ECLI:NL:GHAMS:2019:2097
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard; vermoeden van ontvangst van de beschikking niet ontzenuwd
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de niet-ontvankelijkheid van een bezwaarschrift van [X] B.V. tegen een beschikking van de inspecteur van de Belastingdienst. De inspecteur had [X] B.V. met ingang van 1 juli 2011 aangemerkt als eigenrisicodrager voor de WGA. Na een eerdere niet-ontvankelijk verklaring van het bezwaar door de inspecteur, heeft de rechtbank het beroep van [X] B.V. ongegrond verklaard. Het Hof heeft de zaak opnieuw beoordeeld en geconcludeerd dat het bezwaar terecht niet-ontvankelijk was verklaard. De rechtbank had vastgesteld dat de beschikking op 14 april 2011 was verzonden naar het juiste adres van [X] B.V. en dat het vermoeden van ontvangst niet was ontzenuwd. Het Hof heeft de overwegingen van de rechtbank overgenomen en benadrukt dat het aan [X] B.V. was om het vermoeden van ontvangst te weerleggen, wat niet is gebeurd. De termijn voor het indienen van een bezwaarschrift was verlopen, waardoor het Hof de uitspraak van de rechtbank heeft bevestigd. De kostenveroordeling is niet aan de orde gesteld.