Uitspraak
18.4649 AW
16 juli 2018, 17/5738 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarin de appellant, een politieambtenaar, in beroep was gegaan tegen zijn ontslag door de korpschef wegens plichtsverzuim. De appellant was sinds mei 1994 in dienst bij de politie en had zich schuldig gemaakt aan het onjuist verantwoorden van gewerkte uren in het urenregistratiesysteem BVCM. De korpschef had eerder een voorwaardelijk strafontslag opgelegd, waar de appellant zich niet aan had gehouden. De rechtbank oordeelde dat de korpschef bevoegd was om het voorwaardelijke strafontslag ten uitvoer te leggen, omdat de appellant opnieuw plichtsverzuim had gepleegd door zijn uren verkeerd te registreren. De Raad voor de Rechtspraak bevestigde het oordeel van de rechtbank en oordeelde dat de voorwaarde voor tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk strafontslag was vervuld. De Raad wees het betoog van de appellant af dat het onderzoek door de afdeling Veiligheid, Integriteit en Klachten (VIK) onzorgvuldig was, en stelde vast dat de appellant meerdere keren was gewaarschuwd over zijn registratiegedrag. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de uitspraak van de rechtbank.