Uitspraak
SAMENVATTING
[geboortedatum] 2020 (de dag dat hij achttien jaar is geworden) duurzaam niet over arbeidsvermogen en had hij om die reden als jonggehandicapte moeten worden aangemerkt. De Raad volgt dit standpunt niet en komt tot het oordeel dat het Uwv terecht heeft geweigerd appellant een Wajong-uitkering toe te kennen.
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) ingediend. Daarbij is vermeld dat appellant sinds zijn jeugdjaren bekend is met gedragsproblematiek. Appellant is gediagnosticeerd met ADHD en een oppositionele opstandige gedragsstoornis (ODD). Bij de aanvraag is informatie gevoegd van 27 maart 2008 van de [naam zorggroep], van 29 juni 2007 van de Rooms Katholieke basisschool, van 29 mei 2007 van een
kinder- en jeugdpsychologe van [X] en een rapport van 18 maart 2013 van psychologisch onderzoek van De [Y]. Het Uwv heeft vervolgens een verzekeringsgeneeskundig en arbeidskundig onderzoek verricht, waarna geconcludeerd is dat appellant weliswaar nu geen arbeidsvermogen heeft, maar dat deze situatie niet duurzaam is. Met een besluit van 6 januari 2021 heeft het Uwv vervolgens geweigerd appellant een Wajong-uitkering toe te kennen.
Het oordeel van de Raad
GZ-psycholoog hadden moet raadplegen, slaagt evenmin. Nog daargelaten dat de vertegenwoordiger van het Uwv niet heeft kunnen bevestigen dat het Uwv GZ-psychologen in dienst heeft, is van onduidelijkheid over de psychische klachten van appellant op grond waarvan raadpleging van een psycholoog of psychiater nodig was, geen sprake.