In deze zaak, die een vervolg is op het tussenarrest van 15 augustus 2017, heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellanten, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.A.C. Nijhof-Top, hebben een memorie van antwoord in incidenteel appel ingediend. Het hof heeft in het eerdere tussenarrest de vordering van de appellanten afgewezen en de beslissing over de proceskosten aangehouden tot het eindarrest in de hoofdzaak. In de hoofdzaak is de zaak naar de rol verwezen voor het indienen van een memorie van antwoord in incidenteel appel door de appellanten, waarbij iedere verdere beslissing is aangehouden.
Het hof constateert dat de appellanten in hun (aanvullende) antwoordakte en memorie van antwoord in incidenteel appel producties hebben ingediend waarop de geïntimeerden niet hebben kunnen reageren. Het hof acht het wenselijk dat de geïntimeerden alsnog in de gelegenheid worden gesteld om te reageren op deze producties. Daarom is de zaak verwezen naar de rol voor het indienen van een akte door de geïntimeerden. Het hof heeft verder besloten om iedere verdere beslissing aan te houden tot dat moment.
De uitspraak is gedaan door de meervoudige burgerlijke kamer van het Gerechtshof Amsterdam en is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 28 november 2017.