Uitspraak
[A],
[B],
[D],
[E],
[F],
[G],
mr. P.W.J. Coenen, kantoorhoudende te Den Haag, en
mrs. G.T.J. Hoffen
J.M.K.P. Cornegoor, beiden kantoorhoudende te Haarlem,
mrs. H.J. de Kluiver,
P.N. Ploegeren
J.L. van der Schrieck, kantoorhoudende te Amsterdam,
1.DE STAAT DER NEDERLANDEN,
mr. R.G.J. de Haan, kantoorhoudende te Amsterdam,
mrs. S. Perricken
I. Spinath, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mrs. A.R.J. Croiset van Uchelenen
A.J.F. de Bruijn, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
[H],
[J],
mrs. K. Ruttenen
J.R. Hurenkamp, beiden kantoorhoudende te Utrecht,
7.[K] ,
mr. A.R. Oosthout, kantoorhoudende te Leiden.
1.Het verloop van het geding
- verzoekers met VEB c.s.;
- verzoekster sub 1 met VEB;
- verweersters sub 1 en 2 gezamenlijk met SNS Reaal c.s. en afzonderlijk met SNS Reaal onderscheidenlijk SNS Bank;
- belanghebbende sub 1 met de Staat;
- belanghebbende sub 2 met Stichting Beheer;
- belanghebbende sub 3 met NLFI;
- belanghebbende sub 4 met ROOS;
- belanghebbende sub 5 met [H] ;
- belanghebbende sub 6 met [J] ;
- belanghebbenden sub 4 tot en met 6 gezamenlijk met ROOS c.s.;
- belanghebbende sub 7 met [K] .
Supervisory Review and Evaluation Process 2012tot het geven van een aanwijzing aan SNS Bank op de voet van artikel 3:111a lid 2 Wft, inhoudende dat SNS Bank uiterlijk op 31 januari 2013 haar kernkapitaal met minimaal € 1,84 miljard moet hebben aangevuld, althans een ‘finale oplossing’ zou moeten presenteren met een voldoende kans van slagen;
- VEB c.s. hebben bij verzoekschrift van 6 november 2014 de Ondernemingskamer verzocht een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van SNS Reaal, SNS Bank en Propertize vanaf 1 januari 2006 "tot en met het moment waarop het onderzoek is afgerond" en met betrekking tot de in het verzoekschrift aangeduide onderwerpen, met hoofdelijke veroordeling van SNS Reaal, SNS Bank en Propertize in de kosten van het geding.
- De Ondernemingskamer heeft aanleiding gezien een mondelinge behandeling te bepalen uitsluitend met betrekking tot de bevoegdheid en ontvankelijkheid van VEB c.s.
- SNS Reaal c.s., Propertize en de Staat hebben elk bij afzonderlijk verweerschrift geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van VEB c.s. in hun verzoek.
- Bij verweerschrift van 22 januari 2015 heeft Stichting Beheer de Ondernemingskamer verzocht een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van SNS Reaal over de periode vanaf 1 januari 2012 tot een nader in het verzoekschrift beschreven tijdstip.
- producties 86 tot en met 89 door VEB;
- producties 12 tot en met 18 door ROOS;
- twee producties door [K] .
2.De feiten
The Company intends to use the net proceeds (…) entirely for general corporate purposes to sustain growth and capture new growth opportunities, both organically and through selected acquisitions”
preliminary due diligencedoor Houthoff Buruma hield onder meer in:
8. Compliance and Regulatory
due diligencehield onder meer in:
30% of BPF’s activities are conducted outside the Netherlands and future profitable growth is expected to be mainly generated abroad.
Excellent fit with SNS REAAL strategy.”
BPF is very risk aware and has in the past been able to adequately monitor and steer credit and market risk.”
The overall risk-profile of the combination of SNS Bank and BPF will shift from conservative to moderate.”
Letter of Intent) ondertekend met betrekking tot een overname van Bouwfonds Property Finance voor € 840 miljoen. Bij persbericht van 31 juli 2006 heeft SNS Reaal de overname van Bouwfonds Property Finance aangekondigd.
key findings:
- Het management van Bouwfonds Property Finance verwacht vooral groei in het buitenland en de strategie van Bouwfonds Property Finance is daarop gericht.
- De combinatie van SNS Reaal en Bouwfonds Property Finance past niet zonder meer bij de eerder gecommuniceerde strategie.
- “The virtual dataroom process was not well managed by the vendor. Certain key information was made available at a very late stage, information was not easily accessible and responses to questions were either provided late or not at all.”
- De kwaliteit van de lening-portefeuille is “
- In geval van groei en productdifferentiatie zijn aanvullende investeringen in IT noodzakelijk.
- “
due diligenceovereenkomstig de
engagement lettervan 9 augustus 2006. Het door KPMG op 28 augustus 20o6 uitgebrachte rapport houdt onder meer in
The BUI[Business Unit International, toev. OK]
loan documentation (…) does not always provide up-to-date information. (…)
due diligencerapport van 29 september 2006 houdt onder meer het volgende in:
3.1.6 The loan documentation in the Data Room reviewed is not always complete. There are several instances where the loan agreement, security documents or confirmations (…) are missing from the relevant file.
is not in conformity with the guidelines issued by[DNB].
not yet been tested in practice (…).
Het due diligence proces is naar tevredenheid afgesloten (…). Er zijn geen belangrijke negatieve verrassingen met betrekking tot de bedrijfsvoering vastgesteld.
Er heeft een uitgebreid onderzoek plaatsgehad ten aanzien van de reguliere financieringsprojecten evenals participaties en joint ventures. Op basis van dit onderzoek zijn de voorzieningen verhoogd met € 6 miljoen;
Klanten met in onze ogen hoog reputatierisico zijn achtergebleven;
Ten aanzien van kredietdossiers krijgt SNS REAAL een jaar de tijd om eventuele omissies te herstellen en waar nodig wordt dit gegarandeerd door ABN Amro;
Het bouwwerk voor risico management is op orde en wordt de komende tijd verder in lijn gebracht met het risico bouwwerk van SNS REAAL;
(…) De heer [M] stelt vast dat de prijs verlaagd is van 840 mln. naar 810 mln., dat in de due diligence geen majeure zaken naar voren zijn gekomen die niet afgedekt zijn via garanties of vrijwaringen en dat het resultaat 1e halfjaar beter is dan aanvankelijk door ons werd aangenomen.
(…) haalbaar zijn.
maakt zich zorgen over de 1 jaars termijn bij de indemnity met betrekking tot niet complete kredietdossiers. De heer [S][lid van de raad van bestuur, toev. OK]
bevestigt dat deze termijn voldoende is om de kredietdossiers grondig door te nemen en te controleren op imperfecte zekerheden.
risk governancevan Property Finance op het terrein van creditrisk. Het doel is het bewerkstelligen van “
een efficiënte en doelmatige riskmanagementorganisatie die de business in staat stelt om snel en weloverwogen haar (risico-)beleid en beslissingen te kunnen uitvoeren”. Een riskmanager heeft naast een oog voor risico’s ook een commerciële instelling, aldus de nota. Naast deze nota waren een Fiatnota (met criteria voor de beoordeling van kredietvoorstellen) en een Fiatmatrix (ter bepaling van het gremium dat bevoegd is een kredietvoorstel goed te keuren) onderdeel van de
risk governancevan Property Finance.
It may be appreciated that in every larger loan portfolio outstanding or open issues may be found in loan- and security documentation, including the ones as listed in this report. However, we do not find the number of issues found alarming or disturbing from what we have seen with respect to the contents of files, the methods of work and our general perception of the files inspected. The ability of SNSPF to immediately recover missing documents or information gives us extra comfort in this respect (…)”
risk governancevan Property Finance in de context van de Risk Management Policy van SNS Reaal en vermeldt als conclusies:
1. Het primaire kredietverleningsproces loopt naar het inzicht van betrokkenen goed.
anders geïnterpreteerd.
anders gepercipieerd.
entry auditmet betrekking tot Property Finance gepresenteerd. Deze presentatie houdt onder meer in:
Deze audit is gericht op het verkrijgen van inzicht in de risicofactoren van SNS PF en de wijze waarop management deze risico’s beheerst.
in de huidige organisatiestructuur wordt contractmanagement/juridische zaken aangestuurd door de adjunct-directeuren Sales. (…) Gevolg hiervan is (…) dat contractmanagement/juridische zaken niet onafhankelijk is gepositioneerd ten opzichte van Sales, waardoor het risico bestaat dat deze functie zich teveel laat leiden door commerciële overwegingen bij het uitonderhandelen van de leningovereenkomst. (…)
worden voorgelegd aan het Risk Committee SNS PF, tenzij Risk Management van mening is dat het voorstel toch op een lager niveau kan worden gefiatteerd. Het Risk Committee SNS PF wordt hierover echter niet geïnformeerd en heeft daardoor geen inzicht in de financieringen die op een lager niveau zijn voorgelegd. (…)
SNS PF International houdt zich bezig met het verstrekken van kortlopende project-, grond-, handels- en, in beperkte mate, beleggingsfinancieringen aan projectontwikkelaars en vastgoedhandelaren en -beleggers in Zuid-Europa, Noord-Europa en Noord-Amerika. (…)
Manual in de praktijk niet uitgevoerd, zoals het opstellen van nacalculaties en het laten goedkeuren van de KYC dossiers door het RCI. (…). Juist in een organisatie waar de nadruk ligt op commercie, dient een adequaat beheersingskader aanwezig te zijn om te voorkomen dat aan de interne beheersing voorbij wordt gegaan. Nu bestaat het risico dat wet- en regelgeving niet wordt nageleefd en dat tijdens de looptijd onvoldoende aandacht is voor de projectrisico’s wat kan leiden tot onverwachte defaults.
De heer [M] constateert dat er ten aanzien van een materieel deel van de portefeuille (US) wat zorg is. De heer [Q] geeft aan dat het hier niet de gehele portefeuille betreft maar alleen het deel woningontwikkeling (€ 450 mio). De heer [T][lid van de raad van bestuur van Porperty Finance, toev. OK]
licht toe dat zowel in de US als in Spanje selectief naar nieuwe productie zal worden gekeken (géén vol gas in deze markten). Niet het volume is ‘target’, maar de verhouding rendement – risico.
SNS PF International is een sterk commercieel gedreven organisatie. Hiervoor is bewust gekozen en deze focus heeft de laatste jaren ook geleid tot een sterke groei, zowel in portefeuille als in resultaat. (…)
SNS REAAL heeft haar gematigde risicoprofiel in 2007 gehandhaafd en de internationale liquiditeits- en kredietcrisis heeft geen materiële invloed gehad op de nettowinst. Professioneel risicomanagement en een solide balans beperkten de directe effecten van deze crisis.
nam toe van € 8,8 miljard ultimo 2006 tot € 11,7 miljard ultimo 2007 (+ 32,9%). Deze toename is het gevolg van autonome groei van de kredietportefeuille met € 1,8 miljard (+ 20,4%) en de integratie van de portefeuille vastgoedfinanciering van SNS Bank (€ 1,1 miljard). De integratie van deze activiteiten met die van SNS Property Finance werd eind 2007 voltooid (…). Op 31 december 2007 bestond de totale kredietportefeuille van SNS Property Finance voor € 7,0 miljard uit beleggingsfinanciering en voor € 4,7 miljard uit projectfinanciering. De portefeuille is zowel geografisch als over de verschillende activasoorten goed gespreid. Het grootste deel van de portefeuille is binnenlands (76%) en de investeringen in Noord-Amerika zijn beperkt tot 7% van de totale portefeuille. Het aandeel van de portefeuille dat betrekking heeft op woningen bedroeg eind 2007 37%.”
Om haar gematigde risicoprofiel te bewaken stelt SNS REAAL in haar beleid het handhaven van een beheerste bedrijfsvoering centraal. Als voornaamste voorwaarde daarvoor geldt het kunnen werken langs de lijnen van goed ingerichte processen.
In het najaar 2007 heeft CA[Concern Audit, toev. OK]
een onderzoek uitgevoerd naar de beheersing van de processen bij de Business Unit International van SNS PF. CA heeft de mate van beheersing als onvoldoende gekwalificeerd. Bevindingen en verbeterpunten zijn met het management besproken. In januari van dit jaar heeft de jaarafsluitingsaudit van KPMG aangetoond dat de bevindingen nog bestaan. Er is een plan van aanpak gemaakt waarin alle bevindingen, ook van KPMG, met te ondernemen acties en een implementatiedatum zijn opgenomen. (…)”
Een van de “unique sellingpoints” van SNSPF is het relatief hoge bevoorschottingspercentage. Argument hiervoor is dat onze grote kennis van de vastgoedmarkt ons in staat stelt om goede projecten van de rest te kunnen onderscheiden. Wij onderscheiden ons hiermee zeer bewust van de handelsbanken, bij wie de vastgoedexpertise veelal ontbeert. Property Finance kiest hiermee bewust voor een hoger risicoprofiel. (…)
valt op dat ca. 58% van de kredieten een normoverschrijding kent en dat deze normoverschrijding met name plaats vindt in een overschrijding van de LTV/LTC[loan to value en loan to cost, toev. OK]
en de voorverhuur/voorverkoop-eisen.”
een portefeuillegroei van 3 à 5% laat zien voor 2009”.
SNS REAAL zal voor € 750 miljoen aan niet-stemgerechtigde core Tier 1 securities uitgeven aan de Nederlandse Staat tegen een prijs van € 5,25 per stuk en voor € 500 miljoen aan niet-stemgerechtigde core Tier 1 securities aan Stichting Beheer SNS REAAL. De Nederlandsche Bank kwalificeert de securities als core Tier 1 kapitaal. De
investor dayop 20 november 2008 heeft SNS Reaal met betrekking tot Property Finance melding gemaakt van onder meer “
sound risk management”, “
strict compliance with tightened acceptance criteria”en “
strict implementation and enforcement of loan conditions”. Dit heeft SNS Reaal als volgt toegelicht:
We tend to be very selective about new deals, mainly with existing clients with proven track record and payment morality but even there we will keep up on the high quality of the objects and the projects (….), let alone that we would do new business with new clients.
owner-occupied and second home deals in the US and in Spain and we have a strict enforcement and implementation of our loan conditioning.”
Het doel van de audit is om een oordeel te geven over de follow-up van de actiepunten[uit het rapport ‘SNS PF BU International d.d. 18 januari 2008’ zie 2.29, toev. OK]
(…). Hiermee wordt geen oordeel gegeven over het huidige beheersingsniveau, aangezien de voortdurende werking van de aangepaste processen nog niet kan worden vastgesteld. (…).
geadviseerde acties zijn aangevuld met eigen actiepunten. (…) In de opzet van de beheersmaatregelen binnen dit project zien wij geen hoge restrisico’s. Komende periode zal de voortgang van de opvolging van de actiepunten vastgehouden moeten worden.”
Deze aanpassing betreft, naast selectieve beperkte groei, een herziening van het aantal ‘core countries’ en het zich terugtrekken uit een aantal markten, met name het Iberisch schiereiland, en het beperken van de activiteiten in de Nordics. Naar aanleiding van de discussie die volgt ter zake de Spaanse en de Amerikaanse markt verwacht de RvC concrete ‘commitments’ ten aanzien van het afbouwen van posities. Er wordt afgesproken dat op korte termijn en bij voorkeur in het eerste halfjaar 2009 de gecommitteerde financieringen in Spanje zichtbaar zullen verminderen. Voor wat betreft de Verenigde Staten wordt geconstateerd dat hoewel het gewenst is dat de gecommitteerde financieringen verminderen, dit gezien de huidige marktomstandigheden en nog lopende verplichtingen niet in eenzelfde tempo mogelijk is. (…)
De bijzondere waardeverminderingen bij SNS Property Finance namen toe, met name door ontwikkelingen op de internationale vastgoedmarkten.
De kredietportefeuille van SNS Property Finance bedroeg eind 2008 € 13,6 miljard, waarvan 72% werd verstrekt in Nederland. (…)
De heer [M] geeft aan dat de totale vastgoedportefeuille EUR 13,7 miljard omvat, waarvan EUR 3,8 miljard zich in het buitenland bevindt. (…) Hij geeft aan dat er minder zorgen bestaan over het Nederlandse deel. Hij geeft voorts aan dat de organisatie van Property Finance bovendien allerlei maatregelen heeft genomen om de marge te verhogen en de kosten terug te brengen om ervoor te zorgen dat de operationele positie op orde blijft c.q. verbetert. De heer [M] geeft aan dat dit niet wegneemt dat er in het internationale deel, in met name Amerika en Spanje, leningen en dossiers zijn die het zeker minder goed doen. Over een aantal daarvan is al eerder gerapporteerd en voor een aantal moeten opnieuw aanvullende voorzieningen worden genomen. De heer [M] vervolgt dat in totaal EUR 116 mln. voor belastingen aan voorzieningen moeten worden getroffen. Gegeven de hoge marges hoort dat ook wel bij deze business. Hij geeft aan dat dat echter niet wegneemt dat Property Finance de volle aandacht heeft en er op dit moment ook veel managementcapaciteit naar toe gaat. Hij verwacht dat dit nog wel even aanhoudt, zeker in 2009, en merkt op dat de situatie momenteel wel zo gecontroleerd mogelijk is als het maar kan zijn.”
In het eerste kwartaal zijn drie onderzoeken bij SNS Property Finance uitgevoerd. Het oordeel en de samenvatting van twee onderzoeken (…) staan hieronder weergegeven. Daarnaast is een bijzonder onderzoek bij International uitgevoerd waarover separaat is gerapporteerd aan de Raad van Bestuur en het Audit Committee.”
Eind 2007 was de operationele beheersing bij SNS PF International onvoldoende. Onze follow-up audit eind 2008 gaf aan dat de inrichting van de beheersstructuur voor een belangrijk deel was gerealiseerd. (…) Wij hebben het beheersingkader in het eerste kwartaal van 2009 opnieuw beoordeeld, in het licht van de huidige markt die zwaardere eisen stelt aan kredietbeheer. De beheersingsstructuur voldoet, ondanks de verbeteringen, niet aan de te stellen eisen in de huidige economische omstandigheden. Het risico op tegenvallers is hierdoor onvoldoende gemitigeerd. Belangrijkste verbeterpunten zijn: de control environment; het functioneren van Risk Management, tijdig vernieuwen taxaties, betrouwbaarheid loan to value rapportages en de effectieve inzet van Restructuring & Recovery.”
trading updatevan 19 mei 2009 over het eerste kwartaal 2009 houdt onder meer in dat een brede evaluatie van de internationale operaties van Property Finance plaatsvindt.
De door de Directie aan de RvC overgelegde sheetpresentatie wordt (…) uitgebreid besproken. Er wordt in detail ingegaan op de twee uitgewerkte scenario’s; 1. NL, D, F en B/L, overige landen run off – 2. NL, overige landen run off. (…) De RvC gaat vervolgens akkoord met de aanbeveling van de Directie om te kiezen voor scenario 2, run-off van de gehele internationale portefeuille van SNSPF en de daarbij behorende reorganisatie. Tevens kan nu nadere invulling aan scenario 3. (versnelde verkoop (internationale) portefeuille) gegeven worden.”
Fasten your seatbelts’ niet in het geding gebracht.
Het verlaten van de internationale vastgoedmarkten is een uitdagend traject en het zal daarom ook geleidelijk plaatsvinden om de waarde die in die projecten zit (…) zoveel mogelijk te borgen. Daarnaast hebben we uiteraard alle benodigde maatregelen genomen om het risicobeheer daar verder te optimaliseren.”
3. Portefeuille ontwikkeling / Afbouw INT
benadrukt dat het belangrijkste thema van dit moment voor SNS REAAL de mogelijke terugbetaling is van de eerste tranche van € 250 miljoen van de door SNS REAAL vorig jaar ontvangen staatssteun. In verband met dit verzoek weegt het risicodossier SNSPF zeer zwaar. (…) Onaanvaardbaar voor DNB is een goedkeuring tot terugbetaling, als het risico te groot wordt geacht dat een jaar later alsnog aanvullende steun nodig is.
posten, er geen nieuwe internationale verplichtingen zijn aangegaan. (…) De RvC benadrukt nogmaals dat zij geen enkele groei wenst te zien in de door SNSPF aangegane verplichtingen, sterker nog; deze moeten omlaag voor het einde van het jaar. Als dit betekent dat er met verlies afstand dient te worden gedaan van een of meer projecten of een deel van de portefeuille dan zij dat zo, anders dreigt een ‘management credibility issue’. De RvC wenst voortaan frequenter op de hoogte gehouden te worden van de ontwikkelingen bij SNSPF en wenst daartoe frequenter overleg, te beginnen over twee weken.
adviseert de Directie voor de komende jaren rekening te houden met een uiterste max. bedrag van circa € 250 miljoen aan waardeveranderingen op de NL portefeuille wanneer het stress-scenario aanhoudt. Afgesproken wordt dat in kleiner comité met[ [P] ]
de NL portefeuille wordt doorgenomen om dit bedrag te concretiseren. (…)
Zoals reeds ook in eerdere RvC-vergaderingen is benadrukt, met name al in de vergaderingen van 10 februari en 30 maart 2009, is het van groot belang om het totale obligo omlaag te brengen voor het einde van 2009.
in het licht van veranderingen op strategisch gebied”.
SNS REAAL heeft de Nederlandse Staat en Stichting Beheer SNS REAAL op de hoogte gebracht van het besluit om op 30 november 2009 in totaal € 250 miljoen core tier 1 securities in te zullen kopen. Deze € 250 miljoen bestaat uit € 185 miljoen core tier 1 securities geplaatst bij de Nederlandse Staat en € 65 miljoen geplaatst bij de Stichting. De Nederlandse Bank heeft de voorgenomen inkoop goedgekeurd.
Op grond van onze werkzaamheden komen we tot de conclusie dat binnen SNS PF voldoende voortgang wordt geboekt bij de versterking van het beheerskader. (…) Er is een duidelijke omslag zichtbaar van commercie naar beheersing. (…) De focus ligt binnen de organisatie nu terecht op het volledig transparant krijgen van de actuele financiële risico’s en het structureel goed neerzetten van de R&R functie teneinde die risico’s te beperken. Het is begrijpelijk dat het fundamentele veranderproces meer tijd nodig heeft en nog niet is afgerond. Belangrijke nog onderhanden zaken betreffen daarbij een hogere taxatiefrequentie, het inregelen van het voorportaal van R&R en het adequaat opvolging geven aan de door Risk Management gestelde voorwaarden of adviezen. Het actuele beheersingsniveau is daarmee op dit moment nog niet goed te beoordelen.”
SNS Property Finance nam in 2009 een aantal maatregelen om de risico’s te verminderen en de kwaliteit van de portefeuille te verbeteren. SNS REAAL startte in het tweede kwartaal van 2009 een uitvoerige strategische heroriëntatie op de internationale activiteiten van SNS Property Finance. Zoals eerder aangegeven was de uitkomst dat SNS Property Finance zich exclusief op haar thuismarkt zal gaan richten, waar het tot de drie grootste vastgoedfinanciers behoort.
trading updateover het eerste kwartaal 2010 houdt met betrekking tot Property Finance onder meer het volgende in:
Bijzondere waardeverminderingen op internationale leningen leidden tot een verlies bij SNS Property Finance maar waren lager dan in recente kwartalen. Verder hebben we in het eerste kwartaal blijvend goede vooruitgang geboekt met het actief reduceren van de internationale leningenportefeuille.”
Lessons Learnedvan 19 augustus 2010. Het rapport houdt onder meer in:
Hoofdstuk 2 – De beursgang en de acquisitie (2006)
Het proces van de acquisitie is zeer snel verlopen
De acquisitie is niet (juridisch) in strijd met de prospectus van de beursgang
Op basis van de inhoud van de prospectus en presentaties rond de beursgang lag de acquisitie strategisch niet voor de hand
Tijdens het due diligence onderzoek zijn vraagtekens gezet bij de rationale van de acquisitie
De ontvangst van de transactie door analisten, rating agencies en pers was zeer matig
De letter of intent en de share purchase agreement (…) zijn van goede kwaliteit
Uit het due diligence onderzoek zijn, behalve de kwaliteit van de verstrekte informatie en administratie, geen materiële problemen naar voren gekomen.
De RvC van SNS REAAL heeft tijdens het acquisitieproces kritische en de juiste vragen gesteld
Klanten van BPF die wegens hun reputatie als risicovol werden aangemerkt zijn buiten de transactie gehouden en bij de verkoper achter gebleven
(…)
Conform de wens van de RvC blijft het management van BPF behouden met toevoeging van de heer [Q] als voorzitter
De aansturing van SPF lag niet bij het statutair bestuur van haar aandeelhouder, SNS Bank
De RvC van SPF werd samengesteld uit de leden van de RvB, in eerste instantie traden twee RvB leden toe tot kredietcommissie die voorgezeten wordt door de heer [P] (destijds CFO van SNS Bank)
Het integratieproces verloopt voorspoedig, SPF wordt opgenomen in risk governance van SNS Bank en er wordt een kredietcommissie voor grote leningen opgericht
Financiële resultaten in 2006 en 2007 liggen boven verwachting, door groei van de portefeuille en lage waardeveranderingen
concentratierisico blijkt onderbelicht te zijn zowel tijdens het due diligence onderzoek, als in 2007
Na de snelle groei in de tweede helft van 2006, groeit de portefeuille zeer snel in 2007 voornamelijk in het buitenland
Er is sprake van grote cultuurverschillen tussen de BU’s Internationaal en Nederland
Het fundingprofiel van SPF verslechtert conform het beeld bij de acquisitie.
Er worden in het najaar van 2007 verschillende audits uitgevoerd met een aantal voldoende oordelen voor BU Nederland en Triple I en daarnaast een kritisch rapport over de risicobeheersing en de beheersstructuur binnen de BU Internationaal
Er wordt al in januari 2008 een vraag gesteld over de combinatie van commerciële drive en risico’s
De kaderbrief voor het jaar 2008 legt de focus op internationale groei en projectfinancieringen, in 2008 wordt duidelijk minder gestuurd op volume c.q. groei van de portefeuille
De onderliggende groei in 2008 is beperkt
De kaderbrief in 2008 voor het jaar 2009 stelt desalniettemin de ambitie met betrekking tot portefeuillegroei op 10% ondanks pre-Lehman crisis
De funding wordt steeds uitdagender gegeven de marktomstandigheden; beleid functioneert uitstekend.
als weinig ambitieus aangemerkt. Uiteindelijk is de groeidoelstelling voor 2009 teruggebracht tot 3% à 5%.
Er vinden relatief veel wijzigingen plaats in senior management (…)
De audit rapporten blijven zeer kritisch over control environment van de BU Internationaal
Een focus van SPF in eerste instantie op repricing, restructuring, repayment en revision en vervolgens ook op de afbouw van de BU Internationaal
Sterk toenemende waardeveranderingen, verlieslatende activiteiten en druk op rating
De daling van de portefeuille zet zich in vanaf medio 2009.
coreen
non-core. Het persbericht van 9 november 2010, met de aanhef “
SNS REAAL herpositioneert SNS Property Finance”, houdt onder meer in:
SNS Property Finance (SNSPF) wordt per 1 januari 2011 opgedeeld in twee aparte onderdelen. SNSPF behoudt de internationale leningenportefeuille, aangevuld met een deel van de Nederlandse leningenportefeuille van SNSPF. Dit onderdeel wordt in de komende twee tot vier jaar op een verantwoorde manier volledig afgebouwd. Het resterende deel van de Nederlandse portefeuille van SNSPF wordt samengevoegd met de huidige midden- en kleinbedrijf (MKB) activiteiten van SNS Bank tot het nieuwe bedrijfsonderdeel SNS Zakelijk.
Een solide kapitaalmanagement, gericht op terugkoop van de core Tier 1 securities uitgegeven aan de Staat en Stichting Beheer SNS REAAL houdt een hoge prioriteit. De recent aangekondigde herpositionering van SNS Property Finance en initiatieven voor het vrijmaken van kapitaal zullen op termijn de winstgevendheid van de Groep moeten versterken en leiden tot een situatie waarin de kapitaalsteun van de Staat en de Stichting kan worden terugbetaald.”
De belangrijkste risico’s voor SNS REAAL zijn:
Kwaliteit van de kredietportefeuille van Property Finance: de kredietverliezen van Property Finance voerden dit jaar de boventoon. De kredietrisico’s werden mede bepaald door de algehele macro-economische ontwikkelingen, terwijl tegelijkertijd de resultaten op individuele posten het beeld bepaalden.”
De Directie van[Property Finance]
is van mening dat de voorlopige bevindingen van HIG, ten aanzien van met name Belval en The Key, zeer ernstig zijn. Het gaat om grove nalatigheid qua beheer in het verleden. (…) Naar de mening van de huidige Directie van[Property Finance]
zijn voornoemde onregelmatigheden toe te schrijven aan de in het verleden ernstig tekortschietende “control environment” bij de business unit International (en voorheen ook Special Projects) van[Property Finance]
. Hier is in 2008 reeds door Group Audit op gewezen. Dit is in de hand gewerkt doordat de beheerorganisatie is achtergebleven bij de explosieve commerciële groei van[Property Finance]
in die jaren. Verder schoot de ervaring en het niveau van veel medewerkers tekort en was er binnen de business units sprake van een hiërarchische lijnorganisatie, waarbij Finance&Control, Operations (incl. Project Control), Legal en Risk Management hiërarchisch onder de voormalige Algemeen Directeur Business Unit International vielen, die commercieel verantwoordelijk was. Tevens was er vanwege de ambitieuze groeidoelen veel onderlinge concurrentie tussen de business units International en Special Projects (participaties). In het kader van de groeidoelstellingen waren in voorkomende gevallen ook equity participaties onderdeel van het (toenmalige) “productaanbod” van[Property Finance]
.
wordt een inventarisatie uitgevoerd met betrekking tot de top 50 relatiecomplexen, waarbij een “risico ranking” is gemaakt, die de wenselijkheid van verder onderzoek reflecteert (…). De top 50 relaties is besproken tijdens diverse expert bijeenkomsten (…), waarbij de top 50 is gecondenseerd tot 20 relaties waarbij het volgende naar voren is gekomen:
Voor 6 relaties (…) geldt dat een onderzoek in het verleden gestart is of zeer recent.
Voor 8 andere relaties (…) geldt dat aanbevolen wordt een onderzoek te laten starten.
Voor de overige 6 posten wordt voorshands geen nader onderzoek aanbevolen, hiertoe kan in de toekomst alsnog worden overgegaan.”
5.3 Strategie
Afbouw Property Finance
Sterk kapitaalsbeleid gericht op terugbetaling van Staat en Stichting
Winnen, helpen en houden van klanten
Verlaging van de kostenbasis
Vorming van een nieuw onderdeel SNS Zakelijk per 1 januari 2011. SNS Zakelijk bestaat uit een deel van de Nederlandse financieringen van Property Finance, de mkb-kredietportefeuille en mkb-sparen van SNS Bank. Hiermee willen we het portefeuillebeheer en omvang optimaliseren en vereenvoudigen en onze financieringsmogelijkheden verbeteren.
Afbouw van de resterende financieringen binnen Property Finance. Deze bestaan uit de internationale portefeuille en een deel van de Nederlandse portefeuille. Dit samen verbetert het risicoprofiel van SNS REAAL en de financiering van de bankactiviteiten.
Toenemende onzekerheid over de omvang van de kredietverliezen door een verslechtering van de macro-economie. Dat geldt vooral voor Property Finance, SNS Zakelijk en de hypothekenportefeuille.
(…).”
Op basis van voorlopige cijfers verwacht SNS REAAL het eerste kwartaal van 2012 af te sluiten met een positief netto resultaat. SNS Retail Bank, SNS Zakelijk en de verzekeringsactiviteiten rapporteerden een nettowinst. Property Finance realiseerde een nettoverlies aangezien bijzondere waardeverminderingen op leningen hoog bleven, in lijn met het kwartaalgemiddelde van 2011. De totale solvabiliteit van de Groep bleef solide, bij volatiele marktomstandigheden.”
Totale kredietlimieten daalden van € 5,5 miljard eind 2011 tot € 5,3 miljard. De totale leningenportefeuille, na voorzieningen, daalde van € 4,8 miljard eind 2011 naar € 4,6 miljard, waarvan € 1,8 miljard internationale leningen. De voortgang in de afbouw is onderdeel van de 3 tot 5 jaar strategische prioriteit zoals aangekondigd in 2009. Vastgoedprojecten (onroerendgoedprojecten waarover Property Finance de zeggenschap heeft verkregen) en activa aangehouden voor verkoop waren samen stabiel op het niveau van eind 2011. De voorziene leningen als percentage van de bruto uitstaande leningen namen enigszins toe tot 33% vergeleken met 32% eind 2011 als gevolg van de daling van de totale portefeuille. Het niveau van voorziene leningen was met € 1,7 miljard stabiel ten opzichte van eind 2011. De dekkingsgraad (voorzieningen als percentage van voorziene leningen) verbeterde licht tot 35% (binnenlandse leningen 30%, internationale leningen: 47%).”
fundinghoudt het persbericht in:
Aan het eind van het eerste kwartaal was de core Tier 1 ratio van SNS Bank NV licht gestegen tot 9,4%, vergeleken met 9,2% eind 2011. De verbetering werd veroorzaakt door een kapitaalstorting vanuit de holding van € 50 miljoen en de verdere afname van de leningenportefeuille van SNS Zakelijk en Property Finance. De Tier 1 ratio van SNS Bank NV daalde tot 11,9% (eind 2011: 12,2%) als gevolg van de aangekondigde aflossing van € 125 miljoen participatiecertificaten.
market updatevan SNS Reaal gepubliceerd op 13 juli 2012 houdt onder meer in:
SNS REAAL herhaalt dat zij zich in lijn met de strategische prioriteiten richt op het afbouwen van vastgoedfinancieringen en de versterking van haar kapitaalspositie. Hierbij onderzoekt SNS REAAL samen met adviseurs verschillende mogelijkheden. De verkoop van bedrijfsonderdelen is een van de mogelijkheden die daarbij wordt onderzocht. Over geen van de verschillende mogelijkheden is een beslissing genomen.”
Specifically, SNSPF has requested that EY estimate the potential shortfall of SNSPF’s Core relationship complexes (“RCs”) based on EY’s independent analysis, pursuant to the existing strategies assumed by SNSPF. The potential shortfall estimate is defined as the difference between the outstanding balance of the loans as per 30 June 2012 and the estimated recoverable amount pursuant to the existing strategies assumed by SNSPF.”
Specifically, SNSPF has requested that EY estimate the potential additional shortfall of SNSPF’s Non-Core loans, Real Estate Owned (“REO”), and relationship complexes (“RCs”) based on EY’s independent analysis, pursuant to the existing exit strategies assumed by SNSPF. The potential additional shortfall estimate is defined as the difference between the net outstanding balance of the loans (or book value of the REO) as per 30 June 2012, and the estimated recoverable amount pursuant to the existing exit strategies assumed by SNSPF.”
In een voortdurende uitdagende economische omgeving hebben onze kernactiviteiten een nettowinst gerealiseerd over het eerste halfjaar van 2012. Als gevolg van onze strategische focus is de klanttevredenheid verbeterd, terwijl onze kosten verder zijn verlaagd. De positie van onze voormalige Property Finance business nam met € 1,1 miljard af. Property Finance bleef verlieslatend, terwijl vastgoedmarkten verder verslechterden. Eind juni 2012 was ons programma om € 700 miljoen aan kapitaal vrij te maken, oorspronkelijk bedoeld voor de terugbetaling van de kapitaalsteun van de Nederlandse Staat, grotendeels voltooid. Echter, de belangrijkste prioriteiten in dit stadium zijn om met het vrijgemaakte kapitaal de komende jaren de versterking van de core Tier 1 ratio van de bankactiviteiten tot 10% te ondersteunen en de solvabiliteitspositie van onze verzekeringsactiviteiten te ondersteunen, gegeven de historisch lage rente. We onderzoeken op dit moment een breed scala aan maatregelen gericht op versterking en vereenvoudiging van onze kapitaalbasis alsook strategische herstructureringsscenario’s, zoals de verkoop van bedrijfsonderdelen. Op dit moment is nog geen beslissing genomen op een van de verschillende mogelijkheden. We verwachten later dit jaar een update te geven. De vooruitzichten voor het resterende jaar blijven zeer uitdagend. Desalniettemin blijven we ons richten op de uitvoering van onze strategische prioriteiten.”
Begin 2011 constateerde DNB dat Mercurius, ondanks de reductie van de vastgoedportefeuille, kwetsbaar bleef voor de continu verslechterende vastgoedmarkten. (…) DNB heeft (…) in augustus 2011 aan Mercurius gevraagd de mogelijkheden tot balansverkorting te onderzoeken (…). Tevens zijn hierover indringende gesprekken gevoerd met de Raad van Commissarissen van Mercurius. (…) Op basis van de beoordeling van de nadere analyse van het management heeft DNB vervolgens geconcludeerd dat Mercurius onvoldoende in staat is om zelf de benodigde versterking van haar financiële positie te realiseren. Om deze reden heeft DNB in december 2011 het initiatief genomen tot een intensivering van de gesprekken met het Ministerie, ten einde een oplossing te zoeken voor de ontstane situatie. (…) Die hierboven genoemde ontwikkelingen hebben geleid tot een precaire situatie bij Mercurius die DNB onhoudbaar acht. DNB ziet geen mogelijkheden voor de instelling om, zonder hulp van buitenaf, de situatie ten goede te keren. Het zijn niet zozeer de zichtbare solvabiliteitsratio’s die het probleem vormen als wel de grote onzekerheden rondom de Property Financeportefeuille, herfinanciering van de aflopende leningen, het woekerpolissendossier en double leverage waardoor de verhouding tussen ‘risico’s’ en buffers uit balans is en de strategische flexibiliteit is afgenomen.”
De uitkomsten waren gesplitst tussen het coregedeelte van de portefeuille (…) en het non-coregedeelte (…). Ernst & Young kwam tot een totaal aan noodzakelijke afboekingen van 1,3 tot 2 miljard euro. Die uitkomsten lagen niet ver van de inschattingen van Property Finance zelf. De analyse van Ernst & Young maakte duidelijk hoezeer de markt in Nederland verslechterd was. Het grootste deel van de afboekingen zou namelijk moeten plaatsvinden bij het Nederlandse deel van de portefeuille. Ook bij het coregedeelte zou SNS Reaal afboekingen moeten doen die in de honderden miljoenen liepen.”
trading updateover het derde kwartaal mededelingen gedaan over het zoeken naar een strategische herstructurering en bekendgemaakt dat de kredietportefeuille van SNS Zakelijk zal worden afgebouwd. Het persbericht houdt onder meer in:
UPDATE STRATEGISCHE HERSTRUCTURINGSSCENARIO’S
investor dayop 15 november 2012 heeft SNS Reaal onder meer de herstructureringsscenario’s, het afbouwen van de portefeuille van Property Finance en de bijzondere waardeverminderingen toegelicht. Die toelichting houdt onder meer in dat het vrijgemaakte kapitaal benodigd is voor versterking van de solvabiliteit en niet beschikbaar is voor het terugbetalen van de core Tier 1 securities, dat de portefeuille van Property Finance in de eerste negen maanden van 2012 is afgebouwd met € 1,4 miljard en dat de afbouw wordt vertraagd door de beperkte herfinancieringscapaciteit in de markt en dat met betrekking tot het non-core gedeelte van de portefeuille van Property Finance zich een significante toename voordoet van de bijzondere waardeverminderingen (€ 118 miljoen in het derde kwartaal van 2012) en de non performing loans (bijna € 2 miljard in het derde kwartaal van 2012, waarvan € 1.4 miljard in het Nederlandse deel van de portefeuille).
In de gesprekken die wij hebben gevoerd over Project Eiffel[het vinden van een oplossing voor de kwetsbare kapitaalspositie van SNS Bank en SNS Reaal, toev. OK]
wordt door de Raad van Bestuur bevestigd dat in de loop van 2012 een materiële onzekerheid is ontstaan ten aanzien van het vermogen van SNS Bank om zelfstandig aan de kapitaalseisen te kunnen voldoen. Dit resulteert thans in een gerede twijfel ten aanzien van de continuïteit van SNS Bank en SNS REAAL.”
SNS REAAL considers that both the procedure followed and the methodology used in the creation of the C&W report as seriously flawed, which has a material impact on C&W’s estimation of the Real Economic Value and the negotiation process between all the parties involved for a comprehensive solution. Therefore, at this moment no conclusions or actions can be taken on the basis of the results of the C&W report.”
Namens de Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen van SNS REAAL richten wij ons tot u in verband met de voortgang van de gesprekken die gaande zijn tussen uw ministerie, SNS REAAL en een aantal andere partijen met als doel een allesomvattende en bij voorkeur zoveel mogelijk private oplossing te vinden voor de problematiek waarmee SNS REAAL is en wordt geconfronteerd, in het bijzonder waar het betreft haar vastgoedfinancieringsactiviteiten. Mede ten gevolge van de financiële crisis geldt juist met betrekking tot dergelijke portefeuilles van vastgoedleningen dat aanzienlijke verliezen worden geleden. Voor SNS REAAL speelt dit helaas terwijl zij ook voor het einde van 2013 een bedrag van € 565 miljoen aan overheidssteun (plus een premie van 50%) moet terugbetalen. Deze elementen gecombineerd met de huidige volatiele financiële markten, krimpende economie en toenemende kapitaaleisen betekenen dat de bestaande kapitaalpositie van SNS REAAL herstructurering vergt.”
Gelet op de feiten en omstandigheden beschreven in de voorgaande paragrafen is DNB voornemens om op grond van artikel 3:111a lid 2 Wft, in samenhang met de artikelen 3:17 en 3:18a Wft en artikel 24a en 25a Besluit prudentiële regels Wft, de volgende maatregel op te leggen:
.”
Daarbij komt dat het bij het ontbreken van een overtuigende en definitieve oplossing niet mogelijk zal zijn om op 14 februari 2013 jaarcijfers die op continuïteitsbasis zijn opgesteld, naar buiten te brengen.
SNS Bank dient uiterlijk 31 januari 2013 om 18:00 uur haar kernkapitaal met minimaal EUR 1,84 miljard te hebben aangevuld, althans SNS Bank dient uiterlijk 31 januari 2013 om 18:00 uur een finale oplossing te presenteren welke naar het oordeel van DNB een voldoende mate van zekerheid van slagen heeft, waarbij tenminste is vereist dat alle daarbij betrokken partijen zich aantoonbaar aan de gepresenteerde oplossing hebben gecommitteerd, en welke op korte termijn daadwerkelijk leidt tot aanvulling van het genoemde kapitaaltekort.
Zoals SNS REAAL eerder kenbaar heeft gemaakt, onderzoekt zij scenario’s gericht op het vinden van een allesomvattende oplossing met betrekking tot versterking en vereenvoudiging van haar kapitaalstructuur en de reductie van kredietrisico’s bij Property Finance, al dan niet door afsplitsing van de Property Finance activiteiten. In alle scenario's spelen inschattingen van betrokken partijen over oplopende toekomstige verliezen bij Property Finance een belangrijke rol. De inschatting van de
Memorandum of Understanding, dat volgens SNS Reaal en SNS Bank zou voorzien in herkapitalisatie in lijn met het definitieve SREP-besluit van 27 januari 2013, afwijst en voorts dat SNS Bank niet aan de maatregel vervat in het SREP-besluit heeft voldaan, dat daarom het toetsingsvermogen van SNS Bank niet een beheerste en duurzame dekking van risico’s waarborgt en dat zij het daarom niet langer verantwoord acht dat SNS Bank het bankbedrijf uitoefent.
14. SNS Property Finance heeft op basis van medio 2012 beschikbare informatie zelf de additioneel te verwachten verliezen op de vastgoedportefeuille ingeschat. De vastgoedportefeuille had toen een netto omvang van ongeveer € 8,3 miljard (bruto omvang ongeveer € 9,0 miljard minus € 0,7 miljard voorzieningen). SNS Property Finance heeft ingeschat dat deze additioneel te verwachten verliezen in een basisscenario ongeveer € 1,4 miljard en in een negatief scenario ongeveer € 2,1 miljard zouden bedragen. Het Ministerie heeft in oktober 2012 Cushman & Wakefield ingehuurd om een onafhankelijke waardering te maken van de vastgoedportefeuille van SNS Property Finance. De uitkomst van de bepaling van de reële economische waarde op basis van medio 2012 beschikbare informatie – van de juistheid waarvan het Ministerie in het vervolg is uitgegaan – was voor de vastgoedleningen in een basisscenario ongeveer € 5,6 miljard en in een negatief scenario ongeveer € 4,9 miljard. Tevens heeft Cushman & Wakefield de indicatie gegeven dat het vastgoed van SNS Property Finance (met een boekwaarde van € 512 miljoen) een huidige reële economische waarde heeft tussen € 185 miljoen en € 265 miljoen. Een en ander laat zich vertalen in een verwacht verlies bovenop de reeds door SNS Property Finance genomen voorzieningen op de vastgoedportefeuille van ongeveer € 2,4 miljard in een basisscenario en ongeveer € 3,2 miljard in een negatief scenario. Deze verliezen zijn substantieel hoger dan de door SNS Property Finance ingeschatte additioneel te verwachten verliezen. Een onlangs geactualiseerd overzicht van Cushman & Wakefield geeft geen wezenlijk ander beeld.”
De heer Sijbrand[destijds directeur toezicht DNB]
: Bij de persconferentie heb ik gezegd dat we een dergelijke transactie[de acquisitie van Property Finance door SNS Reaal, toev. OK]
niet meer zouden goedkeuren. De minister heeft dat ook bevestigd. Een reden hiervoor is dat de positie die het concentratierisico heeft ingenomen bij zaken waar toezichthouders op letten, aanzienlijk groter is geworden in de loop van de kredietcrisis. (…) ING heeft in 2008 staatssteun nodig gehad vanwege de Alt-A-portefeuille. Dat is ook een typisch voorbeeld van een concentratierisico. SNS had dat met zijn vastgoed. Het was 17% van de balans in 2008. Vier keer het eigen vermogen was in vastgoed belegd. Dat herkennen we nu als een enorm concentratierisico. We weten wat daarmee kan gebeuren.
11.2 resultaat 2012 ten opzichte van 2011
In de loop van 2012 bleek een afsplitsing van SNS PF in onze optiek (…) een vereiste, waardoor waardering op basis van REV[Real Economic Value, toev. OK]
, mede in het licht van de vereisten van de EC, naar het oordeel van[DNB]
noodzakelijk was. Dientengevolge waren de Ernst & Young (…) rapporten niet langer bruikbaar omdat zij niet uitgingen van een dergelijke waardering en qua aard ook niet aansloten op een prijsbepaling bij een overdracht. De rapporten van Cushman & Wakefield (…) gaan daarentegen als enige wel uit van deze veronderstellingen. (…) In het SREP besluit wordt als zodanig dan ook geen oordeel gegeven over de E&Y rapporten; de uitgangspunten daarvan sloten naar de mening van DNB eenvoudigweg niet aan bij de problematiek zoals die zich ten tijde van het SREP-besluit voordeed.”
De centrale onderzoeksvraag (…) komt er kortweg op neer of De Nederlandsche Bank en het ministerie van Financiën tijdig en toereikend hebben gehandeld ten aanzien van SNS Reaal. Ook de samenwerking tussen De Nederlandsche Bank en het ministerie van Financiën is daarbij onderwerp van onderzoek.
8.2 De organisatie van integriteit en risicobeheer bij SNS Reaal
3.De gronden van de beslissing
restitutie aan onteigende obligatiehouders en achtergestelde crediteuren” nastreeft en dat ROOS in het vervolg van de procedure nader kan toelichten op welke gronden moet worden aangenomen dat zij als belanghebbende moet worden aangemerkt. ROOS c.s. hebben in hun verweerschrift van 20 april 2017 nader beargumenteerd dat zij belanghebbenden zijn.
- VEB c.s. hebben benadrukt dat SNS Bank een integraal onderdeel was van het SNS-concern en dat het voor het verkrijgen van een volledig beeld van het beleid en de gang van zaken binnen het concern van belang is dat ook SNS Bank voorwerp van onderzoek is. VEB c.s. hebben gewezen op de gehele respectievelijk gedeeltelijke personele unie tussen de raden van commissarissen van SNS Reaal en SNS Bank, respectievelijk de raad van bestuur van SNS Reaal en het bestuur van SNS Bank en op de mate waarin SNS Reaal, in ieder geval vanaf 2009, de strategie en het beleid van Property Finance mede bepaalde.
- SNS Reaal c.s. hebben aangevoerd dat SNS Bank als business unit gericht was op het bankbedrijf en een zelfstandig bestuursbeleid voerde, op commercieel, operationeel en financieel gebied. SNS Reaal c.s. hebben er voorts op gewezen dat voor de bankactiviteiten en de verzekeringsactiviteiten van het concern verschillende toezichtrechtelijke kaders golden en dat SNS Bank een eigen bankvergunning had.
- NLFI heeft zich op het standpunt gesteld dat niet is voldaan aan het vereiste voor een concernenquête dat SNS Reaal en SNS Bank een economische en organisatorische eenheid onder gemeenschappelijke leiding vormden. Het bestuursbeleid van SNS Bank werd in overwegende althans in zeer aanzienlijke mate zelfstandig bepaald, zoals de toezichthouder ook eiste. VEB heeft in haar bezwarenbrief van 21 februari 2013 volgens NLFI ten onrechte geen onderscheid gemaakt tussen SNS Reaal en SNS Bank en geen afzonderlijke bezwaren geformuleerd tegen het door SNS Bank gevoerde beleid.
trading updates,
investor daysen andere externe communicatie steeds informatie verschaft en verantwoording afgelegd over het – gevoerde en te voeren – beleid van SNS Bank (inclusief Property Finance) als onderdeel van haar concern;
double leverage– en door de
fundingvan Property Finance door SNS Bank bestond er ook financieel een sterke verbondenheid en afhankelijkheid tussen SNS Reaal, SNS Bank en Property Finance.
- De overname paste niet binnen de strategie van SNS Reaal die ten tijde van de beursgang bekendgemaakt was en inhield dat SNS Reaal zich richtte op de Nederlandse markt en op handhaving van een gematigd risicoprofiel.
- De acquisitie is overhaast en op basis van een te beperkt onderzoek gedaan. Met de overname nam SNS Reaal significante risico’s. Naast de integriteitsrisico’s verbonden aan een aantal grote klanten waren er in de
- Property Finance wilde groeien, vooral door het verstrekken van meer projectfinancieringen en vooral in het buitenland, dat wil zeggen het meest risicovolle deel van haar onderneming.
- De verhouding tussen het bestuur en de raad van commissarissen van SNS Reaal bij de besluitvorming over de acquisitie roept vragen op, a) omdat de raad van commissarissen geen kennis heeft genomen van het volledige
- Het bestuur en raad van commissarissen van SNS Reaal hebben de bevindingen van de
credit ratingvan SNS Bank en SNS Reaal en die voorwaarde heeft SNS Reaal gehandhaafd. Moody’s heeft de verwachting uitgesproken dat de overname aanleiding kon geven de
positive outlookte veranderen naar een
stable outlook, maar dat is geen
downgradevan de
credit rating, zoals de raad van bestuur en de raad van commissarissen hebben onderkend. Voorafgaand aan de overname hebben uitgebreide
due diligenceonderzoeken plaatsgevonden en SNS Reaal heeft de bevindingen in haar besluitvorming betrokken, onder meer door het bedingen van een
carve outvan leningen verstrekt aan klanten met een hoog reputatierisico.
SNS REAAL is focussed by geography (the Netherlands), by customer type (primarily retail-plus customers), and by product (three core product groups) (…): Mortgages, Life and non-life insurance and Savings and investments”.
the Dutch-focused retail financial services market”.
In het jaarverslag over 2006 valt te lezen dat SNS Reaal haar strategische prioriteiten bepaalde aan de hand van haar sterke en van haar zwakke punten. Tot de sterke punten behoorden de focus op Nederland, de operationele doelmatigheid, innovatie, distributie en een gematigd risicoprofiel.” (pagina 19)
SNS Reaal had zelf al een commercieel vastgoedbedrijf. Hierdoor had SNS Reaal wel ervaring met beleggingsfinancieringen, maar met het risicovollere financieren van projecten was dat amper het geval. SNS Reaal had nauwelijks internationale activiteiten; het bedrijf was in vrijwel al zijn activiteiten op de Nederlandse markt gericht. Dat gold ook voor de bestaande eigen vastgoedfinancieringstak. Projectfinancieringen van Property Finance betroffen voor een belangrijk deel projecten in het buitenland waarbij vaak wel een Nederlandse klant betrokken was.” (pagina 20)
Lessons Learnedvan 19 augustus 2010 (zie 2.60).
Lessons Learned, heeft SNS Reaal achteraf ook zelf geconstateerd dat de acquisitie strategisch niet voor de hand lag.
due diligenceonderzoek onderbelicht gebleven, zoals SNS Reaal zelf concludeerde in het rapport
Lessons Learnedvan 19 augustus 2010 (zie 2.60). Anderzijds is de omstandigheid dat aan de financiering van projectontwikkeling aanzienlijke risico’s verbonden zijn een algemeen gezichtspunt in bancaire kringen, zo blijkt uit het interne memo van 28 april 2008 (zie 2.34).
vendor due diligence, uitgevoerd door Deloitte had slechts betrekking op 88 van de 3340 leningen uit de portefeuille van Property Finance (zie 2.14).
The virtual dataroom process was not well managed by the vendor. Certain key information was made available at a very late stage, information was not easily accessible and responses to questions were either provided late or not at all.” (zie 2.14)
compliance programmevernieuwd onder meer in reactie op klachten van DNB over de compliance (o.a. met betrekking tot Know Your Customer (KYC)) (10.1.1);
verhoogd reputatierisico”. Met betrekking tot de
carve outvan bepaalde debiteuren van Property Finance vermeldt het rapport van de commissie ENS (zie 1.2) onder meer het volgende:
Van de lijst van negentien klanten ‘met een verhoogd reputatierisico’ zijn er twaalf achtergebleven (carved out) bij ABN Amro, waaronder – zoals uit openbare bronnen is op te maken – [Y] en [Z] . Deze twaalf waren goed voor een leningenportefeuille van 48,8 miljoen euro. SNS Reaal kreeg te maken met zeven klanten met een dubieuze achtergrond die voor 160 miljoen euro aan leningen bij Property Finance hadden uitstaan.” (pagina 214)
due diligenceonderzoek laten doen op een wijze die aan de (destijds) gebruikelijke maatstaven voldeed. Een aantal bevindingen daaruit hebben geleid tot verlaging van de koopprijs. Daarnaast heeft SNS Reaal onder meer een garantie bedongen met betrekking tot de (compleetheid van de) leningdocumentatie, is gewaarborgd dat sleutelfunctionarissen van Property Finance zouden aanblijven en is een aantal klanten met een hoog reputatierisico bij ABN AMRO achtergebleven (de zogenaamde
carve out). Niet gebleken is dat er ten tijde van de overname risico’s verbonden waren aan Property Finance die SNS Reaal kende of had behoren te kennen en op grond waarvan SNS Reaal had moeten afzien van de overname.
credit ratingvan SNS Reaal c.s. Het persbericht van 31 juli 2006 van Moody’s houdt in dat zij naar aanleiding van de aangekondigde overname van Property Finance de
credit ratingsvan SNS Bank en SNS Reaal ongewijzigd heeft gelaten en de
outlookheeft gewijzigd van
positivein
stable. Volgens Moody’s zelf betekent
stable outlookeen geringe aannemelijkheid van een wijziging van de credit rating op middellange termijn. In het licht daarvan kon SNS Reaal oordelen dat de door haarzelf op dit punt gestelde voorwaarde niet aan de acquisitie in de weg stond.
compliance. Ook is, op basis van de notulen van de vergadering van de raad van commissarissen van 8 oktober 2006 (zie 2.18) niet duidelijk in welke mate de raad van commissarissen zich een beeld heeft gevormd van de risico’s verbonden aan de acquisitie van Property Finance voordat met die overname werd ingestemd. Nu zich, zoals hierna zal blijken ook andere redenen voordoen om een onderzoek te gelasten, zal de hier opgeworpen vraag in dat onderzoek betrokken kunnen worden.
- Property Finance afficheerde zich als een vastgoedfinancier met een hoge
- De gebreken in de administratie en risicobeheersing van Property Finance, zoals deze gebleken waren uit de
- De hoge
- Bestuurders en commissarissen van SNS Reaal en SNS Bank hadden onvoldoende kennis van en ervaring met vastgoedfinanciering. Dat gold ook voor [Q] , die kort na de overname aantrad als voorzitter van het bestuur van Property Finance. Bestuurders van SNS Reaal en SNS Bank die zitting hadden in het centrale risicocomité van Property Finance waren mede daarom niet bij machte adequate controle uit te oefenen. SNS Reaal en SNS Bank waren onvoldoende ontvankelijk voor signalen over de risico’s bij Property Finance en hebben de groei van Property Finance actief gestimuleerd. De raad van commissarissen heeft onvoldoende toezicht gehouden op het beleid van het bestuur van SNS Reaal met betrekking tot Property Finance.
- SNS Reaal heeft nagelaten de aan Property Finance verbonden risico’s te compartimenteren; als gevolg van de verwevenheid tussen SNS Reaal, SNS Bank en Property Finance door 403-verklaringen, hebben de problemen bij Property Finance uiteindelijk geleid tot nationalisatie van het gehele concern.
- Pas halverwege 2009 heeft SNS Reaal besloten actief risicobeleid te voeren ten aanzien van Property Finance. Dat beleid was echter niet adequaat, bij gebreke van voldoende onderzoek naar de omvang van de problemen, met als gevolg dat SNS Reaal c.s. telkens weer werden verrast door de steeds grotere problemen bij Property Finance. Het halverwege 2009 genomen besluit tot afbouwen van de internationale portefeuille van Property Finance, miskent dat de tekortkomingen bij Property Finance niet beperkt waren tot buitenlandse projectfinancieringen.
- In november 2010 is alsnog besloten tot afbouwen van een deel (‘
- Het feit dat SNS Reaal eind 2012 aanvullende verliezen verwachtte van € 1,4 tot € 2,1 miljard duidt erop dat SNS Reaal c.s. eerder onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de portefeuille en dat het vanaf medio 2009 gevoerde beleid niet effectief was.
- De risicobeheersings- en kredietfiatteringsstructuur bevatte voldoende waarborgen voor zorgvuldig toezicht vanuit SNS Reaal.
- Onderzoeken van de afdeling Concern Audit en van DNB wezen uit dat de integratie van Property Finance succesvol was verlopen.
- SNS Reaal heeft erop toegezien dat de bevindingen van de afdeling Concern Audit steeds voortvarend werden opgevolgd.
- De groei van Property Finance na de overname was in lijn met de periode voordien en was vergelijkbaar met andere grote vastgoedfinanciers.
- Property Finance heeft haar beleid in de Verenigde Staten en later in Spanje bijgesteld naar aanleiding van de ontwikkelingen op de huizenmarkten in de tweede helft van 2007 en in 2008 heeft SNS Reaal erop toegezien dat het kredietverleningsproces van Property Finance werd aangescherpt.
- De groeidoelstelling voor 2009 is drastisch neerwaarts bijgesteld en uiteindelijk is de portefeuille in 2009 gekrompen. Begin 2009 heeft SNS Reaal de instructie gegeven dat de totaal uitstaande kredietlimieten niet verder mochten groeien en medio 2009 is besloten dat Property Finance zich volledig zal terugtrekken uit de internationale vastgoedmarkten. In het najaar van 2010 is besloten om ook de portefeuille Nederlandse projectfinancieringen af te bouwen. Daartoe is per 1 januari 2011 een splitsing aangebracht tussen de
- De omvorming van Property Finance vanaf 2009 tot een
- SNS Reaal heeft steeds adequate voorzieningen getroffen in het licht van de dalende waarde van de portefeuille en dat tijdig en juist bekendgemaakt.
- vastgoedfinanciering, in het bijzonder financiering van projectontwikkeling buiten Nederland, vergt specifieke kennis en ervaring waarover SNS Reaal voorafgaand aan de acquisitie niet of nauwelijks beschikte;
- binnen het (aangebleven) management van Property Finance lag de nadruk op commercie en groei, terwijl in de
- met de overname van Property Finance ontstond een concentratierisico gelet op de omvang van de portefeuille aan vastgoedfinancieringen gerelateerd aan de totale balans van SNS Reaal c.s., welk risico mede bepaald wordt door de conjunctuurgevoeligheid van de portefeuille van Property Finance.
due diligenceonderzoeken van KPMG en Houthoff Buruma was benadrukt). Property Finance noemde in haar presentatie aan haar raad van commissarissen van 15 december 2006 als ‘
commitments’ (a) het versterken van de leidende positie op de Nederlandse markt, (b) het zijn van een gerespecteerde onroerendgoedfinancier in de
core marketsFrankrijk, België, Spanje, Duitsland en Scandinavië, (c) uitbreiding van de aanwezigheid in Noord-Amerika en (d) verkenning van andere Europese markten. Het jaarverslag van SNS Reaal over 2006 vermeldt als vooruitzichten voor 2007 met betrekking tot vastgoedfinanciering dat hoge transactievolumes op de beleggingsmarkten zullen aanhouden en dat het aandeel internationale transacties stijgende is en voorts dat veel marktpartijen interesse tonen in financieringen met een relatief hoog risicogehalte zowel ten aanzien van belegging- als projectfinancieringen. Daarnaast vermeldt dit jaarverslag dat Property Finance nieuwe stappen zal zetten in de uitbreiding van haar aanwezigheid in de belangrijkste Europese regio’s en dat participaties daarin een belangrijke rol spelen. De raad van commissarissen van Property Finance heeft in zijn vergadering van 2 april 2007 ingestemd met de vestiging van een bijkantoor van Property Finance in Washington D.C., Verenigde Staten. SNS Reaal heeft haar aandeelhouders op de aandeelhoudersvergadering van 9 mei 2007 voorgehouden dat Property Finance zeker een groeimarkt vertegenwoordigt, zowel in het binnenland als in het buitenland.
Lessons Learned(zie 2.60) staat dat na de snelle groei in de tweede helft van 2006, de portefeuille in 2007 zeer snel groeide, voornamelijk in het buitenland. In de jaren 2006 tot en met 2008 overtrof de leningproductie van Property Finance de ten tijde van de overname geprognotiseerde leningproductie voor deze jaren (10% groei per jaar, zie 2.18).
risk governancevan Property Finance was vereist (zie 2.20), zonder dat het
Risk Committeedaarin inzicht had, (c) het ontbreken van betrokkenheid van de afdeling
Risk Managementbij financieringen van minder dan € 1 miljoen en (d) het ontbreken van informatie en documenten in kredietdossiers. In het rapport van de afdeling Concern Audit van SNS Reaal van september 2007 over de internationale activiteiten van Property Finance (zie 2.27) worden, bijna een jaar na de overname, ernstige tekortkomingen in de bedrijfsvoering van Property Finance vastgesteld met betrekking tot het verstrekken van nieuwe kredieten; er heerst een sterke focus op commercie en de afdelingen die zich bezig zouden moeten houden met risicobeheersing zijn niet onafhankelijk genoeg, interne controles zoals nacalculaties en het laten goedkeuren van KYC-dossiers worden in de praktijk niet uitgevoerd.
Risk Managementvan Property Finance van 28 april 2008 (zie 2.34) waarin kort gezegd geconstateerd wordt dat financiering van projectontwikkeling een activiteit is met een relatief hoog risico, dat Property Finance in vergelijking met andere financiers relatief hoge bevoorschottingspercentages hanteert en dat in de periode vanaf 21 november 2007 tot en met 31 maart 2008 voor 58% van de verstrekte kredieten geldt dat deze zijn verleend terwijl niet werd voldaan aan de fiatteringsnormen van Property Finance, terwijl het volgens diezelfde notitie logisch en verstandig zou zijn om naar aanleiding van de toen actuele (verslechterende) marktomstandigheden de verstrekkingsnormen naar beneden bij te stellen. Gegeven het feit dat een ruime meerderheid van de verstrekte kredieten niet voldeed aan de fiatteringsnormen, acht de Ondernemingskamer de omstandigheid dat het memo van 28 april 2008 ook vermeldt dat voor het overgrote deel van de aanvragen – door
Risk Managementniet nader aangeduide – “
compenserende factoren” aanwezig waren, niet geruststellend.
Risk Managementen hebben volstaan met een verwijzing naar de publieke mededelingen van SNS Reaal op 20 november 2008 (zie hierna 3.52). Onduidelijk is daarom op welke wijze en op welk niveau binnen het concern dit memo – dat noopte tot besluitvorming over het al dan niet handhaven van het bestaande beleid – is besproken en tot welke besluitvorming de genoemde bevindingen hebben geleid.
het putje van de markt was” (zie het rapport
Lessons Learned, aangehaald in 2.60). Ondanks dit alles heeft de raad van commissarissen van Property Finance nog op 22 september 2008 bij het bestuur van Property Finance aangedrongen op een meer ambitieuze portefeuillegroei in 2009 (zie 2.38).
Lessons Learned) dat de risk managers onvoldoende onafhankelijk waren van de commercieel ingestelde en door productiedoelstellingen gedreven managers van de business units. Die laatste constatering en het feit dat in de nota Risk Management Governance (zie 2.20) staat dat een riskmanager (naast een oog voor risico’s) ook een commerciële instelling moet hebben, ‘zo dicht mogelijk bij de business wordt geplaatst’ en hiërarchisch rapporteert aan de directeur van de commerciële business unit, doen – ook gelet op de snelle groei van de portefeuille en de
risk appetitewaarvan Property Finance blijk gaf – vermoeden dat de door de risk managers opgestelde risk memo’s ten behoeve van het fiatteringsproces niet steeds voldoende kritisch waren. Daaraan doet niet af dat het volgens de nota Risk Management Governance de bedoeling was dat de riskmanagers onafhankelijk zouden zijn in hun oordeel, zoals SNS Reaal c.s. stellen, omdat ernstig moet worden betwijfeld of die bedoeling gerealiseerd is of zelfs gerealiseerd kon worden bij gebreke van afstand tussen de riskmanagers en de ‘business’. De Ondernemingskamer geeft de onderzoekers in overweging om steekproefsgewijs onderzoek naar het kredietverleningsproces te doen teneinde een voldoende nauwkeurig beeld te verkrijgen van de risicobeoordeling en het fiatteringsproces van kredietaanvragen.
due diligenceonderzoeken voorafgaand aan de overname van Property Finance, bereikten SNS Reaal c.s. ook na de overname signalen dat het risicomanagement niet op orde was. Op 26 april 2007 signaleerde de afdeling balansbeheer en riskmanagement van SNS Reaal dat de hybride aansturing en verschillen van opvatting tussen het hoofdkantoor van SNS Reaal en het management van Property Finance veel onduidelijkheid geeft (zie 2.22) en in juni 2007 wees Interne Audit op onvoldoende voortgang bij de inrichting van de operational risk functie en onbalans tussen de financiële functie van de business units van Property Finance enerzijds en de financiële functie van SNS Reaal (zie 2.23). Op 3 juli 2007 vroeg de afdeling Concern Audit om aandacht voor het inhalen van de revisie-achterstanden (zie 2.25) en op 1 augustus 2007 constateerde deze afdeling dat het operationeel risicomanagement van Property Finance niet voldoet aan de eisen van DNB en dat sinds de acquisitie de ontwikkeling hiervan tot stilstand is gekomen (zie 2.26). Het rapport van de afdeling Concern Audit van september 2007 (zie 2.27) houdt in dat de Business Unit International sterk gefocust is op commercie en productiedoelstellingen en dat de afdelingen die zich bezig zouden moeten houden met risicobeheersing niet onafhankelijk genoeg zijn. In het licht daarvan is niet goed begrijpelijk dat in de notulen van de vergadering van de raad van commissarissen van Property Finance (waarvan bestuurders van SNS Reaal deel uitmaakten) van 1 oktober 2007 wordt geconstateerd “
dat de risk-governance structuur zwaar is aangezet en naar de beleving van alle partijen prima werkt”, zonder dat één van de aanwezigen dit tegenspreekt, terwijl uit de notulen tevens blijkt dat de raad van commissarissen kennis heeft genomen van de rapportages van de afdeling Concern Audit. Het roept de vraag op in hoeverre de hierboven weergegeven negatieve signalen over het risicomanagement binnen Property Finance, tot SNS Reaal c.s. zijn doorgedrongen.
control environment, het functioneren van risk management, tijdig vernieuwen van taxaties en betrouwbaarheid van
loan to valuerapportages en de effectieve inzet van Restructuring & Recovery.
Lessons Learned(zie 2.60) waarin staat dat met name de Business Unit International van Property Finance primair gericht was op snelle groei, dat het risicobewustzijn beperkt was, dat niet onder ogen is gezien of de organisatie in een zelfde tempo kon meegroeien en dat in de jaren 2005 tot en met 2007 medewerkers van onvoldoende kwaliteit zijn aangetrokken voor posities met relatief grote verantwoordelijkheden (pagina 21), alsmede dat er relatief snel na de overname gebreken in de beheersingsstructuur van Property Finance zijn gesignaleerd en dat die signalen nadrukkelijker opgevolgd hadden moeten worden.
grove nalatigheid qua beheer” heeft voorgedaan en dat de onregelmatigheden zijn toe te schrijven aan de in het verleden ernstig tekortschietende “
control environment” bij de Business Unit International, als gevolg van het achterblijven van de beheerorganisatie bij de explosieve commerciële groei. De ervaring en het niveau van veel medewerkers schoot tekort en de afdelingen Finance & Control, Operations, Legal en Risk waren hiërarchisch ondergeschikt aan de algemeen directeur van de Business Unit International, die commercieel verantwoordelijk was, en er was vanwege de ambitieuze groeidoelen veel onderlinge concurrentie tussen de business units International en Special Projects (participaties), aldus het memorandum. SNS Reaal c.s. hebben gesteld dat SNS Reaal naar aanleiding van het memorandum de leiding van het onderzoek heeft overgenomen, aanvullend onderzoek heeft laten doen en dat de uitkomsten daarvan aanleiding hebben gegeven tot verschillende maatregelen, waaronder disciplinaire. SNS Reaal c.s. hebben echter geen inzicht verschaft in de uitkomsten van die onderzoeken en de naar aanleiding daarvan getroffen maatregelen.
letter of representationen dat het bij het bestuur van Property Finance op dit punt heeft ontbroken aan bewustzijn met betrekking tot de relevantie van onderzoeken als deze voor de accountant (pagina 2 en 6). Dat is des te ernstiger nu het onderzoek kennelijk ook betrekking had op betrokkenheid van medewerkers van Property Finance zelf bij de onregelmatigheden. Wat dit laatste betreft wijst de Ondernemingskamer op de in 2.91 geciteerde bevindingen van de commissie ENS over vermoedens van fraude bij Property Finance. De aldaar beschreven gang van zaken draagt bij aan twijfel over het risicobeheer van Property Finance en het toezicht daarop door SNS Reaal c.s.
Lessons Learnedp. 24 (zie 2.60). Niettemin bestond binnen Property Finance begin 2008 het besef dat vastgoedfinancieringen (in het bijzonder het financieren van projectontwikkeling) risicovol en zeer conjunctuurgevoelig zijn en dat als gevolg van verslechterende marktomstandigheden aanleiding bestond het ruimhartige financieringsbeleid van Property Finance te wijzigen, zo blijkt uit het memo van de afdeling risk management van Property Finance van 28 april 2008 (zie 2.34). Toch bleef SNS Reaal vooralsnog aansturen op groei van de portefeuille van Property Finance; in de zomer van 2008 stuurde SNS Reaal een kaderbrief voor 2009 aan Property Finance (niet overgelegd maar kenbaar uit het rapport
Lessons Learned(zie 2.60)) met als doelstelling een groei van de portefeuille met 10% in 2009. De directie van Property Finance heeft in reactie daarop voorgesteld de groei te beperken tot 1%, maar dit werd door SNS Reaal als weinig ambitieus aangemerkt en uiteindelijk is in september 2008 de groeidoelstelling voor 2009 gesteld op 3-5% (zie 2.38).
incurred lossesen niet (tevens)
expected losses. In 2008 stegen de bijzondere waardeverminderingen tot € 116 miljoen (tegenover € 15 miljoen in 2007), met name door de extra voorzieningen voor internationale projectfinancieringen in het tweede halfjaar van 2008. “
De kredietcrisis liet in 2008 duidelijke sporen achter op de (inter)nationale vastgoedmarkten” en “
naar verwachting zullen de bijzondere waardeverminderingen in de kredietportefeuille de komende periode omvangrijk blijven”, aldus het jaarverslag van SNS Reaal over 2008. Een door Property Finance uitgevoerde stresstest met betrekking tot de portefeuille in Spanje en in de Verenigde Staten berekende in juli 2008 het verlies op dit deel van de portefeuille in het
worst case scenarioop € 279 miljoen.
revision), terugbetaling (
repayment), herstructurering (
restructuring) en prijsaanpassing (
repricing) – het “
4-R-en beleid” – en een toegenomen terughoudendheid in het verlenen van nieuwe kredieten, heeft Property Finance in 2009 voor € 1,8 miljard nieuwe kredieten verstrekt, aldus het jaarverslag van SNS Reaal over 2009 (zie 2.57).
de focus (…) binnen de organisatie nu terecht [ligt] op het volledig transparant krijgen van de actuele financiële risico’s”. Kennelijk waren die risico’s op dat moment nog niet “
volledig transparant”.
Lessons Learned(zie 2.60) van de kaderbrief van SNS Reaal voor de begroting 2010 van Property Finance, inhoudende dat Property Finance zich zal heroriënteren op Nederland en is gepositioneerd als het vastgoedmerk (pagina 28). Die kaderbrief en gegevens over de leningproductie van Property Finance in Nederland in 2010 en 2011 zijn niet in het geding gebracht.
incurred lossesin de zin van IAS 39 en niet (tevens) de
expected losses. SNS Reaal c.s. stellen wel oog te hebben gehad voor
expected losses. Dit betekent dat SNS Reaal c.s. rekening hielden met nog grotere verliezen op termijn. SNS Reaal c.s. hebben niet geconcretiseerd welke verwachtingen over de omvang van toekomstige verliezen zij in de periode vanaf 2008 tot en met 2012 van tijd tot tijd hadden en op welke wijze die verwachtingen van invloed waren op de besluitvorming over het afbouwen van de portefeuille. SNS Reaal c.s. hebben in algemene zin gesteld dat als gevolg van de ongunstige marktomstandigheden (dalende prijzen, vraaguitval,
fire sale) Property Finance bij de afbouw van de portefeuille kortingen moest accepteren.
non-core) zou worden afgebouwd (zie 2.61). Het Nederlandse deel van de
non-coreportefeuille bestond uit projectfinancieringen met een totale omvang van € 2,0 miljard en beleggingsfinancieringen met een totale omvang van € 1,5 miljard. Deze beslissing berustte volgens SNS Reaal c.s. op de vaststelling in de loop van 2010 dat, naast de internationale portefeuille, ook de Nederlandse projectfinancieringen verlieslatend waren (€ 30 miljoen over heel 2010), terwijl de Nederlandse beleggingsfinancieringen (nog) winstgevend waren, de gemiddelde
loan to valueeind 2010 71,5% bedroeg en het percentage voorziene leningen gering was.
coredeel portefeuille aangeduid als een “
te behouden” onderdeel van SNS Zakelijk en ook in het jaarverslag 2011 wordt met betrekking tot SNS Zakelijk melding gemaakt van de wens het portefeuillebeheer en de omvang “
te optimaliseren en te vereenvoudigen” en de financieringsmogelijkheden te verbeteren (zie 2.65). Het vervolgens in 2011 gevoerde beleid gericht op het terugbrengen van de omvang van de bij SNS Zakelijk ondergebrachte
coreportefeuille (Nederlandse beleggingsfinancieringen) was onderdeel van het concern-brede beleid om kapitaal vrij te maken (het
capital release program, zie 2.62), aldus SNS Reaal c.s. Dat strookt met de vermelding in de jaarrekening 2011 (pagina 66) dat als onderdeel van het programma om kapitaal vrij te maken de verplichtingen bij SNS Zakelijk werden teruggebracht van € 7,4 miljard tot € 5,7 miljard. Het motief voor het terugbrengen van de omvang van de
coreportefeuille was dus het vrijmaken van kapitaal en kennelijk niet de risico’s verbonden aan dit deel van de portefeuille, althans van een analyse indertijd van die risico’s is niet gebleken.
coregedeelte van de portefeuille (bestaande uit Nederlandse beleggingsfinancieringen) gezond was, terwijl ook dat deel van de portefeuille, naar verwacht kan worden, leningen omvatte die waren verstrekt in strijd met de fiatteringsnormen en/of waaraan andere gebreken kleefden samenhangend met de gebrekkige risicobeheersing van Property Finance. Feit is dat in het eerste jaar na de splitsing op 1 januari 2011 van de portefeuille in
coreen
non-core, in de
coreportefeuille de bijzondere waardeverminderingen op leningen en vorderingen stegen met € 20 miljoen tot € 46 miljoen, vooral door noodzaak om het niveau van de voorziening voor de voormalige mkb-vastgoedfinancieringen van Property Finance te versterken (jaarverslag 2011, pagina 66). Bovendien meldde SNS Reaal in het jaarverslag 2010 dat zij voor 2011 aanhoudend moeilijke omstandigheden in de meeste vastgoedmarkten verwachtte (jaarverslag 2010, pagina 31), dus kennelijk kwamen die problemen niet onverwacht. De problemen hielden bovendien aan; in het persbericht van SNS Reaal van 16 augustus 2012 over het eerste halfjaar 2012 (zie 2.71) wordt (op pagina 24) met betrekking tot de portefeuille van SNS Zakelijk gemeld dat de bijzondere waardeverminderingen stegen met € 26 miljoen naar € 37 miljoen, hoofdzakelijk als gevolg van de noodzaak om het niveau van voorzieningen in de voormalige mkb-kredietportefeuille van Property Finance verder te versterken en door een aantal grote leningen met betalingsachterstand.
coreportefeuille (weer) wordt ondergebracht bij Property Finance, als afbouworganisatie voor de totale portefeuille (zie 2.74). Ook met betrekking tot deze beslissing hebben SNS Reaal c.s. geen interne stukken overgelegd en niet toegelicht welke gegevens en argumenten aan deze beslissing ten grondslag lagen, anders dan dat ‘verlaging van het risicoprofiel daarbij leidend was’.
non coreportefeuille (in handen van Property Finance) waren de bijzondere waardeverminderingen ondertussen in 2011 afgenomen ten opzichte van 2010, tot € 251 miljoen, maar nam het aandeel van het Nederlandse deel van de portefeuille in de waardeverminderingen fors toe. “
Hoewel de waardeverminderingen in 2011 bijna 70% lager zijn dan in 2010, zijn deze nog steeds aanzienlijk. De waardeverminderingen in Nederland zijn in absolute zin afgenomen, maar vertegenwoordigen inmiddels wel circa tweederde van de totale waardeverminderingen”, aldus het jaarverslag 2011 (pagina 244). In 2012 betrof 73% van de waardeverminderingen op leningen in de portefeuille van Property Finance de Nederlandse portefeuille (jaarverslag 2012, pagina 251).
€ 9,13 miljard en verwachtte SNS Reaal, naast de reeds getroffen voorziening van € 740 miljoen, een aanvullend verlies op de portefeuille van € 1,382 - € 2,083 miljard (zie 2.78), terwijl Cushman & Wakefield het verlies nog op een aanzienlijk hoger bedrag begrootte. De stelling van SNS Reaal c.s. dat de leningproductie van Property Finance in 2007 in de pas liep met andere grote vastgoedfinanciers in Nederland en dat Property Finance de leningproductie significant eerder en sterker heeft teruggeschroefd dan haar directe concurrenten, roept vooral de vraag op waarom SNS Reaal wel is bezweken aan vastgoedfinancieringen en haar directe concurrenten niet. Die vraag wordt door SNS Reaal c.s. niet beantwoord.
concrete commitments ten aanzien van het afbouwen van posities op de Spaanse en Amerikaanse markt” waarop de raad van commissarissen van Property Finance op 10 februari 2009 had aangedrongen (zie 2.45), zeven maanden later nog weinig terecht is gekomen. Daarop duidt ook dat er op 14 september 2009 “
een uitgebreide, open en stevige discussie” plaats heeft gevonden tussen de raad van commissarissen en de directie van Property Finance over de portefeuilleontwikkeling, dat de directie van Property Finance toen heeft gezegd dat er voor de afbouw van de internationale portefeuille geen uitgewerkte plannen klaarliggen en dat de raad van commissarissen “
tot zijn verbazing en onvrede constateert dat de portefeuille niet afneemt maar toeneemt” en dat dit “
uitdrukkelijk tegen de afspraken in”gaat (zie 2.52). De notulen van de in de brief van 23 september 2009 genoemde vergadering van 30 maart 2009 zijn niet in het geding gebracht en ook overigens is niet gebleken wat toen precies besproken is.
non coreportefeuille – volgens SNS Reaal c.s. 80% van de non core portefeuille – is geen inzicht verschaft in de uitkomsten daarvan. Dat geldt ook voor de analyse door EY in 2012 van de
non coreportefeuille (project ‘Schiermonnikoog II’) en van de
coreportefeuille (project ‘Rottum’). Belangrijker nog is dat SNS Reaal c.s. in het geheel geen stukken (notulen, voorstellen, presentaties e.d.) hebben overgelegd met betrekking tot de interne besluitvorming over de (voortgang van) de afbouw van de
non coreportefeuille en de
coreportefeuille. SNS Reaal c.s. hebben gesteld dat zij zich over de afbouw van de portefeuille hebben laten adviseren door de in januari 2011 in het leven geroepen Adviescommissie Vastgoed, maar ze hebben geen stukken overgelegd waaruit blijkt van de bevindingen van deze Adviescommissie en de besluitvorming door SNS Reaal c.s. op basis daarvan. Het is gezien het bovenstaande onduidelijk welke informatie op welk moment binnen SNS Reaal c.s. beschikbaar was en op welke wijze (en op welk niveau) besluitvorming heeft plaatsgevonden.
Lessons Learnedwordt geconcludeerd dat de desbetreffende besluiten in het licht van de ontluikende crisis vanaf medio 2007 waarschijnlijk eerder genomen hadden moeten worden en dat daarmee een deel van de schade voorkomen had kunnen worden (zie 2.60).
fundingvan Property Finance door SNS Bank – niet als gevolg van 403-verklaringen – beperkten de problemen van Property Finance zich niet tot die entiteit binnen het concern. Naarmate de verliezen van Property Finance toenamen en onzekerder werd of Property Finance haar verplichtingen uit hoofde van de
fundingdoor SNS Bank zou kunnen nakomen, werd aannemelijker dat de problemen van Property Finance een bedreiging vormden voor het voortbestaan van het concern als geheel, mede gelet op de aangescherpte solvabiliteiteisen en het naderen van het tijdstip (eind 2013) waarop SNS Reaal de in 2008 ontvangen staatssteun zou moeten terugbetalen. SNS Reaal c.s. hebben nagelaten te specificeren wanneer en op welke wijze de mogelijke consequenties van de problemen van Property Finance voor de continuïteit van het gehele concern, onder ogen zijn gezien. Ook op dit punt zijn geen interne stukken (notulen, analyses, voorstellen, extern ingewonnen adviezen et cetera) overgelegd. SNS Reaal c.s. stellen slechts dat SNS Reaal in de loop van 2012 verschillende scenario’s heeft overwogen ‘waarmee de strategische heroriëntatie kon worden vormgegeven’ en heeft enkel verwezen naar de publieke uitlatingen onder meer op 13 juli 2012 (zie 2.69), 16 augustus 2012 (2.71), 6 november 2012 (2.74) en 15 november 2012 (2.75). De in dit kader door EY op verzoek van SNS Reaal opgestelde rapportage over de
coreen de
non coreportefeuille van 31 oktober 2012 is (door VEB c.s.) slechts zeer gedeeltelijk in het geding gebracht (zie 2.73). Uit de inhoud van de brief van DNB aan de minister van Financiën van 2 oktober 2012 (zie 2.72) lijkt te volgen dat al in de loop van 2011 intensief overleg heeft plaatsgevonden tussen DNB en SNS Reaal en dat vóór december 2011 DNB heeft geconcludeerd dat SNS Reaal onvoldoende in staat is om zelf de benodigde versterking van haar financiële positie te realiseren.
timingen het tempo van de wijzigingen van het beleid en de strategie ten aanzien van Property Finance in de periode vanaf 2008, toen de markt verslechterde, en de mate waarin SNS Reaal c.s. inzicht hadden in de aan Property Finance verbonden risico’s en de consequenties van de risico’s voor de continuïteit van het concern als geheel.
- [L] heeft tijdens de algemene vergadering van 9 mei 2007 gezegd dat het risico en risicoprofiel van Property Finance heel dicht bij de normale particuliere huizenmarkt aanliggen;
- In het jaarverslag 2006 en in het jaarverslag 2007 staat ten onrechte dat risk management onafhankelijk (van de commerciële activiteiten) is georganiseerd en in het jaarverslag 2007 staat wel dat kredietaanvragen worden getoetst aan acceptatienormen en beleidsregels, maar niet dat in veel gevallen kredieten worden verstrekt terwijl aan deze normen niet is voldaan;
- In het jaarverslag 2008 staat ten onrechte dat de bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op een diepgaande analyse van de portefeuille en dat de bestaande portefeuille post voor post is beoordeeld, terwijl niet aannemelijk is dat die diepgaande analyse en die beoordeling ‘post voor post’ daadwerkelijk hebben plaatsgevonden;
- Tijdens de algemene vergadering van 16 april 2008 hebben [L] en [M] misleidend positieve mededelingen gedaan over de risicobeheersing ten aanzien van Property Finance;
- In het jaarverslag 2008 staat ten onrechte dat de beheersingssystemen van Property Finance inmiddels zijn aangepast op de omstandigheid dat de onroerend goed markten in binnen- en buitenland onder grote druk staan; het “
- Na de splitsing van de portefeuille in
- SNS Reaal heeft verzwegen dat de verliezen van Property Finance niet slechts waren toe te schrijven aan neergaande vastgoedmarkten maar ook aan onzorgvuldige kredietverstrekking;
- Terwijl intern in de loop van 2012 materiële onzekerheid bestond over het vermogen van SNS Bank om zelfstandig aan de kapitaaleisen te kunnen voldoen, verzweeg SNS Reaal dat tijdens de
Participatiecertificaten (…) hebben een oneindige looptijd waarbij SNS Bank het recht heeft om na 10 jaar – na toestemming van de toezichthouder – in zijn geheel vervroegd af te lossen. (…) De participatiecertificaten worden in de jaarrekening geclassificeerd als vreemd vermogen. Voor de solvabiliteitsrapportages aan DNB door SNS Bank maakt deze post deel uit van het Tier 1 vermogen.”
Tenslotte verwijzen wij naar de gesprekken die wij met management en met DNB hebben gevoerd over het verzoek van SNS Bank aan DNB om een verklaring van geen bezwaar te mogen ontvangen voor de aflossing op de SNS Bank Participatiecertificaten tranch[e] 2 in december 2012. Indien DNB negatief zou besluiten op dit verzoek zou dat mogelijke consequenties kunnen hebben voor de berichtgeving over de financiële stabiliteit van SNS Bank en SNS REAAL. Wij sluiten niet uit dat dit de noodzaak om tot een versterking van de kapitaalspositie van SNS Bank / SNS REAAL te komen zal versnellen.”
bank-run(de certificaathouders hadden tevens voor € 344 miljoen aan spaargeld bij SNS Bank uitstaan). Het besluit tot het aanbieden van de compensatieregeling met betrekking tot de Participatie Certificaten Serie 3 dateert van na de Onteigening en raakt ROOS c.s. derhalve niet. Dat laatste geldt ook voor de verwerking van de aflossingen van de Participatie Certificaten Serie 1 en 2 in de jaarrekening 2012, ten aanzien waarvan ROOS c.s. hebben gesteld dat deze onjuist zou zijn. SNS Reaal heeft de markt steeds juist en transparant geïnformeerd over aflossingen van de Participatie Certificaten.
Deze certificaten konden worden gecalled oftewel teruggekocht, c.q. afgelost door SNS Bank. Voor de eerste tranche was dat op 28 juni 2012. Het ging om een aanzienlijk bedrag, 300 miljoen euro. Onder normale omstandigheden zou De Nederlandsche Bank geen toestemming geven om dit kapitaal uit SNS Reaal te laten stromen. Maar als toestemming zou uitblijven zou dat aanleiding kunnen geven tot onrust. De kwestie werd acuut omdat het televisieprogramma Radar in de uitzending op 27 februari 2012 aandacht wilde besteden aan de onzekerheid over de aflossing van deze certificaten. Het bleek dat de certificaathouders op aflossing rekenden. Zou SNS Reaal niet aflossen dan hing de dreiging van claims boven het bedrijf. Op 8 maart 2012 besprak de Toezichtraad Financiële Instellingen, het interne toezichtsorgaan van De Nederlandsche Bank, de kwestie van de participatiecertificaten. De toezichthouder vond de risico’s van niet-terugbetalen groter dan de risico’s van het callen van de participatiecertificaten. Hierbij speelde mee dat eventuele claims ten laste van het kernkapitaal zouden komen. De participatiecertificaten maakten geen deel uit van het kernkapitaal maar van het Tier 1-kapitaal. Aflossing zou dus het kernkapitaal (Core Tier 1) niet aantasten. Schadeclaims als gevolg van niet aflossen zouden echter wel ten laste van het kernkapitaal gaan. Maar De Nederlandsche Bank was het meest beducht voor de reputatierisico’s van niet-aflossen. Bij de ondergang van de DSB Bank had een soortgelijke situatie mede aanleiding gegeven tot een bank run op de DSB Bank. De certificaathouders hadden naast hun participatiecertificaten voor 344 miljoen euro aan spaargeld bij SNS Reaal uitstaan. De kans bestond dat de spaarders bij niet-aflossen van de certificaten deze spaargelden van de bank zouden halen. Daarom was De Nederlandsche Bank ‘genoodzaakt om de kans op een default te verkleinen ten koste van het verlies in een default situatie’. De directeur toezicht zou het ministerie van Financiën inlichten over dit toezichtdilemma.” (pagina 100/101)
[M] en [N] bezochten op 2 april De Nederlandsche Bank en de dag daarna het ministerie van Financiën. Ze kregen te horen dat de toezichthouder alleen goedkeuring wilde geven voor de aflossing van participatiecertificaten als de Stichting Beheer SNS Reaal dertig miljoen euro zou bijdragen ter vervanging van het uitgekeerde kapitaal.” (pagina 103)
De Nederlandsche Bank was met veel tegenzin akkoord gegaan met deze aflossing, op voorwaarde dat de Stichting Beheer SNS Reaal dertig miljoen euro zou bijdragen. Dat was om de kapitaalpositie van SNS Reaal niet nog verder te laten verslechteren. De Stichting Beheer SNS Reaal had De Nederlandsche Bank laten weten dat ze hieraan niet wilde meewerken. Zeer tegen de zin van Sijbrand, zoals in het door het ministerie van Financiën opgetekende verslag[van het overleg op 27 juni 2012 tussen DNB, het ministerie van Financiën en SNS Reaal, toev. OK]
valt te lezen:
Op 7 september 2012 was er een brief van SNS Reaal op de mat gevallen bij De Nederlandsche Bank. SNS Reaal verzocht om de tweede tranche van de uitgegeven participatiecertificaten te mogen aflossen. De aflossing zou leiden tot vermindering van het Tier 1-vermogen, net zoals dat gebeurd was bij de eerste tranche. SNS Reaal gaf aan dat het bedrijf op dat moment geen mogelijkheden had om dat kapitaal te vervangen. Toch vroeg SNS Reaal om een vvgb. Als redenen voerde het bedrijf aan: het voorkomen van nieuwe klachtenprocedures, mogelijke reputatierisico’s en het gebrek aan alternatieven.” (pagina 141)
bank runzou hebben plaatsgevonden, is speculatief. De afweging van SNS Reaal c.s. was niet onbegrijpelijk, ook gegeven het destijds door DNB ingenomen standpunt. Voor de goede orde zij opgemerkt dat het handelen van DNB als toezichthouder geen onderwerp vormt van de onderhavige procedure.
aan de horizon (…) de aflossing van de participatiecertificaten[dreigde]
(…) als een aankomend probleem” (pagina 65/66);
langzamerhand de aflossing van de participatiecertificaten in 2012 in zicht komen” (pagina 68);
van plan was de participatiecertificaten die in 2012 voor aflossing in aanmerking zouden komen, binnen afzienbare tijd te vervangen door ander kapitaal” (pagina 70);
securities(zie 2.41) ten onrechte is blijven kwalificeren als Tier 1 kapitaal nadat in 2012 was komen vast te staan dat, nu geen conversie in gewone aandelen had plaatsgevonden, ultimo 2013 deze staatssteun terugbetaald diende te worden. In het bijzonder in het halfjaarbericht 2012 en de
Trading updatevan 6 november 2012 had SNS Reaal daarover duidelijkheid moeten verschaffen. ROOS c.s. hebben ook bezwaren tegen de wijze waarop de aan de Staat uitgegeven
securitiesna de Onteigening zijn verwerkt in de jaarrekening van SNS Reaal.
Core Tier 1 Securities. ROOS c.s. miskennen volgens SNS Reaal c.s. dat in geval van conversie in aandelen, de staat aanspraak had kunnen maken op terugbetaling tegen de uitgifteprijs van 2008. De
securitieshadden dezelfde
rankingals gewone aandelen, waren eeuwigdurend, kenden geen aflossingsverplichting en waren dienovereenkomstig Core Tier 1 kapitaal onder de toezichtregelgeving, zoals in de jaarverslagen 2008 tot en met 2011 steeds is vermeld. Na de Onteigening zijn de door de staat gehouden
securities– die niet zijn onteigend omdat de Staat die reeds zelf bezat – gestort als agio op de gewone aandelen SNS Reaal. Dat regardeert ROOS c.s. overigens niet.
securitiesoverweegt de Ondernemingskamer als volgt. De inhoud van het rapport van de Commissie ENS – door SNS Reaal c.s. aangevoerd als reden waarom er geen aanleiding is op dit punt een enquête te gelasten – strookt niet met het standpunt van SNS Reaal c.s. over het karakter van de aan de Staat uitgegeven
securities. Zo houdt het rapport van de Commissie ENS onder meer in:
Uiterlijk op 31 december 2013 moest SNS Reaal de CT1 securities aflossen.”
In november 2008 verleende de minister van Financiën kapitaalsteun aan SNS Reaal. Op 3 december 2008 meldde het ministerie van Financiën deze kapitaalsteun bij de Europese Commissie. (…) Op basis van het ingediende levensvatbaarheidsplan kwam de Europese Commissie op 28 januari 2010 tot de conclusie dat de kapitaalinjectie in SNS Reaal voldeed aan de voorwaarden in de banken- en herkapitalisatiemededeling. (…) Het levensvatbaarheidsplan dat door Nederland werd ingediend, bevatte een indicatief schema waarin werd bepaald op welke termijn SNS Reaal de Staat zou terugbetalen. (…)
securitiesaan de staat zijn uitgegeven geen aflossingsplicht kenden, maar dat anderzijds, in het kader van de van de Europese Commissie benodigde goedkeuring voor de staatssteun, door de Staat is toegezegd dat SNS Reaal de staatssteun uiterlijk op 31 december 2013 zal terugbetalen. SNS Reaal voelde zich daartoe kennelijk ook zelf verplicht, getuige haar brief van 13 januari 2013 aan het ministerie van Financiën (zie 2.79) waarin zij schrijft dat zij “
voor het einde van 2013 een bedrag van € 565 miljoen aan overheidssteun (plus een premie van 50%) moet terugbetalen”
.Het Onteigeningsbesluit van 1 februari 2013 vermeldt voorts dat SNS Reaal en de Staat “
zich tegenover de Europese Commissie gecommitteerd[hebben]
aan de terugkoop van de kapitaalsteun van de Staat der Nederlanden ultimo 2013”.
securitiesna de Onteigening zijn verwerkt in de jaarrekening van SNS Reaal over 2012, omdat die jaarrekening pas na de Onteigening is gepubliceerd. Die bezwaren behoeven daarom geen inhoudelijke bespreking.
alle verplichtingen en aansprakelijkheden van SNS REAAL N.V. of SNS Bank N.V. jegens krachtens het eerste lid onteigende partijen of jegens voormalige houders van de krachtens dat lid onteigende effecten, voor zover die verplichtingen of aansprakelijkheden verband houden met het (voormalige) bezit van bedoelde effecten.” Het besluit strekte tot onteigening van deze verplichtingen en aansprakelijkheden ten name van de Stichting Afwikkeling Onderhandse Schulden SNS Reaal (hierna: Stichting AOS). Stichting AOS is op 1 februari 2013 opgericht met benoeming van SNS Reaal tot enig bestuurder. Het Onteigeningsbesluit voorzag een afwikkeling van Stichting AOS via faillissement. Op 14 oktober 2013 is Stichting AOS failliet verklaard. Bij beslissing van 25 februari 2013 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State het Onteigeningsbesluit vernietigd voor zover het strekt tot onteigening van de genoemde verplichtingen en aansprakelijkheden van SNS Reaal en SNS Bank.
Met inachtneming van de verduidelijking in uw brief, in aanmerking genomen dat inmiddels aan de kapitaaleis zoals gesteld in het SREP-besluit is voldaan, alsmede dat SNS het meest gebaat is bij rust, en een verdere voortzetting van een debat daaraan niet bijdraagt en risico’s meebrengt voor SNS, welk gegeven zwaar mag en moet wegen voor het bestuur en de RvC van SNS, zijn het bestuur en de RvC tot de conclusie gekomen dat, alle belangen afwegende, een aanvulling van de gronden van bezwaar, uitsluitend vanwege de reeds geuite bezwaren tegen de onderbouwing van het Cushman & Wakefield rapport, niet meer opportuun wordt geacht en trekt SNS derhalve het bezwaar in.”
state securitiesin gewone aandelen heeft Stichting Beheer slechts gesteld dat geen inzicht bestaat in de besluitvorming daarover, maar niet dat die besluitvorming blijk geeft van gegronde twijfel aan een juist beleid. De stelling van Stichting Beheer dat het maatschappelijk belang gediend is bij het verkrijgen van openheid van zaken over de bedoelde interactie tussen SNS Reaal c.s., het ministerie en DNB, is op zichzelf – bij gebreke van gegronde redenen om te twijfelen aan een juist beleid of een juiste gang van zaken – geen toereikende grond voor toewijzing van het enquêteverzoek van Stichting Beheer.
misstanden en integriteitskwesties” bij SNS Reaal c.s. (zie 2.91). Niet valt in te zien dat de hoorzitting in de Tweede Kamer op 8 maart 2013 over de nationalisatie van SNS, waarvan een verslag van 62 pagina’s beschikbaar is, een enquête overbodig zou maken. Daarnaast geldt dat eerdere onderzoeken en publicaties niet strekten tot vaststelling van een eventueel wanbeleid en aanwijzing van verantwoordelijken daarvoor.
- de ‘kaderbrieven’ van SNS Reaal aan SNS Bank en Property Finance en stukken met betrekking tot het verschil van opvatting tussen SNS Reaal en de directie van Property Finance over de groeidoelstelling voor 2009 (zie 3.41);
- interne informatie over de leningproductie van Property Finance;
- de (volledige) rapportage van de afdeling Concern Audit van SNS Reaal van 29 oktober 2008 (zie 2.40);
- de kwartaalrapportages van de afdeling Concern Audit over Q3 2007, Q4 2008, Q2 en Q3 2009 en alle kwartaalrapportages vanaf 2010;
- stukken over het Project Core (vanaf 2009);
- de bijzondere rapportage van de afdeling Concern Audit in 2009 over de Business Unit International van Property Finance getiteld
- de rapportages van HIG over onregelmatigheden en tekortschietend beheer bij Property Finance (zie 2.64);
- rapportages van de Adviescommissie Vastgoed in 2011 aan de raad van commissarissen van SNS Reaal over Property Finance (zie 3.65);
- de (volledige) rapporten van Ernst & Young van 31 oktober 2012 over de
securitieszijn verantwoord in het licht van de toezegging aan de Europese Commissie om die staatssteun uiterlijk per 31 december 2013 terug te betalen (zie 3.94-3.95).