Uitspraak
16.1843 WMO15-T, 17/4852 WMO15-T
(aangevallen uitspraak 2)
OVERWEGINGEN
20 november 2012 en 29 oktober 2014 op grond van het bepaalde bij en krachtens de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) hulp bij het huishouden toegekend voor de periode
4 december 2007 tot en met 31 december 2016 in de vorm van zorg in natura.
gemeente Roermond een onderzoek ingesteld naar de rechtmatigheid van de aan [X.] verleende bijstand. In dat onderzoek bleek dat appellante hulp bij het huishouden vanuit de Wmo ontving en dat zij bij de gemeente steeds heeft aangegeven dat zij alleenstaand is en dat niemand in haar omgeving kan helpen. Daarom is ook onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid van de aan appellante verstrekte voorziening voor hulp bij het huishouden.
(al dan niet gedeeltelijk) de huishoudelijke werkzaamheden kon overnemen in het kader van de gebruikelijke zorg voor elkaar. De verstrekking van de juiste of volledige gegevens zou tot een andere beslissing hebben geleid door ook rekening te houden met [X.].
artikel 2.1.1 in werking is getreden, voor betrokkene zijn verbonden aan een met toepassing van de Wmo door het college genomen besluit waarbij aanspraak is verstrekt op een individuele voorziening in natura of het ontvangen van een persoonsgebonden budget dan wel een financiële tegemoetkoming. Artikel 8.9, tweede lid, van de Wmo 2015 bepaalt dat het recht zoals dat gold vóór het tijdstip van inwerkingtreding van enig artikel van deze wet, van toepassing blijft ten aanzien van besluiten genomen op grond van de Wmo.
23 mei 2018, ECLI:NL:CRVB:2018:1525, dient het in artikel 8.9, eerste en tweede lid, van de
Wmo 2015 geregelde overgangsrecht, gelezen in samenhang met de wetsgeschiedenis, zo te worden begrepen dat onder de Wmo toegekende aanspraken en verplichtingen blijven gelden tot het moment dat zij op grond van het bepaalde bij en krachtens de Wmo 2015 worden gewijzigd of beëindigd. Dit betekent dus dat het college bevoegd is de aan appellante toegekende huishoudelijke hulp te beëindigen, indien appellante daar op grond van de
Wmo 2015 geen aanspraak op heeft.