Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
.Aan deze functie is de rang van [hogere rang] verbonden
.
.Aan deze functie is de rang van [rang] verbonden
.Met besluiten van 13 december 2011 en 9 april 2014 is de plaatsing in deze laatste functie verlengd.
.Met een besluit van 4 december 2020 heeft de staatssecretaris dat verzoek afgewezen.
Het oordeel van de Raad
.
,is gebleken dat de hem met ingang van 5 oktober 2009 toegewezen functie een [hogere rangsfunctie] betrof en hij evenmin wist dat hij bij de functietoewijzingsbesluiten vanaf 1 april 2010 in een functie met de rang van [rang] werd geplaatst en herplaatst. In werkelijkheid voerde hij werkzaamheden uit van functies waar de rang van [hogere rang] aan gekoppeld was.
.Om dezelfde reden is het feit dat uit het functietoewijzingsbesluit niet blijkt dat, zoals door de staatssecretaris is gesteld, sprake was van een ‘administratieve plaatsing’ omdat een [lagere rangsfunctie] op dat moment niet voor handen was geen nieuw feit of veranderde omstandigheid. Indien appellant meende dat hij vanaf 5 oktober 2009 daadwerkelijk werkzaamheden verrichtte op het niveau van [hogere rang] , was dat reden temeer geweest om te vragen om (tijdelijke) bevordering naar deze rang. In het kader van de toepassing van artikel 4:6 van de Awb dient er dan ook van uit te worden gegaan dat appellant de genoemde feiten of omstandigheden eerder heeft kunnen aanvoeren.
,waaronder beoordelingen en cursus- en trainingsoverzichten, kunnen blijken dat hij in de rang van [rang] was geplaatst. Indien hij meende dat zijn rang niet juist was vermeld had hij toen kunnen vragen om bevordering. Ook appellants stelling dat de hem toegewezen Nederlandse arbeidsplaats(en), niet correspondeerde(n) met de werkzaamheden die hij kreeg opgedragen door de NAVO, zijn NAVO-arbeidsplaats, is geen nieuw feit. In het geval dat appellant meende dat hij het volledige samenstel van werkzaamheden met de daarmee gepaard gaande verantwoordelijkheden van een (andere) functie dan wel arbeidsplaats uitoefende, waaraan de rang van [hogere rang] was verbonden, had het destijds op zijn weg gelegen om te verzoeken om functiewaardering en/of bevordering. Het is de Raad uit de voorliggende stukken niet gebleken dat appellant gedurende zijn plaatsing in [vliegbasis] formeel was belast met de waarneming van een functie waaraan een hogere rang dan die van [rang] was verbonden.