Uitspraak
18 november 2020, 20/1508 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
ZMLK-school van appellant van 2018-2019. Verder heeft hij daarbij nog een activiteitenplan dagbesteding over de periode van juli 2019 tot juli 2020 en een begeleidingsplan over de periode van januari 2019 tot en met december 2019 van de Stichting [naam stichting] , waarvan appellant begeleiding krijgt, gevoegd. Het Uwv heeft een verzekeringsgeneeskundig onderzoek verricht. In een rapport van 21 augustus 2019 heeft de verzekeringsarts geconcludeerd dat geen sprake is van nieuwe feiten of veranderde omstandigheden. Verder heeft de verzekeringsarts geoordeeld dat het ontbreken van arbeidsvermogen onveranderd niet duurzaam is. De verzekeringsarts heeft gemotiveerd dat de ZMLK-school voor appellant nog steeds, evenals een jaar geleden, een ambitieus ontwikkelingsperspectiefplan heeft; hij zou naar een garantiebaan met ondersteuning vanuit de gemeente toe kunnen groeien. Ook heeft de verzekeringsarts meegewogen dat appellant nog maar negentien jaar is en dat hij een langzamer verloop van ontwikkeling zal hebben vanwege zijn aandoening. Bij besluit van
28 augustus 2019 heeft het Uwv geweigerd appellant een Wajong-uitkering toe te kennen. Volgens het Uwv is er geen reden om terug te komen van het besluit van 31 juli 2018. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt.
20 december 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:4872 en 27 december 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:5115). Onder nieuw gebleken feiten en veranderde omstandigheden worden verstaan feiten of omstandigheden die ná het eerdere besluit zijn voorgevallen, dan wel feiten of omstandigheden die weliswaar vóór het eerdere besluit zijn voorgevallen, maar die niet vóór dat besluit konden worden aangevoerd. Nieuw gebleken feiten zijn ook bewijsstukken van al eerder gestelde feiten of omstandigheden, als deze bewijsstukken niet eerder konden worden overgelegd.