2.1.In de uitspraak van de rechtbank zijn de navolgende feiten vastgesteld. Belanghebbende is in deze uitspraak aangeduid als ‘eiser’, de inspecteur als ‘verweerder’.
“1. Eiser is gehuwd met [naam echtgenote] (hierna: de echtgenote). In de onderhavige jaren waren zij woonachtig in [plaats] .
2. Eiser is slechtziend en lijdt aan astma. Om deze redenen heeft eiser, op advies van een arts, een bril met speciale, gekleurde, glazen aangeschaft op 25 juli 2012 voor een bedrag van € 800. Eiser heeft in 2010, op aanraden van zijn huisarts, de vloerbedekking in de slaapkamers van zijn woning laten vervangen door laminaat. Eveneens in 2010 heeft eiser aanpassingen in zijn keuken laten doen waarbij de fronten van de keukenkastjes zijn vervangen en grotere handgrepen zijn geplaatst. In 2014 heeft eiser in de Apple Store […] een iPad gekocht met spraakfunctie.
3. Op 13 februari 2013 heeft eiser voor het jaar 2012 een aangifte IB/PVV ingediend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 29.245. In de aangifte is het totaalbedrag aan specifieke zorgkosten als volgt opgebouwd:
Kosten medicijnen € 527
Uitgaven voor hulpmiddelen € 880
Uitgaven voor woningaanpassingen € 1.000
Uitgaven voor vervoer ivm ziekte of invaliditeit € 380
Extra uitgaven voor kleding en beddengoed
€ 310 +
Totaal uitgaven specifieke zorgkosten € 3.097
Drempel uitgaven specifieke zorgkosten
€ 2.096 -/-
Totaal aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten € 1.001
Hiervan heeft eiser € 171 in zijn aangifte in aanmerking genomen. De echtgenote heeft de resterende € 830 in haar aangifte in aanmerking genomen.
4. Op 10 maart 2014 heeft eiser voor het jaar 2013 een aangifte IB/PVV ingediend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 26.646. In de aangifte is het totaalbedrag aan specifieke zorgkosten als volgt opgebouwd:
Kosten medicijnen € 477
Uitgaven voor hulpmiddelen € 1.325
Uitgaven voor woningaanpassingen € 1.000
Uitgaven voor vervoer ivm ziekte of invaliditeit € 400
Extra uitgaven voor kleding en beddengoed
€ 310 +
Totaal uitgaven specifieke zorgkosten € 3.512
Drempel uitgaven specifieke zorgkosten
€ 1.986 -/-
Totaal aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten € 1.526
Dit bedrag is volledig bij de aangifte van eiser in aanmerking genomen.
5. Op 20 februari 2015 heeft eiser voor het jaar 2014 een aangifte IB/PVV ingediend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 32.836. In de aangifte is het totaalbedrag aan specifieke zorgkosten als volgt opgebouwd:
Kosten medicijnen € 527
Uitgaven voor hulpmiddelen € 3.171
Uitgaven voor woningaanpassing € 1.000
Uitgaven voor vervoer ivm ziekte of invaliditeit € 400
Extra uitgaven voor kleding en beddengoed
€ 775 +
Totaal uitgaven specifieke zorgkosten € 5.673
Drempel uitgaven specifieke zorgkosten
€ 2.240 -/-
Totaal aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten € 3.433
Hiervan heeft eiser € 983 in zijn aangifte in aanmerking genomen. De echtgenote heeft de resterende € 2.450 in haar aangifte in aanmerking genomen.
6. De definitieve aanslagen IB/PVV over 2012, 2013 en 2014 zijn overeenkomstig de aangiften opgelegd.
7. Met dagtekening 8 maart 2016 heeft verweerder een vragenbrief verstuurd aan eiser met betrekking tot de in geschil zijnde jaren. Hierop heeft eiser per brief van 20 mei 2016 gereageerd. Op grond hiervan heeft verweerder geconcludeerd dat niet alle door eiser opgevoerde kosten kwalificeren als specifieke zorgkosten en heeft verweerder met dagtekening 17 september 2016 de onderhavige navorderingsaanslagen opgelegd.
8. Bij het opleggen van de navorderingsaanslag voor het jaar 2012 is de aftrek specifieke zorgkosten gecorrigeerd met een bedrag van € 171 en is het belastbaar inkomen uit werk en woning nader vastgesteld op € 29.416. Bij het opleggen van de navorderingsaanslag voor het jaar 2013 is de aftrek specifieke zorgkosten gecorrigeerd met een bedrag van € 1.526 en is het belastbaar inkomen uit werk en woning nader vastgesteld op € 28.172. Bij het opleggen van de navorderingsaanslag voor het jaar 2014 is de aftrek specifieke zorgkosten gecorrigeerd met een bedrag van € 983 en is het belastbaar inkomen uit werk en woning nader vastgesteld op € 33.819.
9. Eiser heeft op 20 september 2016 bezwaar gemaakt tegen de navorderingsaanslagen.
10. Op 23 mei 2017 heeft een hoorgesprek plaatsgevonden.
11. Verweerder heeft op 14 juni 2017 uitspraken op bezwaar gedaan waarbij de navorderingsaanslagen zijn gehandhaafd. ”
Nu de hiervoor vermelde feiten door partijen op zichzelf niet zijn bestreden, zal ook het Hof daarvan uitgaan.