ECLI:NL:CRVB:2021:1459
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontslag van ambtenaar wegens verstoorde arbeidsverhouding en recht op werkloosheidsuitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 juni 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellante, een ambtenaar bij de gemeente Apeldoorn, was op 1 februari 2019 ontslagen op grond van artikel 8:8 van de Apeldoornse Arbeidsvoorwaardenregeling (AAR) vanwege een verstoorde arbeidsverhouding. De Raad oordeelde dat de verstoorde verhouding niet alleen betrekking had op de direct leidinggevende, maar de gehele gemeente betrof. Dit maakte het voor het college van burgemeester en wethouders redelijkerwijs niet mogelijk om het dienstverband voort te zetten.
De Raad bevestigde dat het college bevoegd was om appellante te ontslaan, omdat er geen mogelijkheid was voor herplaatsing binnen de organisatie. Appellante had in hoger beroep betoogd dat haar ten onrechte een boven- en na-wettelijke werkloosheidsuitkering was onthouden. De Raad oordeelde echter dat het recht op deze uitkering gekoppeld is aan het daadwerkelijk ontvangen van een uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW), en dat appellante in dit geval geen recht had op een WW-uitkering, aangezien zij ziek uit dienst was gemeld en later een WIA-uitkering had ontvangen. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank.