouw had bezwaar gemaakt tegen deze inschrijving, maar het hof oordeelt dat het in het belang van de kinderen is om de huidige school te behouden. De vrouw heeft wel een rechtens te respecteren procesbelang bij de beoordeling van de inschrijving, maar het hof vindt dat er op dit moment geen haalbaar alternatief is voor de kinderen. De beslissing van de rechtbank wordt bekrachtigd, en de proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.