ECLI:NL:CRVB:2020:2599
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van de woonkostentoeslag met toepassing van de hardheidsclausule en de gevolgen van Covid-19 voor de verzoeker
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 oktober 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Amstelveen om de woonkostentoeslag voor verzoeker voort te zetten. Verzoeker, die een uitkering ontvangt op basis van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) en rolstoelafhankelijk is, heeft een huurwoning die hij niet kan betalen zonder bijzondere bijstand. Het college had eerder bijzondere bijstand toegekend, maar stelde dat verzoeker niet voldoende inspanningen had geleverd om goedkopere woonruimte te vinden en had hem een verhuisverplichting opgelegd. Verzoeker heeft in hoger beroep aangevoerd dat hij vanwege zijn rolstoelafhankelijkheid en het risico op een ernstiger verloop van Covid-19 niet kon verhuizen naar een andere woning.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat verzoeker weliswaar een verhoogd risico loopt bij besmetting met Covid-19, maar dat hij onvoldoende bewijs heeft geleverd dat de aangeboden woningen niet geschikt waren. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoeker woonkostentoeslag heeft ontvangen tot 25 mei 2020, maar dat het college geen aanleiding heeft gezien om de hardheidsclausule na deze datum toe te passen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het college in redelijkheid tot de conclusie kon komen dat er geen onbillijkheid van overwegende aard was en dat het hoger beroep van verzoeker niet slaagde. De aangevallen uitspraak werd bevestigd en het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen.