Uitspraak
19.2315 PW
OVERWEGINGEN
(adres 1).
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellante, een dakloze, op 11 mei 2018 een aanvraag om bijstand ingediend op grond van de Participatiewet (PW) bij de gemeente Amsterdam. Appellante heeft aangegeven geen woonadres te hebben en logeert bij vrienden. Tijdens een onderzoek door de gemeente naar de juistheid van haar opgegeven verblijfplaatsen, is appellante niet aangetroffen op de door haar opgegeven adressen. De gemeente heeft vervolgens haar aanvraag op 19 juli 2018 afgewezen, omdat appellante niet de volledige inlichtingen heeft verstrekt die nodig zijn om haar recht op bijstand vast te stellen. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing, maar het college heeft het bezwaar ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep van appellante tegen de afwijzing van haar aanvraag ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft appellante zich tegen deze uitspraak gekeerd, maar de Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat appellante de op haar rustende inlichtingen- en medewerkingsverplichting heeft geschonden. De Raad heeft vastgesteld dat appellante niet op de opgegeven adressen verbleef op de tijdstippen van de locatiebezoeken, en dat zij niet tijdig heeft gemeld dat zij op een ander adres verbleef. Hierdoor kon het recht op bijstand niet worden vastgesteld. De Raad heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd en het verzoek om schadevergoeding afgewezen.